Respect voor dieren

zondag 31 maart 2013

Dierproeven: waarom sluiten we de ogen?

Beste partijgenoot,

De werkgroep Amsterdam van de Partij voor de Dieren nodigt u uit voor een speciale avond in het majestueuze filmmuseum EYE in Amsterdam.
Zondagavond 21 april bent u van harte welkom voor een gevarieerd programma, bestaande uit een korte toespraak van Marianne Thieme, vertoning van de documentaire Facing Animals en een vraaggesprek met filmmaker Jan van IJken.
Na afloop van het programma bieden wij u een drankje aan in het EYE bar-restaurant, met prachtig uitzicht over het IJ.

In de documentaire Facing Animals toont Jan van IJken de complexe relatie tussen mens en dier.
 
Jan van IJken: "Waarom sluiten we de ogen voor het leed van miljoenen dieren in de bio-industrie, terwijl we onze huisdieren vertroetelen?"
 
Meer informatie over de film en de mogelijkheid voor het kopen van een toegangsbewijs vindt u op de speciale website www.facinganimalsineye.nl.

Heeft u nog vragen? Mail ons gerust op amsterdam@partijvoordedieren.nl! Wij kijken uit naar uw komst.


Wanneer: zondag 21 april 2013 om 19.00 uur
Waar: filmmuseum EYE, IJpromenade 1, 1031 KT Amsterdam
Prijs: 15 euro per persoon inclusief drankje in het EYE bar-restaurant
Aanmelden: www.facinganimalsineye.nl

Apies kijken met Frans de Waal

Frans de Waal maakt weer een promotietour door ons land wegens het uitkomen van zijn nieuw(st)e boek. Met de verslaggever van NRC Handelsblad gaat hij koffie drinken in de dierentuin, in dit geval Artis. Dat is een hobbyverblijf van Frans de Waal; kantoor houdt hij in het primatencentrum van Yerkes Research Center.

Hoewel De Waal niet meer in Nederland wil wonen, zoekt hij er wel een appartement. Hij leeft liever in Atlanta, daar zijn minder regels en mag hij proeven doen met chimpansees en bonobo’s. De Wet op de Dierproeven staan die hier niet toe.

De apen van De Waal zijn geen wilde dieren maar kunst-apen, imitaties. De vraag is dan ook wat al die beweringen in zijn reeksen boeken waard zijn. Vermoedelijk niet meer dan de uitkomsten van de research aan het Biomedical Primate Research Centre in Rijswijk.

Frans de Waal


Frans de Waal ('s-Hertogenbosch, 1948) is een Nederlandse bioloog, gespecialiseerd in de primatologie en de ethologie.

Sinds 1981 doet hij wetenschappelijkonderzoek in de Verenigde Staten.

Momenteel is hij als hoogleraar psychologieverbonden aan de Emory universiteit in Atlanta en is hij directeur van het Living Links Center van het Yerkes National Primate Research Center.

Yerkes has long been the target of protest for its treatment of animals. This was especially true after the release of Frederick Wiseman's 1974 film Primate, which was shot at Yerkes and which revealed the uncaring, routinized treatment of animals undergoing painful physical procedures and even vivisection.

Yerkes' proposal to do AIDS-related research on endangered Sooty Mangabey monkeys drew pposition from numerous primatologists, including Jane Goodall.
In 2007 Yerkes was fined for unsanitary conditions and poor procedures leading to the death of a macaque monkey.

***

Commentaar

In Nederland zijn proeven met chimpansees en bonobo's verboden. (Wet op Dierproeven art. 10)

vrijdag 29 maart 2013

Dierproef & samenleving (Brown Dog)


.

Dierproeven en maatschappij 

Hoewel  ik niet de indruk heb dat Amanda Kluveld veel gevoel voor dieren heeft, is het wel  een dankbaar studieobject voor deze historica, de verhouding mens-dier. Zo geeft ze een gedetailleerd beeld van een strijd tegen de vivisectie in Londen aan het begin van de vorige eeuw. Deze strijd spitste zich toe op een bruine terriër, die onverdoofd werd opengesneden, terwijl een nog niet geheelde wond en littekens zichtbaar waren van vorige experimenten. De rechtszaak daarover, die internationale aandacht kreeg, ging echter verloren en de onderzoeker kreeg zelfs een schadevergoeding toegekend wegens laster.
De strijd ging uiteraard door. De antivivisectiebeweging zamelde geld in voor een bronzen beeld ter nagedachtenis aan de Brown Dog (foto). Dit werd in 1906 geplaatst: een drinkfontein met bovenop het beeld van een terriër en onderaan een bakje waar honden water uit konden drinken. Bij de onthulling sprak onder andere George Bernard Shaw.

Opschrift:
In memory of the brown terrier dog done to death in the Laboratories of University College in February 1903, after having endured vivisection. Extending over more than two months and having been handed over from one vivisector to another till death came to his release.
Also in memory of the 232 dogs vivisected at the same place during the year 1902.
Men and women of England, how long shall these things be?
***
Het monument gaf echter jarenlang aanleiding tot rellen tussen voor- en tegenstanders. Voor studenten en onderzoekers was het beeld een steen des aanstoots, zodanig dat het uiteindelijk 24/7 door de politie bewaakt moest worden. Dat werd te kostbaar; de gemeente gaf het op en liet het beeld weghalen in maart 1910.
Pas in 1985 werd een nieuw beeld geplaatst, echter artistiek een zwakke kopie, en op een andere plaats. De oorspronkelijke tekst werd wel weer aangebracht en uitgebreid. De laatste zinnen zijn:
In 1903, 19.084 animals suffered and died in British laboratories.
During 1984, 3.497.355 animals were burned, blinded, irradiated, poisoned and subjected to countless other horrifyingly experiments in Great Britain.

Ter vergelijking: in 1984 viel in Nederland ongeveer 1.300.000 dieren dit lot ten deel. Voorwaar geen kruimelwerk.
***
Wat de geschiedenis illustreert is de constante spanning in een samenleving die dierproeven toestaat. Voor welk doel ook: mishandelen en martelen passen niet in een beschaafde samenleving. De overheid dient een uitgebreid inlichtingenapparaat  in stand te houden teneinde het verzet tegen dierproeven te beheersen.
Nochtans is zowel het burgerlijk als het politiek verzet blijvend maar onvoldoende. Dat is de reden dat de politici zich in meerderheid geen inspanning getroosten om uit deze impasse te komen. Heel duidelijk blijkt dat uit de opstelling van de verschillende politieke partijen  in ons land tegenover drie recente moties in de Tweede Kamer. Regeringspartij VVD spant de kroon en wijst – als enige – alle drie af, zelfs de meest onbenullige.
 ***
Lit.:
Amanda Kluveld, Mensendier (Arbeiderspers 2009); nog uitvoeriger het lemma over de Brown Dog affaire op wikipedia: http://en.wikipedia.org/wiki/Brown_Dog_affair

Dierproeven en Tweede Kamer (moties)

Motie Ouwehand cs: “systematic reviews” als norm in proefdieronderzoek



De Kamer,
 
gehoord de beraadslaging,
constaterende, dat in de medische wetenschap standaard wordt gewerkt met “systematic reviews”, maar bij proefdieronderzoek niet,

verzoekt de regering, er zorg voor te dragen dat “systematic reviews” net als in de reguliere wetenschap de norm worden voor onderzoek met proefdieren,

en gaat over tot de orde van de dag.

Ouwehand
Van Dekken
Voortman

Status: Aangenomen
Voor: PvdD, SP, PvdA, GL, D66, SGP, CU, CDA, PVV
Tegen: VVD


Commentaar

Als je hier tegen bent dan hoor je niet in de Tweede Kamer thuis.
Immers niets anders dan een motie ’voor de bühne’.



***

Motie Thieme/Ouwehand: doelstellingen terugdringen in voorraad gedode proefdieren
De Kamer,
 
gehoord de beraadslaging,

constaterende, dat het aantal dieren dat jaarlijks in proefdierfokkerijen en laboratoria in voorraad wordt gedood elk jaar stijgt;
verzoekt de regering, doelstellingen te formuleren voor het terugdringen en beheersen van het aantal dieren dat in proefdierfokkerijen en laboratoria in voorraad wordt gedood;

verzoekt de regering, beleid te ontwikkelen om deze doelstellingen te kunnen realiseren,
en gaat over tot de orde van de dag.

Thieme
Ouwehand

Status: Aangenomen
Voor: PvdD, PvdA, PVV, CU, 50Plus, D66, GL, SP
Tegen: VVD, CDA, SGP

Commentaar

Ik heb Buma (CDA) en Van der Staaij (SGP) om een motivering gevraagd.



 ***

Motie Ouwehand cs: uitfasering proefdieronderzoek apen

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,
constaterende, dat verschillende instellingen hebben aangekondigd te stoppen met dierexperimenten op apen,

van mening, dat deze ontwikkeling moet worden toegejuicht,
verzoekt de regering een plan van aanpak te presenteren voor het uitfaseren van proefdieronderzoek op apen,

en gaat over tot de orde van de dag.
Ouwehand
Van Dekken
Voortman

Status: Verworpen
Voor: PvdD, SP, PvdA, GL, D66, CU
Tegen: VVD, SGP, CDA, PVV

 

Commentaar

Let op: er wordt geen termijn (van uitfasering) voorgesteld, dus hoe kun je hier tegen zijn?!
Buma en Van der Staaij om opheldering gevraagd.

woensdag 27 maart 2013

Luchtvaart: acties tegen Air France-KLM

Acties contra Air France-KLM ('Air Souffrance') in
 
Berlijn, Frankfurt a.M., Hamburg, Hannover :
 



 
 
 

zaterdag 23 maart 2013

Longkanker


Wanda de Kanter, longarts:
 “In het begin was ik zo naïef om te denken dat longkanker binnen afzienbare tijd te genezen zou zijn.
 
Maar de dood is mijn dagelijks werk geworden. Een gynaecoloog staat aan het begin van het leven, aan het eind staat vaak een longarts.
Je dood is vreselijk. De benauwdheid, de moeheid, de pijn, de angst, de depressies, de uitzaaiingen in de hersenen waardoor je persoonlijkheid verandert. Het wordt verdoezeld omdat mensen zich ervoor schamen. Dan lees je over een BN’er die op jonge leeftijd is overleden door een hersentumor. Nee! Het was longkanker. Het kwam door het roken.
 
The Lancet becijferde eens dat de helft van alle ziekten veroorzaakt wordt dor lifestyle. Ik denk dat het veel meer is. Roken, gebrek aan beweging, te veel eten – mischien wel 80% van wat dokters in hun spreekkamer zien, hangt daarmee samen.”

***

Bron:  NRC Weekend
23-3-2013 (fragmenten)

Commentaar De Kanter

De laatste 30 jaar is de prognose van de meest voorkomende longkanker nauwelijks verbeterd, na 5 jaar is nog 15 % in leven.

Waarom dat is? Grotendeels omdat de meeste tumoren pas laat gevonden worden en er dan al uitzaaiingen zijn.
Vervolgens kan een tumor tijdelijk goed reageren op chemotherapie maar er blijven steeds weer resistente cellen over.
 
Of er binnen een afzienbare tijd genezing zal zijn?
 
Dat is door het bovenstaande moeilijk te zeggen.
Na een week oncologie cursus door alle professoren op dit gebied in het land kwam dat niet naar voren.

Het enige waar vooruitgang in prognose is geboekt (zonder genezing overigens) is een vorm van longkanker die vooral voorkomt bij niet rokende vrouwen.

En dat is dan weer relatief zeldzaam.

www.tabaknee.nl
 

woensdag 20 maart 2013

Schildklier: ziekte van Graves

De ziekte van Graves, ook wel de ziekte van Graves-Basedow is een auto-immuunziekte, waarbij hyperthyroïdie optreedt.
Traditioneel wordt deze geassocieerd met zwelling van de schildklier(struma), uitpuilende ogen (exoftalmus) en een te snelle hartslag (tachycardie). Het gelijktijdig voorkomen van alle drie deze symptomen is echter betrekkelijk zeldzaam. Doorgaans staat één van de symptomen op de voorgrond.

 
Heino (pseudoniem van Heinz-Georg Kramm, Düsseldorf-1938) is een Duits schlagerzanger en zanger van Duitse volksliederen. Hij behoort samen met Udo Jürgens tot de bekendste Duitstalige zangers.
Doordat Heino lijdt aan de ziekte van Graves puilt zijn rechteroog uit (exoftalmus). Dit is de reden dat hij altijd een donkere zonnebril draagt.

dinsdag 19 maart 2013

Dierproeven: rendementen

 
In 2010 werden in Nederland  575.278 proefdieren misbruikt.
 
Het aantal nieuwe geneesmiddelen in 2010 bedroeg 21.
 
Dit is natuurlijk geen een-op-een-relatie, omdat de proeven voor deze middelen al veel eerder gedaan zijn. Maar het geeft wel een indicatie van wat die proeven opleveren. Ruwweg 30.000 dieren voor een nieuw middel. Het belang van deze middelen kan ik niet beoordelen, in ieder geval voor mij geen bekende namen.
 
In 2009 werd met 20 nieuwe geneesmiddelen het laagste aantal in 12 jaar behaald.
 
Dat gold niet voor het aantal dierproeven in dat jaar: 592.665.

De oogst van 2010  (handelsnamen):

Bridion
Doribax
Efient
Erzaban
Evoltra
Ferinject
Firmagon
Intelence
Kuvan
Neupro
Nevanac
Nplate
Optimark
Qlaira
Relistor
RoActemra
Stelara
Vidaza
Vimpat
Volibris
Xarelto

zaterdag 16 maart 2013

Niko Koffeman en borstkanker

Sommige schrijvers hebben over geluk niet te klagen. Zo iemand is Maarten ’t Hart, geboren in 1944 in Maassluis. En wie werd uitgerekend daar geboren in 1958? Geloof het of niet: Niko Koffeman! Nu, daar weet ’t Hart wel raad mee.
 
Als jongeman bezorgde de schrijver op de zaterdagen brood bij de mensen aan huis. Dat ging toen nog met een bakkerskar, een grote bakfiets. De bak werd afgesloten met een klep. Het geval wilde nu dat in de Piet Heinstraat enkele bewoners waren overgegaan tot het…. Zevendagsadventisme. Die mensen namen aanstoot aan de verstoring van hun sabbatsrust door de bakkersknecht. Op onzachte wijze werd ’t Hart met kar en al de straat uitgewerkt.
Dat pikte de bakker niet, hij wilde zijn klanten daar kunnen blijven bedienen. De volgende zaterdag stelde hij zich met wat knechts verdekt op, en toen enige bewoners opnieuw de broodbezorging onmogelijk wilden maken, stormde de bakker met personeel de straat in. Groot tumult ontstond, en de politie moest erbij komen.
’t Hart introduceert daar aanwezig een klein bol ventje: Niko Koffeman!
 
Zoals bekend is deze Koffeman lid van dit kerkgenootschap. Hij heeft niet alleen zijn vrouw Antoinette Hertsenberg, maar zelfs ook Marianne Thieme, beiden oorspronkelijk rooms-katholiek, tot dit geloof bekeerd. ’t Hart spreekt er schande van en fileert de opvattingen van deze sekte op van hem bekende, degelijke wijze. Hij vermeldt als grappig detail dat de stichter op grond van de bijbel al berekend  had dat de ondergang van de wereld zou plaatsvinden op 22 oktober 1844. Maarten ’t Hart denkt deze Amerikaanse boer zich een weekje vergiste en de bijbel allicht verkeerd interpreteerde. Op 15 oktober 1844 werd namelijk Friedrich Nietzsche geboren…

Als lijstduwer van de Partij voor de Dieren trof ’t Hart deze latere, onvoorziene ontwikkeling bijzonder onaangenaam. En niet ten onrechte. Het is inmiddels wel gebleken dat de levensbeschouwing van Thieme doorklinkt in de ethische standpunten van de Partij. Berucht was de afwijzing door Thieme van de embryoselectie op verzoek van ouders van wie de vrouw een erfelijke aanleg  heeft voor borstkanker. Dat was in 2010. De leden van de Partij lieten het zich gewillig aanleunen. Gelukkig was de politiek wijzer.

***


Maarten 't Hart, Dienstreizen van een thuisblijver
Arbeiderspers 2011

Linnaeus en Berzelius

Carl Linnaeus (1707 - 1778) was een Zweedse plantkundige en zoöloog. Zijn invloedrijkste werken zijn Species plantarum, waarvan de eerste druk (1753) sinds 1905 geldt als beginpunt van de botanische nomenclatuur, en Systema naturae, waarvan de tiende druk (1758) geldt als beginpunt van de zoölogische nomenclatuur.
In 1735 publiceerde Linnaeus de eerste druk van Systema naturae. Hierin gaf hij een indeling van de drie natuurrijken mineralen, planten en dieren.
Het dierenrijk was onderverdeeld in zes klassen:

 I Viervoeters (inclusief de mens),

II Vogels,

III Amfibieën (reptielen en amfibieën),

IV Vissen (inclusief walvissen),

V Insecten (geleedpotigen) en

VI Wormen (alle overige ongewervelden)

Linnaeus was meer plantenkenner dan zoöloog en toen hij in september 1735 in Heemstede bij George Clifford in dienst kwam, richtte hij zijn aandacht vooral op de systematiek, taxonomie, van het plantenrijk. Dat culmineerde uiteindelijk in 1753 in de uitgave van Species plantarum.
Dit is het eerste werk waarin de binominale nomenclatuur systematisch is doorgevoerd. Elke soort kreeg behalve een geslachtsnaam ook een toenaam (soortaanduiding), ook bij geslachten die uit maar één soort bestonden, een op het oog eenvoudige maar in de praktijk revolutionaire verandering. De geslachtsnaam en toenaam vormen samen een binaire naam.
Naast de binaire naam, door Linnaeus nomen triviale genoemd, gaf hij ook de "echte" naam, het nomen specificum legitimum (meestal een lange zin), zoals in die tijd gebruikelijk was. De binaire naam kwam hierdoor los van de beschrijving en kon zo functioneren als label om een soort aan te duiden.
Binaire namen hoefden ook niet te veranderen als de beschrijving van een plant veranderd moest worden, bijvoorbeeld wanneer een nieuwe soort werd gevonden die aan dezelfde beschrijving voldeed maar toch verschilde van de al beschreven soort.
Het verkorte namenstelsel van Linnaeus werd nog voor zijn dood door de meeste botanici en zoölogen overgenomen. Species plantarum geldt tegenwoordig als het officiële beginpunt van de binominale nomenclatuur voor planten, zoals sinds 1905 geregeld in de Règles internationales de la nomenclature botanique, later International Code of Botanical Nomenclatur.

Linnaeus deelde de mens in bij de zoogdieren. Dit was een breuk met het idee dat de mens boven de natuur verheven was en er geen deel van uitmaakte. Hoewel Linnaeus er zelf ook moeite mee had om de mens bij de dieren in te delen, en hij zich realiseerde dat hij een storm van kritiek over zich heen zou krijgen, vooral van theologen, kon hij om (door hem zelf geformuleerde) wetenschappelijke redenen niet anders. Linnaeus was er, zoals de meeste van zijn tijdgenoten, vast van overtuigd dat God de natuur had geschapen. Door zijn indeling was het mogelijk ordelijk over de schepping te spreken.
Linnaeus benoemde en classificeerde gedurende zijn leven zo'n 9.000 soorten planten. Planten die hun toenaam van hem kregen zijn nog altijd herkenbaar aan de auteursaanduiding 'L.' (van Linnaeus) achter de botanische naam. Linnaeus is de enige auteur wiens naam tot slechts één letter wordt afgekort.
De auteursnaam 'L.' (bij planten) of 'Linnaeus' (bij dieren) betekent dat Linnaeus degene is die de soort een naam heeft gegeven. Het wil niet automatisch zeggen dat Linnaeus ook degene was die de soort voor het eerst beschreef. Voor het merendeel van de door hem benoemde soorten verwees hij naar eerder verschenen publicaties, waarin dan een beschrijving of soms een afbeelding te vinden is.
***

Jöns Jacob Berzelius (1779-1848)
Net zo’n systematicus als Linnaeus was zijn landgenoot Berzelius. Hij was chemicus. Een systeem dat door Berzelius is opgezet zijn de systematische symbolen voor chemische elementen.
 Zuurstof gaf hij het symbool 'O' en ijzer 'Fe'.
De verhoudingen van atomen in verbindingen gaf hij aan met een getal. Enige verschil met de huidige schrijfwijze is dat Berzelius superscript (H2O) gebruikte en tegenwoordig subscript (H2O) wordt gebruikt voor dit doeleinde.
Hoewel Berzelius  m.i. net zo min een Zweedse naam is als Linnaeus heb ik geen andere familienamen kunnen vinden.

donderdag 14 maart 2013

Elco Brinkman: dom of gewetenloos?

 
Leendert Cornelis Brinkman, in 1948 te Dirksland geboren, is momenteel fractievoorzitter van het CDA in de Eerste Kamer. De bedenker van de term 'de zorgzame samenleving' was van 4 november 1982 tot 7 november 1989 minister van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur.
Daarna werd hij fractievoorzitter van het CDA in de Tweede Kamer.
In het voorjaar van 1995 verruilde hij het politieke toneel voor de wereld van de bouw als voorzitter van Bouwend Nederland, werd ook
baas van Algemeen Burgerlijk Pensioenfonds en verzamelde zoveel andere bijbanen en commissariaten dat hij zelf de tel moet zijn kwijtgeraakt. Zo druk had hij het met alle klussen dat hij zijn vrouw Janneke alleen nog maar tussendoor, 'bijvoorbeeld tijdens het tandenpoetsen', kon bijpraten, biechtte zijn Janneke eens op in een interview in het tijdschrift Margriet.
 
Commissaris bij Philip Morris
Met enige regelmaat is Brinkman tot 'machtigste man van Nederland' of 'invloedrijkste bestuurder' uitgeroepen. Dat moet de reden zijn geweest dat de tabaksmultinational Philip Morris Holland hem graag als commissaris wilde. En Brinkman gaf zijn ja-woord. Jarenlang liep de oud-minister Den Haag plat om ervoor te zorgen dat Philip Morris goed draaide, dus dat zoveel mogelijk mensen in Nederland gaan of blijven roken. En dat deed het geboren lobby-talent verdraaid goed.
Eind juni vorig jaar kwam dankzij een rapport van De Algemene Rekenkamer in het nieuws dat Brinkman in maart 2009 toenmalig staatssecretaris van financiën Jan Kees de Jager wist te overtuigen zijn standpunt over Europese regels voor minimumprijzen voor sigaretten te veranderen ten gunste van de tabaksfabrikanten.
Het actualiteitenprogramma Nieuwsuur maakt er op 18 juni 2012 een nieuwsitem van. De dan nét vertrokken commissaris Elco Brinkman – op 15 juni 2011 legt hij zijn commissariaat neer - komt in beeld. Om zijn nek bungelt een groene stropdas bezaaid met witte bolletjes. Hij geeft toe dat hij bij Jan Kees De Jager voor Philip Morris heeft gelobbyd. Maar vanwaar al die ophef? Zo gaat dat lobbyen in Den Haag, zegt hij: 'Je hebt met ambtenaren een gesprek, met bewindspersonen een gesprek. [...]. Het is niet zo dat je elkaar ter plekke de hand schudt en zegt: "Joh, hier heb je een pakje sigaretten, het is wel goed zo."'
De interviewer: 'Maar u hebt wel het Nederlandse standpunt weten te veranderen.'
Brinkman: 'Nou, wij hebben hier in ieder geval ons best voor gedaan.'
'En dat is gelukt?'
'Gelukkig maar!' En met een brede grijns beent Brinkman weg.
De tv-kijker wrijft zich in zijn ogen. Een oud-minister van Volksgezondheid die er prat op gaat dat de belangen van tabak vóór die van de gezondheid gaan. Is er een steekje los bij deze beroepsbestuurder? Nota bene heeft hij zelf kanker gehad. Is kaal geworden door de chemotherapie en heeft pijn geleden. 'Ik weet nog heel goed hoe ik buitengewoon bibberig in de scanner lag, klappertandend van de zenuwen.'
Deze man kent dus de hel waardoor kankerpatiënten gaan. Hoe kan hij zich dan laten inhuren door de sigarettenfabrikant? Een interview in Vrij Nederland (23 november 2002) werpt enig licht op zijn gedachtenkronkels. De interviewer vraagt Brinkman of hij nog altijd commissaris is bij Philip Morris. 'Ja.' De interviewer: 'Onvoorstelbaar voor iemand die zelf kanker heeft gehad en zeven jaar minister van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur is geweest.' In Brinkmans antwoord komt de aap uit de mouw. De burgemeesterszoon is grootgebracht 'met een manier van denken waarin de eigen verantwoordelijkheid van mensen wordt benadrukt. Ik vind dat roken een individuele afweging van mensen is.' Bovendien is tabak een legaal product. En dus 'komt het aan op de eigen verantwoordelijkheid. Dan zou ik niet weten waarom ik daar geen commissaris kan zijn. We geven eerlijke voorlichting. Het beleid is bovendien strak gereglementeerd [...] Ik rook zelf niet, maar wat is er mis met af en toe een sigaretje? Alles in het leven met mate.'
Roken zou een vrije keuze zijn? Deze opvatting heeft CDA-man Brinkman met zijn VVD-collega's zoals Anne Mulder en Edith Schippers gemeen. En met af en toe een sigaretje zou niets mis zijn? Meneer Brinkman toch! Rokers kunnen niet 'af en toe' een peukje opsteken; de nicotine heeft het brein in haar greep. De roker is de slaaf van de sigaret. Hoezo vrijheid?
Brinkman heeft duidelijk geen idee wat het betekent om verslaafd te zijn. Het is gênant dat hij als oud-minister van Volksgezondheid geen notie heeft van de vracht aan onderzoeken over het meest dodelijke consumentenproduct dat ooit op de markt is gebracht – tabak doodt de helft van zijn gebruikers. Waarom is hij nooit door het parlement ter verantwoording geroepen? Ook zijn eigen CDA vindt het kennelijk prima. Over de andere tabakslobbyist in hun midden, Hans Hillen, zwijgt de partij eveneens in alle talen.
Het is pikant dat Brinkman zelfs in het comité van aanbeveling van Alpe d'Huzes zat, een organisatie die geld inzamelt voor kankerpatiënten. Toen zijn commissariaat bij Philip Morris bekend werd, hebben ze hem er uitgezet. Dat zal hem niet vaak zijn overkomen. Maar veel heeft hij er niet van geleerd, gezien zijn opmerkingen bij Nieuwsuur.
Zijn vrouw Janneke die hem al meer dan veertig jaar kent, beschrijft hem als 'stabiel, soepel en heel sociaal'. Wij denken dat hij ook een beetje dom is. Anders had hij wel beter nagedacht voordat hij commissaris bij Philip Morris werd. Want dat hij totaal gewetenloos is, en het prima vindt dat minstens 20.000 mensen per jaar doodgaan door hun tabaksverslaving, dat gaat er bij ons niet in.
 ***

dinsdag 12 maart 2013

Genetische manipulatie en de Partij voor de Dieren

De Partij voor de Dieren heeft vandaag een initiatiefvoorstel ingediend dat van Amsterdam een gentechvrije zone moet maken. Gentechvrij houdt in dat er geen genetisch gemanipuleerde gewassen (ggo’s) mogen worden geteeld. De Partij voor de Dieren is van mening dat het telen van ggo’s teveel risico’s heeft voor mens, dier, milieu en natuur.
 Johnas van Lammeren, fractievoorzitter van de Partij voor de Dieren Amsterdam: ‘De wereld fungeert nu als een openluchtlaboratorium voor een experiment waarvan de afloop onbekend is. Aangetoond is dat ggo’s die resistent gemaakt zijn tegen het landbouwgif Roundup zorgen voor een sterke toename van gifgebruik. Ook brengen ggo’s de biodiversiteit in gevaar. Wij vinden daarom dat Amsterdam zich aan moet sluiten bij de duizenden gentechvrije zones die de EU nu telt.’
De Partij voor de Dieren benadrukt in het voorstel de risico’s van teelt van ggo’s voor mens, dier, milieu en natuur.
Johnas van Lammeren: ‘De toelatingsprocedure van de EFSA (European Food Safety Authority) kijkt niet naar langetermijneffecten van ggo-teelt. Wij doen dat wel. Een aantal van de ggo's die zijn voorgedragen voor toelating zijn resistent gemaakt tegen Roundup (werkzame stof: glyfosaat). Dit landbouwgif is zeer schadelijk voor het milieu en de gezondheid van mens en dier. Onderzoek toont aan dat de teelt van deze glyfosaatresistente gewassen aanzienlijke stijgingen in gifgebruik met zich meebrengt. Ook brengen ggo’s de biodiversiteit in gevaar. Dat moeten we niet willen in Amsterdam.’

Omdat de teelt van ggo’s nog altijd omstreden is, hebben zich in de EU inmiddels enkele landen en duizenden lokale overheden gentechvrij verklaard. Het voorstel van de Partij voor de Dieren zal op 10 april worden besproken in de gemeenteraad.

 ***

Commentaar

Gezien de bezorgheid voor de gezondheid van mens en dier, zoals blijkt uit bovenstaand bericht, heb ik Johnas van Lammeren gevaagd of de raad/fractie ook een beleid heeft op proefdieren, al of niet genetisch gemanipuleerd.

Het aantal proefdieren dat jaarlijks in Amsterdam misbruikt wordt, is niet bekend. De twee universiteiten alleen al zijn goed voor omstreeks 40.000 dieren; daarnaast zijn er nog diverse instituten zoals het Ned. Kankerinstituut (NKI), Sanguin (bloedbank), Tropeninstituut, Amsterdam Molecular Therapeutics, enz. die dierproeven uitvoeren.

Partijlid Johnas gaf er de voorkeur aan niet te antwoorden!
.

maandag 11 maart 2013

Muizen niet geschikt ...

De ontwikkeling van medicijnen voor ontstekingsziekten is jarenlang gestremd. Eindelijk is er internationaal erkenning voor het onderzoek van immunoloog Bart Roep (foto).
 
 
Hij toonde aan dat de uitkomsten van dit medicijnonderzoek op muizen helemaal niets zeggen over de werking bij mensen. Het is heel goed mogelijk dat levensreddende medicijnen zijn afgekeurd omdat muizen daar niet goed op reageerden!

Miljarden aan onderzoeksgeld zijn verloren gegaan bij onderzoek naar ontstekingsziekten op muizen. Muizen zijn bestand tegen immense hoeveelheden bacteriën, die bij lichte besmetting al dodelijk zouden zijn voor mensen. Bart Roep publiceerde jarenlang over zijn onderzoek, dat nu pas in brede wetenschappelijke kring serieus wordt genomen.

Helaas is het wettelijk verplicht dat medicijnen eerst op muizen worden getest voordat ze aan mensen worden aangeboden. Dat betekent niet alleen dat grote aantallen muizen volkomen zinloos sterven als proefdier, maar ook dat de wetenschap door dit onderzoek een achterstand heeft opgelopen. Het meest schrijnende noemt Bart Roep dat mensen geholpen hadden kunnen worden met middelen die nooit zijn aangeboden omdat ze bij muizen niet werkten.

Dat het zo lang heeft moeten duren voordat zijn bevindingen serieus zijn genomen verklaart Bart Roep uit het feit dat muizen in dit soort onderzoek altijd als norm zijn genomen. Als een patiënt anders op een medicijn reageerde dan de muizen in het onderzoek, dan klopte er gewoon iets niet bij die patiënt. Er zijn heel veel wetenschappers die uitgaan van hun bevindingen bij muizen. Voor hen is het moeilijk te accepteren dat hun onderzoek misschien voor niets is geweest.

 In het radioprogramma Labyrint vertelt Bart Roep hier meer over.

Het artikel in PNAS heet: 
'Genomic responses in mouse models poorly mimic human inflammatory diseases'.

Besproken in The New York Times (February 11, 2013) als:
'Mice Fall Short as Test Subjects for Humans’ Deadly Ills'

"Yet there was always one major clue that mice might not really mimic humans in this regard: it is very hard to kill a mouse with a bacterial infection. Mice need a million times more bacteria in their blood than what would kill a person.

“Mice can eat garbage and food that is lying around and is rotten,” Dr. Davis said. “Humans can’t do that. We are too sensitive.”
 ***
 
N.B.
1. En het afweersysteem van ratten laat ze onbezorgd overleven in riolen!
2. Bart Roep roept dit al sinds 2004. Voor het Diabetes Fonds maakt dit allemaal niks uit...