Respect voor dieren

dinsdag 11 augustus 2020

MISVERSTANDEN over DIERPROEVEN

Tegenstanders van dierproeven zijn niet te beroerd om het zieke kind naar voren te schuiven. Dat is een goedkoop middel, een beroep op emotie. Er zijn ook patiënten die dierproeven afwijzen. In die sfeer zouden we niet over dierproeven moeten willen redeneren.

Het overheidsbeleid is, in ieder geval in naam, gericht op het vervangen van dierproeven. Niet ineens, maar gefaseerd, geleidelijk. Hoe dat gaat wordt in het midden gelaten. Als er al eens een datum genoemd wordt, wordt die steeds met vijf tot tien jaar opgeschoven. Dierproeven zijn omgeven met List en Bedrog. 

> Patiënten hebben activisten nodig.

Wat dierproeven vooral duidelijk maken is de zwakheid van de chemische industrie, i.c. de farmacologie. Men vertrouwt het eigen geknutsel niet. Men is ook bang voor aansprakelijkheid. Alleen hiervoor offert men dieren op.

Maar aan dierproeven hebben we niks! Ieder geneesmiddel moet worden getest op MENSEN voor het in de handel komt. Te beginnen met gezonde vrijwilligers, om te zien wat het middel bij deze mensen doet. Dat is gevaarlijk werk. Het middel wordt dan ook allereerst in minieme dosis gegeven. En daarna wordt geëxperimenteerd met patiënten – nog steeds riskant.

Wat het gebruik van geneesmiddelen betreft, daarvoor hoeft niemand zich te schamen. Ook al zijn ze op proefdieren getest. Er is immers geen keus. Bovendien stel je je ook nog bloot aan mogelijke gevaarlijke bijwerkingen.

Wie zich moeten schamen zijn de mensen die dierproeven doen – onverschillig om welke reden. Het doel heiligt de middelen niet.   

Ik ken de geschiedenis van diabetes alleen oppervlakkig. Het is zeker een prestatie van formaat dat patiënten niet meer doodgaan aan deze ziekte. Genezen doen ze echter evenmin. Het hoofddoel is dus niet bereikt – ondanks dierproeven.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten