Respect voor dieren

zondag 31 januari 2010

Glaxo chief: Our drugs do not work on most patients

A senior executive with Britain's biggest drugs company has admitted that most prescription medicines do not work on most people who take them.

Image and video hosting by TinyPic

Allen Roses, worldwide vice-president of genetics at GlaxoSmithKline (GSK), said fewer than half of the patients prescribed some of the most expensive drugs actually derived any benefit from them.

It is an open secret within the drugs industry that most of its products are ineffective in most patients but this is the first time that such a senior drugs boss has gone public.

Dr Roses, an academic geneticist from Duke University in North Carolina, spoke at a recent scientific meeting in London where he cited figures on how well different classes of drugs work in real patients.

Drugs for Alzheimer's disease work in fewer than one in three patients, whereas those for cancer are only effective in a quarter of patients.

Drugs for migraines, for osteoporosis, and arthritis work in about half the patients, Dr Roses said.

Most drugs work in fewer than one in two patients mainly because the recipients carry genes that interfere in some way with the medicine, he said.

"The vast majority of drugs - more than 90 per cent - only work in 30 or 50 per cent of the people," Dr Roses said. "I wouldn't say that most drugs don't work. I would say that most drugs work in 30 to 50 per cent of people. Drugs out there on the market work, but they don't work in everybody."

Glaxo chief: Our drugs do not work on most patients

zaterdag 30 januari 2010

De Pil en de Partij

De pil heeft op deze plaats tot een onverwacht aantal reacties geleid. Reden genoeg om er nog eens op terug te komen. Er zitten m.i. twee kanten aan deze kwestie. De eerste is een levensbeschouwelijke.

I. De Partij voor de Dieren staat open voor alle gezindten. Het toeval wil dat ze geleid wordt door Marianne Thieme, die enkele jaren geleden bekeerd is tot het Christendom, d.w.z. tot een protestants-christelijke richting (sekte?) daarbinnen.
Ook hier zitten weer twee kanten aan.

I.1. Thieme domineert de Partij, als fractievoorzitter en als bestuursvoorzitter. Dit is op zich al ongezond maar als daar nog, zoals hier, een specifieke geloofsovertuiging bij komt wordt het nog ernstiger. Een geloofovertuiging is geen jas die je naar believen aan- of uittrekt: ze beheerst je doen en laten.

I.2. Over het gebruik van de pil bestaan verschillende ethische opvattingen. Aan wikipedia ontleen ik het volgende.
Wanneer de pil het innestelen van een embryo voorkomt, kan dit door mensen die vinden dat het leven begint bij de bevruchting, worden gezien als een chemische vorm van abortus. Dit is voor sommigen een van de redenen om de anticonceptiepil af te wijzen.
Een deel van de geneeskundigen ziet pilgebruik als een abortus, terwijl de meeste groepen van abortusactivisten dit probleem vermijden door het begin van het leven te definiëren met de innesteling van het embryo in de baarmoederwand.


Is er iemand die weet hoe MT hierover denkt?

II. De tweede kant is het feit dat de pil is ontwikkeld in dierproeven. Daarmee wordt nog steeds verder geëxperimenteerd, o.a. om nieuwe vormen te ontwikkelen en de gevaarlijke bijwerkingen van bestaande te verminderen. Dit alleen is al voldoende reden om als Proefdierenpartij bij het onderwerp nauw betrokken te zijn.
De bijwerkingen ontstaan vooral op middellange en lange termijn. (Zie hieronder: ‘ Top 100 plaats 12: de pil’.) Blijkbaar ontregelt het langdurige gebruik van chemische imitatiehormonen de fysiologie. Dat is enigszins merkwaardig als men bedenkt dat, volgens sommigen, de meest natuurlijke toestand bij een vrouw is niet maandelijks te menstrueren; immers vòòr de moderne tijd had een vrouw in de vruchtbare leeftijd geen keuze: ze was of zwanger, of ze ovuleerde niet omdat ze borstvoeding gaf.

Een van de meest genoemde risico’s van pilgebruik is trombose.
De Wereld Gezondheids Organisatie heeft een aantal grote studies gedaan om het risico te berekenen. Bij al die studies komt er uit dat de pil 2 tot 3 keer zo hoog risico geeft op trombose.
Er zijn veranderingen in de stolling meetbaar als vrouwen de pil slikken. Bijvoorbeeld proteïne–S, dat is een van de remmers van de stolling, wordt verlaagd door de pil.
Fibrinolyse, die ervoor zorgt dat de stolsels worden afgebroken, wordt duidelijk minder door het gebruik van de pil. Vrouwen die de (stollings)factor-V-Leiden hebben, hebben een verhoogd risico. De pil bootst eigenlijk een beetje de situatie na alsof je factor-V-Leiden hebt. Daarom is het ook te begrijpen dat als vrouwen én factor-V-Leiden hebben én de pil slikken, dat effect niet optelt maar vermenigvuldigt!

Trombose wordt waarschijnlijk door meerdere oorzaken bepaald. De kans op trombose bij een gewone jonge vrouw is bijna nul, dus een toename van de kans met 3 tot 8 keer is nog steeds een heel klein risico.

Conclusie
Ik denk dat de meeste Partijleden geboortenregeling voorstaan. Dat is een goede zaak als je weet dat overbevolking het grootste probleem op aarde is, - mèèr dan vlees eten bijvoorbeeld.
Maar die anticonceptie moet de gezondheid van de vrouw geen schade toebrengen. Daarin slaagt de wetenschap – met al haar dierproeven - tot op dit moment niet: dit is evidence based.

Marianne Thieme is gewoon haar speeches af te sluiten met een variant op de woorden van Cato: ‘En verder ben ik van mening dat de bio-industrie afgeschaft moet worden’. Niks op tegen maar dan zou ik graag van dat andere PvdD-kamerlid – Esther Ouwehand – standaard willen horen dat zij ‘verder van mening is dat dierproeven afgeschaft moeten worden’ (en anticonceptie ‘gezond’ gemaakt!)

vrijdag 29 januari 2010

Ethicus: stop toch met dat geloof (door Douwe)

Image and video hosting by TinyPic
Nog even in de herhaling.
Floris van den Berg, bestuurslid van vrijdenkersvereniging De Vrije Gedachte.
Meneer is atheïst, humanist en onbedoeld nog best een humorist ook.
Hij was het enige hoogtepuntje van een hele avond lullen over multiculti bij de NPS gisteravond, en dit fragment willen we u toch niet onthouden.

"Voor religie moet je geen respect hebben. Een arts heeft toch ook geen respect voor de ziektes die hij behandelt".

Check hier voor dat 5 minuten aan hoogtepunt.

--------------------------------------------------------------------------------
COMMENTAAR

... en stop dan meteen ook met vrijdenkerij en humanisme die de menselijke soort verheven achten boven alle andere soorten....

Barend

Uschi mach kein Quatsch

Uschi mach kein Quatsch
Image and video hosting by TinyPic

donderdag 28 januari 2010

Thieme en anticonceptie

De anticonceptiepil moet weer UIT het basispakket.
Sinds 2008 zit hij weer IN het basispakket.

Dat advies geeft het College voor Zorgverzekeringen (CVZ) aan minister Klink van Volksgezondheid. Alleen meisjes/vrouwen tot 21 jaar zouden nog een vergoeding moeten krijgen.

In Nederland slikken ruim anderhalf miljoen vrouwen de pil.
Het schrappen van de vergoeding voor volwassenen levert een besparing op van 58 miljoen euro per jaar.

Het CVZ vindt dat het voorkomen van zwangerschappen iets anders is dan het voorkomen van ziekten. Ook andere vormen van anticonceptie zoals het condoom, zitten niet in de basisverzekering, schrijft het CVZ.
------------------------------------------------------------------------------

Commentaar:

Het is duidelijk dat dit een onderwerp is waarvan niemand precies weet wat ermee aan te vangen. Het ene jaar in het pakket, even later er weer uit.

Het wordt weer een aardige testcase voor Marianne Thieme, en dus voor de Partij voor de Dieren. Want de Partij mag dan - op papier - niks met het geloof van Thieme te maken hebben, - in de praktijk maakt je geloofsovertuiging natuurlijk deel uit van je wereldbeeld, en dus ook van je politieke opvattingen. Eerder zagen we daar in de Kamer al (minstens) 1 voorbeeld van.(embryoselectie)

Nu ben ik niet thuis in de theorie van het Zevendedagsadventisme - en eerlijk gezegd ook niet in de finesses van het Pakket - maar ik heb een voorgevoel dat Thieme tegenstander van geboortenbeperking is.
Hopelijk vergis ik me!

N.B. Komt een standpunt hierover (overbevolking) misschien voor in 'Meat the Truth'?

Mijn prognose is dat Marianne - namens jou en mij (Partij voor de Dieren) - het daarom eens is met het advies.

Persoonlijk ben ik het daar ook mee eens, al is het om andere reden.
Simpelweg omdat ik niet zou weten waarom dit IN het pakket zou moeten zitten. Zelf ben ik voorstander van geboortenbeperking, maar een ieder is op de hoogte van de mogelijkheden van anticonceptie. En dus staat het een ieder vrij daar wel of niet voor te kiezen.

Benieuwd hoe anderen daarover denken.

P.S. Valt er misschien nog iets te besparen op de kinderbijslag?!

woensdag 27 januari 2010

Top 100, plaats 12: de Pil

Ivan Wolffers zet in zijn Top 100 van de meest gebruikte medicijnen de pil op plaats 12.

Ik ontleen aan dat hoofdstuk het volgende.

Basispakket

- Tot 2004 werd de pil vergoed.

- Sinds 1-1-2004 niet vergoed voor vrouwen > 21 jaar.

- Vanaf 1-1-2008 wordt de pil wel vergoed.

- Het advies in 2010 is de pil niet te vergoeden > 21 jaar.

Dit heet: ‘beleid’.

Wel of geen vergoeding heeft niet heel veel invloed op het gebruik ervan.
Bij geen vergoeding daalt het gebruik en stijgt de prijs, doordat ziektekostenverzekeraars er niet meer over onderhandelen.

Bijwerkingen

Overgewicht. Bij vrouwen met een BMI > 30 is pilgebruik ongewenst, wegens een aanzienlijk risico op trombose.

Voor gezonde vrouwen geldt verder het volgende.

1. Bijwerkingen op korte termijn. Dit zijn problemen in de categorie van hoofdpijn, gewichtstoename e.d.
2. Op middellange termijn. Stollingsproblemen (trombose) en grotere kans op hoge bloeddruk, diabetes, hart- en vaatziekten.
3. Op lange termijn. Grotere kans op baarmoedermondkanker (HPV).

Over het lange termijnrisico op borstkanker bestaat geen overeenstemming, tenzij wellicht over de leeftijdsgrens van 45: hierna neemt de kans toe.

Maar er is ook onderzoek dat niet alleen geen verhoogd risico op borstkanker aantoont, maar zelfs een gunstig effect laat zien op andere vormen van kanker: dikkedarm, einddarm, baarmoeder en eierstokken.

‘Veilige geneesmiddelen bestaan niet’

‘Veilige geneesmiddelen bestaan niet’ zegt het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen (CBG). Lekker makkelijk. Is de verstrekker ook weer gedekt. Medicijnen zijn dan wel in tests op dieren ontwikkeld maar de beste garantie die dat geeft is waarschijnlijk dat je er na inname niet onmiddellijk dood bij neervalt. Wat het verder doet zal moeten blijken.

N.B. Men spreekt begrijpelijkerwijs liever van 'medicijnen' dan van geneesmiddelen.

In Amerika is dezelfde toezichthouder (FDA) minder tolerant geworden (dan het CBG) na het schandaal met Vioxx in 2004, toen bleek dat deze pijnstiller het risico op hartinfarcten en beroertes verdubbelde.
Ook Vioxx was uit en te na op dieren getest.

Dit staat allemaal in het nieuwe boek van Ivan Wolffers, getiteld De top 100 van meest gebruikte medicijnen.

Wolffers is arts en publiceerde 30 jaar lang een dik boek over Medicijnen, onder de gelijknamige titel. Bijna 1000 bladzijden in een heel klein corps. Ik heb het tweemaal gekocht; het gaf een aardig overzicht over klachten, ziekten, behandeling en medicatie. Daar is hij nu mee gestopt, want zegt hij, alle informatie vind je met een druk op de knop op het internet. Dus gooit hij het nu over een andere boeg, die van de Top 100. Het aantal bladzijden is teruggebracht tot 624, en je hebt er geen vergrootglas meer bij nodig om het te lezen.

Wolffers is getrouwd met Marion Bloem, een stel dat gerust mediageil genoemd mag worden.
Hijzelf beschrijft zijn eigen ziektegeschiedenis tot in detail in boeken en op zijn website, terwijl Marion Bloem het druk heeft met het voeren van actie voor asielzoekers. Ook zij vindt zichzelf erg interessant, blijkens bijv. haar literaire poging Geen gewoon Indisch meisje. Gelukkig is dat lang geleden.

Honorering medisch specialisten: uitspraak

College van Beroep voor het bedrijfsleven
Voorzieningenrechter

Uitspraak op het verzoek om voorlopige voorziening in de zaken van:

de Orde van Medisch Specialisten, te Utrecht (hierna: de Orde),
gemachtigde: mr. M.E. Gelpke, advocaat te ’s-Gravenhage,
en
de Nederlandse Vereniging voor Urologie, te Utrecht,
de Nederlandse Vereniging voor Heelkunde, te Utrecht,
de Nederlandse Vereniging voor Dermatologie en Venereologie, te Amsterdam,
het Nederlands Oogheelkundig Gezelschap, te Amsterdam, en
de Nederlandse Orthopaedische Vereniging, te Amsterdam (hierna: de Verenigingen),
gemachtigde: mr. J.G. Sijmons, advocaat te Zwolle,

tegen

de Nederlandse Zorgautoriteit (hierna: NZa),
gemachtigden: mr. G.R.J. de Groot en mr. J.J. Rijken, beiden advocaat te ’s-Gravenhage.
(…)

6.2 Met betrekking tot het gestelde spoedeisend belang van de medisch specialisten wier belangen door de Orde en de Verenigingen (hierna gezamenlijk aangeduid als verzoeksters) worden behartigd, overweegt de voorzieningenrechter als volgt.

De in deze voorlopige voorzieningenprocedure aan de orde zijnde generieke tariefmaatregel, inhoudende een neerwaartse bijstelling per 1 januari 2010 van het DBC honorarium met 12,69%, vertegenwoordigt een financieel belang.
Een zodanig belang vormt volgens vaste jurisprudentie op zichzelf geen reden om een voorlopige voorziening te treffen. Het staat verzoeksters immers vrij financiële compensatie van verweerster te vorderen indien de bestreden tariefbeschikkingen in bezwaar zouden worden gehandhaafd en dit besluit door het College zou worden vernietigd.
Het treffen van een voorlopige voorziening zal echter wel in beeld kunnen komen als het financieel belang, gelet op bijvoorbeeld de activiteiten en/of de vermogenspositie van de betreffende medisch specialisten, zodanig zwaarwegend is, dat hun continuïteit wordt bedreigd. In dat geval zal op basis van een verdere toetsing en belangenafweging moeten worden beoordeeld of het treffen van een voorlopige voorziening geboden is.

6.3 De voorzieningenrechter constateert dat verzoeksters niet aannemelijk hebben gemaakt dat van een zodanig zwaarwegend financieel belang sprake is. Weliswaar is de korting van 12,69 % op de tarieven zeer aanzienlijk te noemen, maar er zijn door verzoeksters geen gegevens overgelegd, waaruit kan worden opgemaakt dat de financiële situatie van bij hun organisatie aangesloten medisch specialisten in dit stadium van de procedure zodanig is dat bovenbedoelde dreiging zich zal verwezenlijken indien van hen wordt verlangd dat zij de beslissing op de mede namens hen ingediende bezwaren afwachten.

In dit verband wijst de voorzieningenrechter op de - niet weersproken - gemiddelde omzetcijfers die namens NZa ter zitting zijn genoemd. Gesteld is door NZa dat, aan de hand van de cijfers over 2008, de gemiddelde honorariumomzet van vrijgevestigde medisch specialisten ongeveer € 295.000 zou bedragen.

Daarbij komt dat de verzoeken om een voorlopige voorziening gedaan worden namens vrijgevestigde medisch specialisten. Omzetdalingen en -stijgingen zijn inherent aan het vrije ondernemerschap. Een daling als deze bij vrijgevestigde medisch specialisten dient dan ook in een ander licht te worden bezien dan wanneer het zou gaan om bijvoorbeeld om specialisten in loondienst van het ziekenhuis.

(…)

6.28 Samengevat: Van een voldoende urgent financieel belang om tot het treffen van een voorlopige voorziening over te gaan, is niet gebleken.
Zonder diepgaand nader onderzoek - onderzoek waarvoor deze procedure tot het verkrijgen van een voorlopige voorziening zich naar zijn aard niet leent - is geen enkele verantwoorde conclusie over de omvang van de overschrijding (en dus van de korting) te trekken.

In het licht van de vele daartoe overgelegde stukken, is twijfel over de omvang van de overschrijding zeer zeker op zijn plaats. Die twijfel is echter niet van dien aard dat daarmee de generieke korting van tafel geveegd zou moeten worden. Het publieke belang dat gediend is met het voorshands intact laten van de korting gaat naar voorlopig oordeel namelijk in dit geval boven het belang van de verzoekers voor wie de Orde optreedt.

6.29 De voorzieningenrechter ziet, gelet op het vorenoverwogene, geen grond voor de conclusie dat de bestreden tariefbeschikkingen onmiskenbaar onrechtmatig zijn. Voor het treffen van een voorlopige voorziening acht de voorzieningenrechter dan ook geen grond aanwezig, zodat de verzoeken zullen worden afgewezen. Aldus wordt beslist.

7. De beslissing
De voorzieningenrechter wijst de verzoeken om voorlopige voorziening af.

Aldus gewezen door mr. B. Verwayen, in tegenwoordigheid van mr. C.G.M. van Ede als griffier, en uitgesproken in het openbaar op 27 januari 2010.

w.g. B. Verwayen w.g. C.G.M. van Ede

dinsdag 26 januari 2010

The Call of the Wild

Door mijn kennismaking met de husky had ik zin de novelle van Jack London te herlezen, in het Nederlands vertaald met De roep van de wildernis; minder krachtig m.i. dan het origineel: The Call of the Wild.

Het verhaal viel me niet mee, ik had er een mooiere herinnering aan. Het beschrijft het leven van sledehonden op de grens van Alaska en Canada, tijdens de Klondike goudrush van 1896.
Het is erg gewelddadig, maar te vrezen valt dat het niet ver van de werkelijkheid afstaat.
Een hond is de hoofdpersoon; hij heet Buck, en is een kruising van een St.-Bernhard en een collie. Hij is een echte held, de grootste, de sterkste, de trouwste, noem maar op. Hij weegt een kilootje of 70. Maar hij moet zich zien te handhaven in het rauwe milieu van de goudzoekers en dat valt niet mee. Hier regeert de Wet van Knuppel en Kaken. Hij staat aan het hoofd van een groep sledehonden die grote tochten maken om post te brengen naar nederzettingen van goudzoekers, bij temperaturen van 50 graden onder nul.

Het verhaal neemt een wending wanneer Bucks leven wordt gered door een man die het niet kan aanzien dat een prachtige hond als Buck bijna doodgeslagen wordt. Het dier blijft dan bij deze man en vergezelt hem op zijn zoektocht naar goud. Op zijn beurt redt hij de man een keer van een verdrinkingsdood. Kortom, er is erg veel actie in die 82 blz.

Een bijzonder aspect is dat Buck gestolen is van een particulier in Noord-Californië bij wie hij het goed had. Hij wordt verhandeld naar Yukon Territory, waar hij een volkomen ander leven krijgt en moet vechten voor overleving. Dat verandert de aard van het dier: hij verwildert in zekere zin. Hij hoort ’s nachts wolven en ook husky’s huilen, en dat roept in hem een (voorouderlijke) drang wakker om in vrijheid te leven: the call of the wild. Dat aspect krijgt een vrij sterk accent in het verhaal, passend bij de (Europese) literaire stroming van die tijd.

Het is toch wel meeslepend geschreven, ook door de talrijke topografische preciseringen. Ik heb een poging gedaan de trails te vinden, via Google Maps, maar daar kwam ik niet ver mee. Ook na ruim 100 jaar is het nog een gebied waar je, buiten Sarah Palin, niet gauw iemand tegenkomt.
Het verhaal werd gepubliceerd in 1903.

Jack London werd maar veertig jaar. Mede door zijn (dieren)verhalen zal hij niet gauw vergeten worden.

Fragment:

Zo kwam Buck spelenderwijs zijn tijd van herstel door en hij begon een nieuw bestaan. Liefde, ware hartstochtelijke liefde leerde hij kennen, voor het eerst in zijn leven. Dit had hij nooit daarginds in de zonnige Santa Clara Valley (Ca.) gevoeld. Deze man had zijn leven gered, en dat betekende iets; maar meer nog, hij was de volmaakte baas. Andere mannen verzorgden hun honden goed uit een soort plichtsgevoel en zakelijk belang; hij verzorgde zijn honden alsof het zijn eigen kinderen waren, omdat hij niet anders kon. En hij deed meer.

Hij verzuimde nooit hen vriendelijk te begroeten en bemoedigend toe te spreken; bijeenzitten voor een langdurig gesprek (wat kletsen, noemde hij dat) was voor hem evenzeer een genoegen als voor zijn honden.
Hij kon op een bepaalde manier Bucks kop krachtig tussen zijn handen nemen en er zijn eigen hoofd op laten rusten, hij kon hem heen en weer schudden en onderwijl uitschelden terwijl Buck alleen koesterende woorden opving. Bucks grootste geluk was die ruige omhelzing en de klank van gemompelde vloeken en bij elke ruk was het alsof zijn hart uit zijn borst zou springen, zo groot was zijn verrukking. En als hij losgelaten werd en opsprong, met lachende bek en welsprekende ogen, als zijn keel trilde van bedwongen klanken, als hij in die houding roerloos bleef staan, riep John Thornton vol eerbied: 'Mijn God, alleen het spreken ontbreekt je!'

Image and video hosting by TinyPic

maandag 25 januari 2010

Dierenpolitie (door Cheetah)

Al zo vaak heb ik bij de Partij voor de Dieren (en bij Marianne Thieme) gehamerd op het feit dat zij/de partij 'en publique' (op TV oid.) eens meer aandacht zou moeten geven aan 'het grote-kleine-dierenleed'.....waar wij in de steden vooral tegen aanlopen.

Nooit is daar serieus op in gegaan (als ik al een antwoord kreeg) en nu moet nota bene een oud LPF-lid, Joost Eerdmans, met het initiatief en de primeur komen......ongelooflijk, wat een gemiste kans.

Image and video hosting by TinyPic
Hier had de naam van de 'partij voor de dieren' in grote neonletters boven moeten staan !!!

Ik begin langzamerhand ook het idee te krijgen dat het bij de partij eigenlijk alleen maar om de bio-industrie gaat...

zaterdag 23 januari 2010

Milan Kundera

Door mijn Brusselse vriendin werd ik enkele maanden geleden opmerkzaam gemaakt op diervriendelijke uitspraken van Milan Kundera.

Helaas kon ze niet preciezer aangeven waar de passages te vinden waren dan in de roman De ondraaglijke lichtheid van het bestaan.
De titel is een letterlijke vertaling uit het Tsjechisch van Nesnesitelná lehkost bytí; doordat die taal naamvallen heeft - en geen lidwoorden - kan het met drie woorden toe.
Een vreemde titel die past bij de inhoud waarvan ik me dan ook niets herinner, behoudens dat een arts onder het communistische regiem moet gaan werken als glazenwasser.
Ik las het voor mijn overgang tot het dieractivisme, en misschien dat daardoor ook die dierenpassages me niet zijn bijgebleven. Toch zijn het er niet heel weinig; het slothoofdstuk is zelfs helemaal aan de hond gewijd. Het boek was een internationaal succes, ik zal een paar gedeelten eruit citeren.
Het begint al op blz. 32 (van de 355) waar de hoofdpersoon Tomas een puppy meebrengt voor zijn vrouw Tereza, een bastaard, kruising tussen een Sint-Bernhard en een Duitse herder. Ze discussiëren over de naam. Omdat het een teefje is wil Tereza haar Karenina noemen, maar Tomas voelt meer voor Karenin (naar de man van Anna Karenina, het romanpersonage). Tereza geeft toe; wel hoopt ze dat het teefje daardoor ‘niet lesbisch’ zal worden.

‘Karenin haatte veranderingen. De tijd van een hondje loopt niet in een rechte lijn, beweegt niet steeds verder vooruit van het een naar het ander. Alles speelt zich af in een cirkel, zoals de tijd van de wijzers van een klok, die ook niet als een dolle vooruitrennen, maar de wijzerplaat ronddraaien, dag in dag uit in dezelfde baan.(…) Hij was de klok van hun leven.

De mensentijd draait niet in een cirkel. Maar snelt in een rechte lijn vooruit. Dat is de reden waarom de mens niet gelukkig kan zijn want geluk is het verlangen naar herhaling.’

Het laatste hoofdstuk heet ‘Karenins glimlach’, waarin ze het dier moeten laten inslapen. 'Honden hebben niet veel voor op mensen maar één voordeel is de moeite waard: euthanasie is in hun geval niet door de wet verboden; een dier heeft recht op een zachte dood.'

Dit deel bevat enkele mooie passages.

‘Die liefde (tussen mens en dier) is onbaatzuchtig. Tereza wil niets van Karenin. Ze vraagt niet eens liefde.’

‘Tereza accepteerde Karenin zoals hij was, ze wilde hem niet naar haar eigen beeld veranderen, ze was het bij voorbaat eens met zijn hondenwereld, ze wilde hem die niet afnemen, ze was niet jaloers op zijn geheime avonturen. Ze voedde hem niet op om hem te herscheppen, maar alleen om hem de elementaire taal te leren die het mogelijk maakt elkaar te begrijpen en met elkaar te leven.’

‘Liefde voor een hond is vrijwillig, niemand heeft haar gedwongen.’

‘Geen mens kan een ander mens het geschenk van de idylle geven. Dat kan alleen een dier, want dat is niet uit het paradijs verstoten. Karenin weet niets van een dualiteit tussen lichaam en ziel en weet niet wat walging betekent.
Liefde tussen mens en dier is idyllisch. Ze kent geen conflicten, geen hartverscheurende scènes, geen ontwikkeling. Karenin omringde Tereza en Tomas met zijn leven gebaseerd op herhaling en hij verwachtte van hen hetzelfde.’

'De ware goedheid van de mens kan zich alleen in volstrekte zuiverheid en vrijheid manifesteren jegens hem die geen kracht vertegenwoordigt. De werkelijke morele beproeving van de mens, de meest essentiële berust op zijn verhouding tot wie aan hem zijn overgeleverd: de dieren.

En dit werd het fundamentele debacle van de mens, zo fundamenteel dat daaruit alle andere debacles voortkomen.'

donderdag 21 januari 2010

Vruchtbaarheidsonderzoek

De mensheid bestaat nog geen 200.000 jaar.
Dat is niks natuurlijk.
Niettemin gaat de Brit Sykes ervan uit dat de mensheid nog wel even te gaan heeft. Maar het loopt af. Hij voorspelt dat de man over 125 miljoen jaar niet meer zal bestaan.
Als de vrouwen tegen die tijd nog bestaan, zullen ze het onder elkaar moeten zien te redden.
De kwestie is dat het Y-chromosoom, dat in z’n eentje de mannelijkheid bepaalt, steeds verder degenereert. De mannelijke vruchtbaarheid staat dus op het spel.

De vrouwen staan er veel beter voor. Vrouwen hebben alle chromosomen dubbel. Fouten op het ene chromosoom kunnen hersteld worden door genen op het andere (parallelle) chromosoom.

In de Volkskrant van zaterdag j.l. een aardig verhaaltje over het Y-chromosoom in het kader van (on)vruchtbaarheidsonderzoek van de man. In het AMC willen ze de mensheid redden.
Er wordt een vergelijking gemaakt met het Y-chromosoom van de mannetjeschimpansee. Dat ziet er beter uit. De verklaring is dat de chimpansee niet monogaam is.
Om nakomelingen te krijgen moet je goede genen hebben (en houden). Monogamie maakt dat minder noodzakelijk. Er is daardoor minder competitie om je genen door te geven.

De schrijver denkt dat de orang-oetan, anders dan de chimpansee, "net als de mens vooral een monogame levenswandel heeft".
Dit is natuurlijk onzin. Na hem daarop gewezen te hebben, preciseert hij:

Ik moet bekennen dat ik de zinsnede heb overgenomen van de onderzoeker, onder toevoeging van het woord ''vooral''. U heeft helemaal gelijk dat solitair niet hetzelfde is als monogaam. Bedoeld was dat mens en orang meer dan de chimpansee hun voortplanting via paarvorming organiseren.

Het strafbare lichaam

Het strafbare lichaam van Karin Spaink verscheen voor het eerst in 1997 en beleefde in 2007 zijn zesde herdruk. De ondertitel luidt: De orenmaffia, kwakdenken en het placebo-effect.

De kern van het boekje is haar verzet tegen de opvatting dat ziekte tussen de oren zit. Dit idee schijnt onder alternatieve genezers gangbaar te zijn; zij stemmen hun therapieën daar dan ook op af.
Spaink moet daar niets van hebben. Ziekte kan een mens ondanks alle voorzorgen overkomen, daar is nu eenmaal niets aan te doen. Voor genezing van haar eigen ziekte(n) gaat zij dan ook uitsluitend te rade bij de reguliere geneeskunde. (Een echo van deze opvattingen is terug te vinden in het boek van Maarten van der Weijden over de behandeling van zijn leukemie.)

Het boekje – ongeveer A5-formaat – leest over het algemeen niet prettig. Het is niet erg helder geschreven, daarnaast is het drammerig. Om haar geloof in de reguliere geneeskunde te onderstrepen voert zij ook nog eens diverse dierexperimenten op. De mens als muis, rat, konijn en zelfs als vogel. Een heel verhaal over duiven die in een kooi werden gezet en na enige tijd de merkwaardigste gedragingen bleken te vertonen, in samenhang met het verstrekken van voedsel. Je zou haast denken dat Spaink nog nooit van Pavlov gehoord heeft.

Gelukkig ziet de schrijfster ook de beperking van de reguliere geneeskunde in. “In de bestrijding van reuma, ms, dementie, parkinson en veel vormen van kanker is amper vooruitgang geboekt.” Ze erkent zelfs: “Medisch handelen verbetert niet altijd de gezondheid. Soms word je er zelfs ziek van.”
Dit constateerde Ivan Illich al in 1975:

In his Medical Nemesis, first published in 1975, also known as Limits to Medicine, Illich subjected contemporary western medicine to detailed attack. He argued that the medicalization in recent decades of so many of life's vicissitudes - birth and death, for example - frequently caused more harm than good and rendered many people in effect lifelong patients. He marshalled a body of statistics to show what he considered the shocking extent of post-operative side-effects and drug-induced illness in advanced industrial society. He was the first to introduce to a wider public the notion of iatrogenic disease.Others have since voiced similar views, but none so trenchantly, perhaps, as Illich.

Spaink citeert ook de uitspraken van Frits van Dam (NKI) over het feit dat de overlevingscijfers bij de meest voorkomende vormen van kanker, zoals long-, borst-, maag- en darmkanker, de laatste 25 jaar niet wezenlijk veranderd zijn. Het is vooral de betere – want vroegere diagnostisering – die verschil kan maken.

In strijd hiermee is dan weer verderop de kritiek op bevolkingsonderzoek:

“Samengevat: screening leidt tot valse zekerheid, overbodige angst, (riskante) overbehandeling, en een groot beslag op de uitgaven voor de gezondheidszorg, doch nauwelijks tot minder ziekte en sterfte.”

Als uitsmijter een treffende observatie van Spaink:

“Mensen vragen zich niet af waarom kanker, ms, hernia, hersenbloeding, parkinson, artritis of astma zo vaak voorkomen maar uitsluitend......waarom zijzelf nu deze ziekte hebben.”


Karin Spaink, Het strafbare lichaam (2007)

woensdag 20 januari 2010

Kanker: KWF en kansberekening (vervolg)

Verwarrend is de nieuwste campagne van KWF Kankerbestrijding: zes keer sterker tegen kanker. De club geeft zes leefregels die volgens hen de kans op kanker zouden halveren. Wie goed kijkt, ziet er eigenlijk maar vier:

1. stop met roken,
2. word niet dik,
3. ga niet te lang in de zon zitten en
4. drink niet te veel.

Allemaal heel gezond – maar kun je de kans op kanker daarmee echt halveren? Dat horen we graag, zo’n nuttig advies, maar het hangt er maar helemaal vanaf hoeveel je rookte, vrat en zoop voordat je tot inkeer kwam. Roken is uiteraard killing, maar wie niet rookt, kan met al die mooie voornemens de kans op kanker maar nauwelijks verkleinen.

De effecten van gezond eten en uit de zon op het ontstaan van kanker zijn, zacht gezegd,erg beperkt.

Er is, afgezien van roken, maar één echt heldere voorspeller van kanker: je leeftijd. Hoe je ook hebt geleefd, eenmaal de zestig gepasseerd, schiet bij iedereen de kans op kanker steil omhoog. Als het immuunsysteem gaat haperen, gaat het mis.

Marcel Hulspas
De Pers 14-1-2010 (fragm.)
-----------------------------------------------------------------------------
Sinds een paar weken vertelt een keurige mevrouwenstem dagelijks meermalen op de radio dat we zomaar zes keer sterker kunnen worden tegen kanker. Als je kookt, aldus de radiospotjes, doe je ook een schort om; als er dan iets spettert, is de kans kleiner dat je vlekken op je mooie blouse maakt.

‘En zo is het ook met kanker. Hoeveel sterker ben jij tegen kanker? Kijk op 6xsterkertegenkanker.nl.’

Dat is gemakkelijk gezegd, maar wat betekent het eigenlijk?
Want de slogan suggereert dat er een manier is om de kans op kanker met een factor 6 te verkleinen. Was die kans 6 procent, dan wordt de kans 1 procent.

Goed nieuws, zou je denken. En meteen beginnen.
Maar zo simpel is het niet.

Wie naar de bijbehorende website van het KWF Kankerfonds kijkt, ziet dat er zes manieren zijn om iets aan je kankerrisico’s te doen. Door verstandiger te zonnen, niet te roken, minder te drinken, flink te bewegen, gezond te eten en op je gewicht te letten.

Ongeveer de helft van de kankersterfte in Nederland, zegt het KWF ook, is toe te schrijven aan zogeheten exogene factoren, omstandigheden waar we zelf de hand in hebben door ons gedrag en onze levensstijl. De rest is erfelijkheid, milieu en toeval. Jaarlijks krijgen 80 duizend mensen te horen dat ze een of andere vorm van kanker hebben; jaarlijks sterven er 40 duizend kankerpatiënten.

Maar hoeveel de zes gezonde leefstijlvoornemens precies helpen, is veel moeilijker te zeggen, erkent woordvoerder Marsja Meijer van het KWF Kankerfonds.

Zo is verstandig zonnen een prominente actie in het lijstje, omdat er een epidemie van huidkanker gaande is. Maar in de sterftecijfers die ze aanreikt, komt zonnen niet voor, omdat huidkanker zelden dodelijk is.

Voor de echte cijfers verwijst KWF naar epidemioloog prof. Bart Kiemeney van het Raboud Medisch Centrum in Nijmegen. Hij leverde materiaal voor de campagne.
Zelf denkt hij dat maar eenderde van de kankerdoden met levensstijl samenhangt.

Met de slogan is hij niet helemaal content, omdat die het lastige verhaal over statistiek en individuen niet dekt. ‘Het punt is dat er twee factoren zijn: de individuele aanleg of gevoeligheid, en de externe invloeden. Wie veel te dik is, kan darmkanker krijgen, maar dunne mensen ook.’

Eigenlijk, zegt Kiemeney, is alleen van niet-roken goed bekend hoe het de kansen op (long)kanker keert.
90 procent van de longkankerdoden is of was roker.
Omgekeerd heeft een roker een kans van 1 op 10 om kanker op te lopen, aan de longen, in het hoofdhalsgebied of de blaas. Wie stopt met roken, neemt direct een forse risicofactor voor zichzelf weg en is in één klap misschien wel tien keer sterker tegen kanker, zegt Kiemeney.

Voor de overige vijf acties is dat overigens een stuk minder indrukwekkend.

Hoewel gezonde mensen de doelgroep zijn, is de 6x-campagne onder patiënten slecht gevallen, weet hij ook. ‘Mensen trekken concluderen dat ze kennelijk hadden moeten voorkomen dat ze kanker hebben. Dat kun je nooit zeggen. Maar ik snap de emotie.’

Martijn van Calmthout
Volkskrant 19-12-2009

dinsdag 19 januari 2010

Poedel en duivel

Leser von Goethes "Faust" (1810) werden diesen Ausdruck - des Pudels Kern - wiedererkennen.

Doktor Faust trifft bei einem Spaziergang mit seinem Diener Wagner einen freundlichen Hund, der sich, wie der Doktor bemerkt, "pudelnärrisch" aufführt.

Faust ist von der Anhänglichkeit des Pudels fasziniert und nimmt ihn mit nach Hause. Dort passieren dann seltsame Dinge. Die "pudeltreue" Kreatur bellt unaufhörlich und Doktor Faust will sie nun doch hinauswerfen.

Dann aber beginnt das Tier zu wachsen. Zunächst wird es so groß wie ein Nilpferd, später so groß, wie ein Elefant. Faust erkennt, dass ein Geist aus einer anderen Welt bei ihm eingedrungen ist.

Das Tier verschwindet in einer Rauchwolke und Sekunden später tritt Mephisto im Gewand eines fahrenden Gelehrten (eines "Scholastikus" ) aus dem Nebel hervor.

"Das war also des Pudels Kern" ruft Faust in Zeile 1323 aus, "ein fahrender Scholast?"

Heute findet der Ausdruck "des Pudels Kern" überall dort Verwendung, wo man auf die Quintessenz einer Sache gestoßen ist. Es ist eine Art deutsches "Heureka" ("Ich hab´s gefunden" ). Ein Ausdruck, der dem griechischen Wissenschaftler Archimedes zugeschrieben wird, als er eine Methode entdeckte, die Reinheit von Gold zu prüfen.

Image and video hosting by TinyPic

maandag 18 januari 2010

Beter kaal op het terras.....

'Beter kaal op het terras............dan mèt haar onder het gras.'

Als ik dokter was, zou ik aan depressieve patiënten het boek van Maarten van der Weijden ter lezing voorschrijven, waarin hij verslag doet van zijn leukemiebehandeling. Niet dat het een leuk boek is – verre van dat. Het laat echter heel goed zien dat een mens ten allen tijde z’n zegeningen moet tellen.

Van der Weijden is de bekende zwemmer - Olympisch kampioen-Open water in Peking (2008). Die zege kwam uiteraard niet uit de lucht vallen. Samen met zijn zus heeft hij al als kind vrijwel dagelijks getraind in het zwembad. Daarnaast heeft hij het figuur ervoor, met een lengte van ruim twee meter en een gewicht van ca. 100 kg.

Hij is de zoon van een wiskundeleraar en studeerde zelf ook wiskunde. (Moeder is onderwijzeres.) Een klein intermezzo gaat over de beroemde stelling van Fermat, een variant op de stelling van Pythagoras volgens wie a2 + b2 = c2. (bijv. 3x3 + 4x4 = 5x5). Fermat wilde bewijzen dat er geen enkel geheel drietal bestaat waarvoor dit geldt, met een macht groter dan 2.
De verhouding met zijn ouders bereikt in de puberteit een dieptepunt, als hij erachter komt dat ze een kinderslot op de tv hebben gezet! Hij is dan 17. Hij mag daarop, met hulp van de zwembond, zelfstandig gaan wonen, eerst in een gastgezin. Daarna normaliseert de verhouding met de ouders weer.

Maar als hij 20 is en juist deelgenomen heeft aan het wereldkampioenschap-zwemmen in Hawaii gaat het ineens helemaal mis. Hij raakt verlamd in het gezicht, de huid rond zijn ogen kleurt donkerblauw, het oogwit raakt bebloed, en als hij ook nog een bult onder zijn kin krijgt, wordt het tijd voor het ziekenhuis in Alkmaar. Dat stuurt hem door naar het VU-mc, waar de uiteindelijke diagnose vastgesteld wordt: acute lymfatische leukemie.

Daar volgt Van der Weijden dan drie zware chemokuren, met een eindeloze reeks ruggenprikken, en een aantal beenmergpuncties, die uiteindelijk resulteren in een stamceltranplantatie met eigen stamcellen (‘autoloog’). Een riskante strategie want deze weg kan maar één keer gevolgd worden. Als het mislukt en de leukemie binnen twee jaar terugkeert, dan zijn deze cellen bestand tegen de chemo. Bij latere recidive is allogene transplantatie (met donorcellen) wel nog een optie.

Tussen de kuren door mag hij naar huis. Maar het lijden is haast onbeschrijflijk; daarvoor leze men het boekje zelf. (134 blz.) De behandeling slaagt echter en al binnen een jaar - 2001 - is hij voorgoed ontslagen uit het ziekenhuis.
De grote man voor Maarten is P.C. Huygens, hematoloog. Deze vertelt hem bijv. dat de kans om acute leukemie te krijgen voor een sporter even groot als voor een niet-sporter. En de kans op genezing is ook dezelfde.

Er zijn twee dingen die het verhaal pakkend maken. Dat is ten eerste zijn houding ten opzichte van de ziekte en de behandeling. Ten tweede zijn vriendschap met een lotgenoot, Bob, die piloot is bij Martinair.

Als patiënt is Van der Weijden ‘lastig’, in die zin dat hij zich niet laat afschepen met vage praatjes van artsen en medisch personeel. Hij wil voortdurend exact weten waar hij aan toe is.
Het verbaast dan ook niet dat hij het personeel op fouten betrapt, ook al is hij nog zo ziek. Een keer wil men hem een injectie met morfine geven, terwijl hij kalium moet hebben. Een andere keer krijgt hij een medicijn aangereikt dat over de houdbaarheidsdatum is.

Het andere lijntje is zijn band met medepatiënt Bob. Bob is ouder en heeft een vrouw en twee jonge kinderen. Hij loopt met de behandeling een maand voor op Maarten en de laatste kan zich daardoor enigszins instellen op wat hem te wachten staat. Samen overleven zij lotgenoten Raymond, Frans en Rob, die bij hen op de kamer lagen. Zij bezoeken hun begrafenissen.
Als ze beiden definitief ontslagen zijn, maken ze een korte duinwandeling in Schoorl. Als de kale mannen mannen uitrusten op een bankje, doet Bob de uitspraak die hierboven staat: ‘Beter kaal op een terras’ etc. Dat is in december 2001.
Samen reizen ze voor controles naar de VU. Daar slaat het noodlot toe: de leukemie is bij Bob teruggekeerd. Dit verhaal eindigt op 13 februari 2002, op Bobs begrafenis.

Hierna volgen nog 120 blz. over de verdere zwemcarrière.
Maarten van der Weijden, Beter (Ambo A'dam 2009)

Leukemie is een verzamelnaam voor verschillende vormen van bloedkanker, of preciezer kanker van witte bloedcellen (leukocyten). Er zijn veel soorten leukemie, die alle gemeen hebben dat één van de vele typen witte bloedcellen is ontaard en zich ongebreideld is gaan vermenigvuldigen.

Deze vorm van kanker is niet door operaties te genezen omdat de ziekte zich per definitie al door het hele lichaam verspreid heeft, zodat het chirurgisch weghalen van het zieke weefsel niet mogelijk is.

Niettemin is bij een aantal vormen van leukemie door middel van chemotherapie en bestraling, eventueel gecombineerd met beenmergtransplantatie of tegenwoordig ook stamceltransplantatie, in een betrekkelijk hoog percentage van de gevallen genezing te bereiken en in een groot aantal andere gevallen de progressie van de ziekte jaren te vertragen, soms tientallen jaren.

ALL is heel zeldzaam; van alle nieuwe kankerpatiënten heeft ten hoogste 0,3 % deze vorm van leukemie.

Bij jonge kinderen is ALL in ongeveer 80% van de gevallen te genezen.
Dat heeft met name te maken met het feit dat deze leukemie relatief gevoelig is voor antikankermedicijnen (chemotherapie).

Daarentegen is ten hoogste 30% van volwassen patiënten na 5 jaar nog in leven. Zie de ervaring van Maarten van der Weijden, hierboven.

Image and video hosting by TinyPic

zondag 17 januari 2010

Dierproeven en overgewicht

Image and video hosting by TinyPic
Juliette Legler (40)

Dierproeven zijn een uitvloeisel van ordinaire machtspolitiek. Wie denkt dat de Vrije Universiteit in Amsterdam (VU) ethisch te hoogstaand is om zich hiertoe te verlagen, heeft het mis. Het artikel ‘Dik geboren’ maakt duidelijk hoe ver. Klik hier.

Het VU-bestuur schuift de verantwoordelijkheid voor dierexperimenten af op een zgn. ethische commissie. Deze commissie heeft een hoge dunk van zichzelf **.
‘Dik geboren’ laat echter zien dat ze niks meer dan een schaamlap is. Zij bewilligt namelijk zelfs in dierexperimenten t.b.v........ overgewicht.

- Een ieder weet dat overgewicht een welvaartsverschijnsel is. Hoe lang is het woord ‘obesitas’ nog maar helemaal in zwang?! Overgewicht mag op den duur schadelijk voor de gezondheid zijn – een ziekte is het niet.

- Over deze dierexperimenten zegt de geciteerde hoogleraar Seidel zelfs al bij voorbaat dat deze n i e t de oplossing voor het probleem zullen opleveren.
En toch worden ze gedaan...

- De onderzoekster zelf vindt het vooral ook belangrijk dat zebravissen sneller te fokken zijn dan muizen. Het aantal dieren dat ze wenst te vergiftigen, wordt niet vermeld.

Volop aanleiding voor de VU-leiding – toch de eindverantwoordelijke – om in te grijpen en deze experimenten niet toe te staan. Nu zij dit nalaat, kan m.i. niet anders geconcludeerd worden dan tot het ontbreken van iedere moraal in alle lagen van deze universiteit.


** Henriëtte Bout, ‘Wanneer is een dierproef moreel toelaatbaar?’ (In: De weging gewogen, blz. 79-88. Damon 2009)

Groene sex

Je kunt er natuurlijk voor kiezen om alleen nog maar naar bed te gaan met vegetariërs.

Ook kun je een potentiële bedpartner afwijzen wanneer hij of zij met een te grote auto op jullie afspraakje arriveert.

Gelukkig zijn er leukere alternatieven. Zo kun je samen douchen om water te besparen, sexy groene lingerie aanschaffen of inspiratie opdoen met behulp van een kalender met 'Ecobabes'.

Echte doorzetters, zoals ook veel triatleten, kiezen voor een veganistisch dieet om extra uithoudingsvermogen te kweken.

Voor wie iets luier is: bamboe-beddengoed is behalve milieuvriendelijk ook zijdezacht en dus supersexy. Voordat je het bed in duikt kun je in de stemming komen met biologische massage-olie, fair trade chocolade of een diner bij kaarslicht met een organisch wijntje.

Seksspeeltjes zijn ook populair. In 2005 hadden 3 miljoen Nederlanders een of meerdere speeltjes in huis. Onderzoek van TNO in opdracht van Greenpeace wees uit dat de overgrote meerderheid van deze speeltjes schadelijke chemicaliën bevat. Die zijn niet alleen slecht voor het milieu, maar ook voor je gezondheid.

Vraag daarom in de winkel naar artikelen gemaakt van bijvoorbeeld glas, metaal of hard plastic.

En gebruik natuurlijk oplaadbare batterijen waar nodig!

Kijk op de website van Llink voor meer informatie en spannende artikelen. Je kunt er ook terecht voor milieuvriendelijke condooms en glijmiddelen.

zaterdag 16 januari 2010

Restzetel in Europees parlement

Amsterdam, 9 juni 2009 -
De Partij voor de Dieren heeft het kabinet gevraagd de Kamer in een brief te informeren waarom het kabinet het advies van de Kiesraad over de toedeling van de 26e Europese zetel op twee belangrijke punten negeerde.
De Kiesraad heeft het kabinet op 19 maart geadviseerd (brief 2009-000151978) de toekenning van de 26e Nederlandse zetel in het Europees parlement zo te laten plaatsvinden, dat daarmee recht gedaan wordt aan de uitspraak van de kiezer en de evenredige vertegenwoordiging van het Nederlands deel van het Europees parlement gewaarborgd wordt.
De Kiesraad adviseert het kabinet om partijen die bij de Europese verkiezingen van 4 juni net geen zetel hebben gehaald maar wel tenminste 75% van de kiesdeler haalden, in aanmerking te laten komen voor de 26e zetel die beschikbaar komt na ratificatie van het Verdrag van Lissabon.

Wanneer de Kamer besluit het advies van de Kiesraad te volgen, zal de 26e zetel op grond van de reguliere restzetelverdeling toevallen aan de Partij voor de Dieren. De Partij voor de Dieren gaat ervan uit dat de Kamer niet voorbij zal willen gaan aan de adviezen van de Kiesraad en dus dat ze reëel uitzicht heeft op een zetel in het Europees parlement.

Thieme stapt desnoods naar rechter om restzetel
Den Haag, 11 juni 2009. De Partij voor de Dieren stapt desnoods naar de rechter om een zetel in het Europees Parlement te bemachtigen. Dit kondigde partijleidster Marianne Thieme vandaag aan nadat de Kiesraad de officiële uitslag van de Europese verkiezingen van vorige week had bekendgemaakt.
---------------------------------------------------------------------------------

DEN HAAG- 12 november 2009
De Tweede Kamer vindt dat de PVV recht heeft op de extra zetel die Nederland in het Europees Parlement krijgt. Alleen de Partij voor de Dieren (PvdD) verzet zich tegen deze gang van zaken. Fractievoorzitter Marianne Thieme vindt dat de extra zetel in Brussel aan haar partij moet toevallen.
Thieme verwijt staatssecretaris Ank Bijleveld (Binnenlandse Zaken) dat ze de Tweede Kamer onvolledig heeft geïnformeerd over advies dat ze heeft ingewonnen over de zetelverdeling. ,,Ik vind dat de keuze op een onzorgvuldige manier is gemaakt'', zei Thieme donderdag tijdens een overleg over de zetelkwestie. Bijleveld nam met klem afstand van die suggestie.

Het kabinet heeft besloten dat de PVV de 26e zetel in het Europees Parlement krijgt. De partij van Geert Wilders kan nog een volksvertegenwoordiger naar Brussel sturen, omdat het kabinet de extra zetel behandelt als restzetel. De PvdD heeft de kiesdrempel niet gehaald en heeft daarom geen recht op een restzetel.

Bijleveld heeft de Tweede Kamer in april geschreven hoe ze de extra zetel in het Europarlement zal toewijzen. Nederland krijgt die zetel zodra het Verdrag van Lissabon in werking treedt. (1-12-2009)

Thieme heropende donderdag de discussie over die keuze. Zij vindt dat de verdeling ,,riekt naar een spelletje van de grote partijen'', die haar kleine Partij voor de Dieren benadeelt.

,,Het is erg makkelijk om andere partijen met grote woorden te beschuldigen'', reageerde PvdA-Kamerlid Paul Kalma. Hij vindt samen met CDA, SP, VVD, PVV en de SGP dat Thieme probeert om na de wedstrijd de spelregels te veranderen.
Bijleveld sloot zich bij die kritiek aan: ,,Spelregels moet je voor de wedstrijd maken''.

PVV-Kamerlid Hero Brinkman, die zich mag verheugen op een vijfde zetel in Brussel, had nog wel een advies voor Thieme. ,,Ik zou zeggen: recht je rug, over vijf jaar weer een kans''.

Stop Wilders Nu (Niet)

AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK

Uitspraak in het geding tussen:

de vereniging Politieke vereniging Stop Wilders.nu, gevestigd te Den Haag,
appellant,

en

het centraal stembureau voor verkiezing van de leden van de gemeenteraad van de gemeente 's-Gravenhage,
verweerder.

1. Procesverloop

Bij besluit van 30 december 2009 heeft het centraal stembureau voor verkiezing van de leden van de gemeenteraad van de gemeente 's-Gravenhage (hierna: het centraal stembureau) een verzoek van de vereniging Politieke vereniging Stop Wilders.nu (hierna: de PVSWN) om registratie van de aanduiding "Stop Wilders Nu" afgewezen.

Tegen dit besluit heeft de PVSWN bij brief, bij de Raad van State ingekomen op 5 januari 2010, beroep ingesteld.

De Kiesraad heeft bij brief van 8 januari 2010 op de voet van artikel 8:45 van de Algemene wet bestuursrecht inlichtingen verschaft.

De Afdeling heeft de zaak ter zitting behandeld op 12 januari 2010, waar de PVSWN, vertegenwoordigd door [gemachtigde], en het centraal stembureau, vertegenwoordigd door R.J. van der Velde, ambtenaar in dienst van de gemeente Den Haag, zijn verschenen. Voorts is ter zitting de Kiesraad, vertegenwoordigd door mr. K.Th. van Barneveld, werkzaam bij de Kiesraad, gehoord.

2. Overwegingen

2.1. Ingevolge artikel G 3, eerste lid, van de Kieswet kan een politieke groepering die een vereniging is met volledige rechtsbevoegdheid en waarvan de aanduiding niet reeds bij het centraal stembureau voor de verkiezing van de leden van de Tweede Kamer, onderscheidenlijk provinciale staten, is geregistreerd, aan het centraal stembureau voor de verkiezing van de leden van de gemeenteraad schriftelijk verzoeken de aanduiding waarmee zij voor die verkiezing op de kandidatenlijst wenst te worden vermeld, in te schrijven in een register dat door het centraal stembureau wordt bijgehouden. Verzoeken, ontvangen na de drieënveertigste dag voor de kandidaatstelling, blijven voor de daaropvolgende verkiezing buiten behandeling.
Ingevolge het vierde lid, beschikt het centraal stembureau slechts afwijzend op het verzoek, indien

a. de aanduiding strijdig is met de openbare orde;

b. de aanduiding geheel of in hoofdzaak overeenstemt met een reeds op de voet van dit artikel of de artikelen G 1, onderscheidenlijk G 2, geregistreerde aanduiding van een andere politieke groepering, of met een aanduiding waarvoor reeds eerder op grond van dit artikel een registratieverzoek is ontvangen, en daardoor verwarring te duchten is;

c. de aanduiding anderszins misleidend is voor de kiezers;

d. de aanduiding meer dan 35 letters of andere tekens bevat;

e. de aanduiding geheel of in hoofdzaak overeenstemt met die van een rechtspersoon die bij onherroepelijke rechterlijke uitspraak verboden is verklaard en deswege is ontbonden;

f. het verzoek op dezelfde dag bij het centraal stembureau is ingekomen als een ander verzoek, strekkende tot inschrijving van een geheel of in hoofdzaak gelijkluidende aanduiding, tenzij dat andere verzoek reeds op een der onder a tot en met e genoemde gronden moet worden afgewezen.

2.2. Het centraal stembureau heeft aan de afwijzing van het verzoek van de PVSWN ten grondslag gelegd dat de gewenste aanduiding "Stop Wilders Nu" in strijd is met de openbare orde, omdat deze aanduiding door het gebruik van de geslachtsnaam van de heer Wilders, terwijl deze daarvoor geen toestemming heeft verleend, diens persoonlijke levenssfeer aantast.

2.3. De PVSWN betoogt - samengevat weergegeven - dat de door haar beoogde registratie is bedoeld om een oordeel van de kiezers over het gedachtegoed van de heer Wilders mogelijk te maken en dat daarmee de aanduiding niet is gericht op de persoon van de heer Wilders, maar op het gedachtegoed dat deze vertegenwoordigt. Het gebruik van de aanduiding is derhalve niet in strijd is met de openbare orde.

2.3.1. De Kiesraad heeft, onder verwijzing naar de wetsgeschiedenis, uiteengezet dat het bij de beoordeling van de vraag of een aanduiding in strijd is met de openbare orde niet de bedoeling is dat de doelstelling of de activiteiten van de politieke groepering die een aanduiding wenst te registreren, worden beoordeeld. In de Memorie van Toelichting bij de wijziging van de Kieswet in 1989 (Kamerstukken II 1987/88, 20264, blz. 26) staat hierover dat de registratie van namen van politieke groeperingen er slechts toe strekt de herkenbaarheid van de ingediende lijsten voor de kiezers te vergroten. Zij is niet bedoeld als een soort "vergunningstelsel" voor politieke groeperingen.

De Kiesraad volgt het centraal stembureau niet, nu niet valt in te zien dat de gewenste aanduiding "Stop Wilders Nu" een aantasting van de persoonlijke levenssfeer van de heer Wilders inhoudt.

Het argument van het centraal stembureau dat verwijst naar artikel 8 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek treft volgens de Kiesraad ook geen doel, nu dit artikel uitsluitend ziet op een situatie waarin door de gebruiker van de naam de schijn wordt gewekt dat deze die ander is of tot diens gezin of geslacht behoort en hiervan in dit geval geen sprake is.

De Kiesraad meent dat voldoende duidelijk is dat de aanduiding zich richt op het gedachtegoed van de politicus Wilders en tot doel heeft om hierover in de politieke arena de discussie aan te gaan. De Kiesraad is derhalve van mening dat het centraal stembureau ten onrechte afwijzend heeft beslist.

2.3.2. De Afdeling sluit zich aan bij het oordeel van de Kiesraad. In de door de PVSWN gewenste aanduiding "Stop Wilders Nu" komt tot uitdrukking dat deze partij zich verzet tegen het gedachtegoed van de heer Wilders. In de Kieswet is voorzien in limitatieve gronden voor het weigeren van een aanduiding.

Uitgangspunt bij de beoordeling van een verzoek tot registratie van een aanduiding is, dat een politieke groepering vrij is in het kiezen van de aanduiding waarmee zij in de politieke strijd haar gedachtegoed wil uitdragen. Een ruime uitleg van de weigeringsgrond "strijd met de openbare orde" ligt niet in de rede, gelet op deze bedoeling van de wet om een grote vrijheid te waarborgen bij de aanduiding van de naam van een politieke groepering en daarmee de politieke strijd te voeren. Naar het oordeel van de Afdeling is daarom de enkele omstandigheid dat in een aanduiding van een politieke vereniging de geslachtsnaam van een politicus wordt gebezigd, zonder dat deze daarvoor toestemming aan de vereniging heeft verleend, niet in strijd met de openbare orde.
Indien het onwenselijk wordt geacht dat in een aanduiding van een politieke vereniging een geslachtsnaam van een politicus of andere persoon wordt gebezigd, zonder dat diegene daarvoor toestemming heeft verleend, dient de wetgever een daartoe strekkende weigeringsgrond op te nemen.

Voor het oordeel dat in de door de PVSWN gewenste aanduiding "Stop Wilders Nu" tot uitdrukking komt dat deze groepering zich niet of niet alleen verzet tegen het politieke gedachtegoed van de heer Wilders, maar uitsluitend dan wel ook tegen hem persoonlijk, zijn geen aanknopingspunten in de stukken aanwezig. De PVSWN heeft dit ook uitdrukkelijk en met kracht weersproken.
Het centraal stembureau heeft ter zitting desgevraagd uiteengezet dat de bedreigende associatie die van de aanduiding uitgaat en de mogelijk opruiende werking ervan geen zelfstandig dragende grond van het besluit maar slechts een ondersteunend argument vormen.

De Afdeling is van oordeel dat het centraal stembureau het verzoek tot registratie van de aanduiding "Stop Wilders Nu" ten onrechte heeft afgewezen.

2.4. Het beroep is gegrond. Het besluit van 30 december 2009 komt voor vernietiging in aanmerking. De Afdeling zal op na te melden wijze in de zaak voorzien. Het besluit van 30 december 2009 zal worden vernietigd. De Afdeling zal het centraal stembureau opdragen de aanduiding alsnog te registreren in het register als bedoeld in artikel G 3, eerste lid, van de Kieswet.

vrijdag 15 januari 2010

Dag Leers! (2)

Image and video hosting by TinyPic

Dag Leers!

Het vertrek van Gerd Leers als burgemeester van Maastricht kan de stad alleen maar ten goede komen.

De man is noch integer noch democraat.

Hij hoort thuis in een sjoemelcultuur.

Een klein half jaar geleden moest de rechter hem nog uitleggen wat 'vrijheid van meningsuiting' inhoudt toen hij een demonstratie tegen het dragen van bont in de stad wilde verbieden!

Hij zag er verder geen been in zijn positie als burgemeester te misbruiken bij de aankoop van een vakantievilla in Bulgarije:

Het Bureau Integriteit Nederlandse Gemeenten onderzocht de gang van zaken rond de aankoop van een Bulgaarse vakantievilla door Leers.

Leers heeft geen wettelijke voorschriften overtreden, maar heeft hij wel
in een aantal gevallen de schijn van belangenverstrengeling gewekt.
Dat is een overtreding van de gedragscode van de gemeente Maastricht.
In zijn contacten met de Bulgaarse ambassadeur in Nederland heeft Leers daadwerkelijk de belangen verstrengeld, zo blijkt. Volgens de onderzoekers betrok Leers de ambassadeur „onnodig in zijn privézaken”. Deze verstrengeling had volgens BING „voorkomen kunnen worden” en is daardoor „strijdig met de gedragscode”.

Respect voor Dieren leert de burgemeester een lesje

RECHTBANK MAASTRICHT
Sector Bestuursrecht
Voorzieningenrechter

Procedurenummer: AWB 09 / 1442

Uitspraak

in het geding tussen

de vereniging met beperkte rechtsbevoegdheid "Respect voor dieren, afdeling Maastricht,"
gevestigd te Maastricht, verzoekster,

en

de burgemeester van de gemeente Maastricht,
de burgemeester.

Datum bestreden besluit: 18 augustus 2009
Kenmerk: 2009-34626 2009-34977


1. Procesverloop

Verzoekster heeft bezwaar gemaakt tegen het in de aanhef van deze uitspraak vermelde besluit.

Verzoekster heeft ten aanzien van dit besluit bij de voorzieningenrechter van deze rechtbank een verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening als bedoeld in artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb) ingediend.

De burgemeester heeft de stukken die op de zaak betrekking hebben aan de rechtbank gezonden.

Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 21 augustus 2009. Verzoekster is verschenen bij gemachtigde W.A.M. de Loo, advocaat te Maastricht. De burgemeester heeft zich ter zitting laten vertegenwoordigen door G. Marcus-Silletti en M. Detisch, beiden werkzaam bij de gemeente Maastricht.


2. Overwegingen

In artikel 8:81 van de Awb is bepaald dat, indien tegen een besluit bij de rechtbank beroep is ingesteld dan wel, voorafgaand aan een mogelijk beroep bij de rechtbank, bezwaar is gemaakt, de voorzieningenrechter van de rechtbank die bevoegd is of kan worden in de hoofdzaak op verzoek een voorlopige voorziening kan treffen, indien onverwijlde spoed, gelet op de betrokken belangen, dat vereist.

Tot het treffen van een voorziening zal in het algemeen slechts aanleiding bestaan, indien op grond van de beschikbare gegevens moet worden geoordeeld, dat zonder die voorziening het voor verzoekster uit het bestreden besluit voortkomend nadeel onevenredig is in verhouding tot het met dat besluit te dienen belang. Daarbij gaat het om een afweging van de belangen van de indiener van het verzoek bij een onverwijlde voorziening tegen de belangen die zijn gemoeid met onmiddellijke uitvoering van het besluit. Voor zover deze toetsing een beoordeling van de hoofdzaak meebrengt, is dat oordeel voorlopig van aard en niet bindend in de bodemprocedure.

Verzoekster heeft door middel van een e-mailbericht van 5 augustus 2009 aan de burgemeester kennis gegeven dat zij op zaterdag 22 augustus 2009 een betoging tegen het gebruik van bont zal houden. Volgens de mededeling zullen ongeveer 15 à 30 demonstranten aan de betoging deelnemen. De betoging zal plaatsvinden met behulp van flyers, fotoborden en spandoeken. Waar het niet te druk/smal is, zal gebruik worden gemaakt van een of meer megafoons.
De groep zal bij het centraal station vertrekken en van daaruit de binnenstad intrekken om met de hele groep maar veelal in deelgroepjes van, afhankelijk van het deelnemeraantal, drie tot vijf personen, bij winkels die bont verkopen te gaan demonstreren. Dit zal gebeuren volgens een bepaalde route en tijdschema, zoals gevoegd bij de kennisgeving. Het is de bedoeling bij een winkel buiten, naast de ingang post te vatten en aandacht van het publiek te vragen voor het belang van deze personen zich buiten de winkel, naast de ingang, zullen opstellen en zullen trachten het publiek te overtuigen dat het gebruik van en de promotie van bont niet nodig zijn en tevens zal worden getracht de betreffende winkelier alsnog ertoe over te halen een contract te ondertekenen dat deze in het vervolg een bontvrij beleid zal voeren.

De burgemeester heeft daarop aan verzoekster zijn voornemen kenbaar gemaakt de betoging te verbieden. Verzoekster heeft geen gebruik gemaakt van de gelegenheid haar zienswijze hierover te geven.

Vervolgens heeft de burgemeester bij het bestreden besluit de betoging verboden. Volgens de burgemeester zal het op genoemde zaterdag erg druk zijn in de binnenstad van Maastricht en zijn de straten waar zal worden gedemonstreerd (met name de Stokstraat en Plankstraat) smal. Hierdoor kunnen bij een demonstratie opstoppingen ontstaan. Hierdoor bestaat het risico dat onder het publiek (lees:paniek) uitbreekt en bestaat het gevaar dat hulpdiensten bij incidenten de desbetreffende plekken niet of moeilijk kunnen bereiken. De brief die verzoekster aan de winkeliers heeft verzonden is volgens de burgemeester door de winkeliers als zeer bedreigend en intimiderend ervaren en de burgemeester sluit niet uit dat het tussen winkeliers en demonstranten tot een confrontatie zal komen. Er zal ook worden gedemonstreerd in de Bredestraat.
Dit is een aanvoerroute naar het centrum, met smalle stoepen. De burgemeester is, gelet op het bovenstaande, van mening dat het belang van het voorkomen van wanordelijkheden en het verkeersbelang vorderen dat de betoging wordt verboden. Voorst heeft de burgemeester overwogen de betoging niet onder voorwaarden te willen toestaan omdat de burgemeester, gelet op eerdere betogingen, waarbij verzoekster zich volgens de burgemeester niet aan de afspraken heeft gehouden, er niet op vertrouwt dat verzoekster voorwaarden zal nakomen.

Verzoekster heeft, onder verwijzing naar jurisprudentie, daartegen aangevoerd dat een betoging slechts in uitzonderlijke en dwingende situaties preventief mag worden verboden. Zij stelt dat betogingen van verzoekster doorgaans in overeenstemming met de voorschriften verlopen. Zonodig dient politiebescherming te worden geboden om een demonstratie doorgang te doen vinden. Dit lijdt volgens verzoekster alleen dan uitzondering indien een betoging naar redelijke verwachting gepaard zal gaan met wanordelijkheden op zodanige schaal dat er niet voldoende politie kan worden ingezet om daaraan het hoofd te bieden. Volgens verzoekster heeft de burgemeester op geen enkele wijze gemotiveerd dat wanordelijkheden zullen ontstaan, laat staan wanordelijkheden van zodanige schaal dat niet voldoende politie kan worden ingezet om daaraan het hoofd te bieden. Daarbij wijst zij erop dat het slechts 15 tot maximaal 30 betogers betreft, die zich voor het grootste deel van de betoging in groepjes zullen opsplitsen. Zij ontkent dat de door de burgemeester bedoelde brief bedreigend is of als zodanig is bedoeld. Bovendien kan de brief of onwettige gedragingen van derden geen reden zijn een demonstratie te verbieden. Zij heeft daarnaast gemotiveerd ontkend dat betogingen uit het verleden geen aanleiding kunnen geven om in dit geval wanordelijkheden te voorzien.

De vereiste spoed staat, nu de betoging is voorzien voor morgen voldoende vast.

De voorzieningenrechter staat voor de beoordeling van de vraag of het besluit waarbij de burgemeester de betoging heeft verboden zich verdraagt met het in de Grondwet verankerde recht op betoging als nader geregeld in de Wet openbare manifestaties (hierna: Wom).

De voorzieningenrechter overweegt daartoe als volgt.

In artikel 9, eerste lid, van de Grondwet wordt het recht tot vergadering en betoging erkend, behoudens ieders verantwoordelijkheid volgens de wet. Ingevolge het tweede lid van deze bepaling kan de wet regels stellen ter bescherming van de gezondheid, in het belang van het verkeer en ter bestrijding of voorkoming van wanordelijkheden.

Ingevolge artikel 5, eerste lid, van de op artikel 9, tweede lid, van de Grondwet gebaseerde Wom kan de burgemeester voorschriften en beperkingen stellen of een verbod geven naar aanleiding van een kennisgeving van een betoging op een openbare plaats. Ingevolge artikel 5, tweede lid, aanhef en onder c, van de Wom kan een verbod slechts wordt gegeven indien een van de in artikel 2 genoemde belangen dat vordert.

Ingevolge artikel 2 van de Wom kunnen bevoegdheden tot beperking van het recht op betoging slechts worden aangewend ter bescherming van de gezondheid, in het belang van het verkeer en ter bestrijding of voorkoming van wanordelijkheden.

De voorzieningenrechter stelt vast dat de door verzoeker aangekondigde demonstratie als een betoging in de zin van artikel 9, eerste lid, van de Grondwet is aan te merken. In de Wom is de bevoegdheid van de burgemeester opgenomen om met het oog op een aangekondigde demonstratie daaraan voorschriften en beperkingen te stellen dan wel de demonstratie te verbieden. Dat wettelijk kader brengt met zich dat een betoging slechts in uitzonderlijke situaties preventief mag worden verboden. Er dienen zwaarwegende omstandigheden te zijn die een beperking van het recht op betoging rechtvaardigen.
Naar het oordeel van de voorzieningenrechter kan een verbod van het recht om te demonstreren niet slechts worden gerechtvaardigd door te stellen dat de vrees voor wanordelijkheden bestaat. Het ligt evenwel op de weg van de burgemeester aannemelijk te maken dat deze subjectieve vrees ook naar objectieve maatstaven gerechtvaardigd is. Daarin is de burgemeester tot dusver niet geslaagd.

Uitgangspunt dient te zijn dat de burgemeester de betoging van verzoekster - die, naar ervaring in andere plaatsen leert, doorgaans in overeenstemming met de voorschriften verloopt - de nodige politiebescherming behoort te bieden teneinde de demonstratie doorgang te kunnen doen vinden. Dit uitgangspunt lijdt eerst dan uitzondering indien er een situatie van bestuurlijke overmacht dreigt te ontstaan. Daarvan is sprake als een betoging naar redelijke verwachting gepaard zal gaan met wanordelijkheden op zodanige schaal dat er niet voldoende politie ingezet kan worden om daaraan het hoofd te bieden. De burgemeester zal in geval hij een betoging verbiedt moeten aantonen dat hij zich in voldoende mate heeft ingespannen bij de uitvoering van de op hem rustende verplichting om te onderzoeken of door het treffen van passende maatregelen, dan wel het stellen van voorschriften en/of beperkingen, een vreedzaam verloop van de aangekondigde demonstratie mogelijk is.

De burgemeester heeft de demonstratie mede verboden in het belang van het verkeer.
De voorzieningenrechter stelt vast dat daarover geen contact is geweest met de politie noch met de brandweer noch met andere hulpdiensten. Het had in de rede gelegen als de burgemeester zich daar wel over had laten informeren en adviseren, opdat die adviezen aan het verbod ten grondslag hadden kunnen worden gelegd. Thans is de conclusie dat het belang van het verkeer een verbod van de demonstratie vordert niets anders dan een niet met een deskundig advies onderbouwde inschatting, die niet gerechtvaardigd wordt door hetgeen tot dusver uit de gedingstukken blijkt.
Dat geldt te meer omdat de burgemeester geen afdoende onderbouwing heeft kunnen geven van de bedreiging van de verkeersveiligheid voor een demonstratie die volgens de melding slechts in een zeer beperkt deel van de gemeente zal plaatsvinden en waarvan de route beperkt door het centrum zal gaan. Dat een gevaar dreigt voor de hulpdiensten is al helemaal niet aannemelijk geworden.

De tweede pijler van het verbod is het bestaan van vrees voor het ontstaan van wanordelijkheden, die, naar de voorzieningenrechter begrijpt, niet met de beschikbare politie-inzet kan worden voorkomen. De vrees van de burgemeester komt erop neer dat hij de veiligheid van het winkelend publiek niet meer kan garanderen en in het belang van het zeker stellen van de openbare orde een verbod van de demonstratie is geboden.
Dat de betoging naar redelijke verwachting gepaard gaat met wanordelijkheden van een zodanige omvang en op een zodanige schaal dat er niet voldoende politie ingezet kan worden om daaraan het hoofd te bieden, heeft de burgemeester op geen enkele wijze onderbouwd en inzichtelijk gemaakt. Een risicotaxatie is uitdrukkelijk niet noodzakelijk geacht gelet op de smalle straatjes waar zal worden betoogd, zoals de Plankstraat en de Stokstraat. Het enkele feit dat de straatjes aan de smalle kant zijn, is echter onvoldoende om aan te nemen dat een situatie van bestuurlijke overmacht zal ontstaan. In ieder geval ontslaat het de burgemeester niet van zijn zwaarwegende onderzoeksplicht om te bezien of de demonstratie desondanks tot de mogelijkheden behoort. Dat de burgemeester een dergelijk onderzoek heeft gedaan is uit niets gebleken.

Ook anderszins rechtvaardigt hetgeen de burgemeester aan zijn verbod ten grondslag heeft gelegd, zoals de drukte van de zaterdag, de vrees voor opstoppingen en de slechte bereikbaarheid voor hulpdiensten, niet dat de betoging verboden mag worden.

Ten slotte heeft de burgemeester tijdens de zitting gewezen op winkeliers, die zich bedreigd zouden voelen en die niet meer voor zichzelf zouden kunnen instaan. Wat daar ook van zij, voor die stelling bieden de voorhanden gedingstukken geen steun, zodat daarin geen grond kan worden gevonden de betoging te verbieden.

Gelet op bovenstaande overwegingen in onderlinge samenhang bezien is de voorzieningenrechter van oordeel dat de burgemeester onvoldoende concreet heeft aangetoond dat de verwachte wanordelijkheden zullen leiden tot een situatie van bestuurlijke overmacht en dat deze slechts kunnen worden voorkomen met een disproportionele politie-inzet. Dit leidt ertoe dat het verbod geen stand kan houden, zodat de voorzieningenrechter - alle belangen afwegende - de gevraagde voorlopige voorziening zal toewijzen.

De voorzieningenrechter acht termen aanwezig om de burgemeester te veroordelen in de kosten, die verzoekster in verband met de behandeling van het verzoek redelijkerwijs heeft moeten maken.

De proceskosten wegens verleende rechtsbijstand worden ingevolge het Besluit proceskosten bestuursrecht begroot op € 644,--.

De rechtbank stelt vast – onder verwijzing naar artikel 29 van de Wet op de rechtsbijstand – dat op de datum van deze uitspraak de eventueel voor het onderhavige verzoek verleende toevoeging niet is overgelegd, zodat toepassing van artikel 8:75, tweede lid, van de Awb achterwege blijft.

Niet gebleken is van door eiser in verband met dit beroep gemaakte proceskosten.

3. Beslissing

1.wijst het verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening toe;

2.schorst het bestreden besluit tot zes weken nadat de burgemeester op het bezwaar heeft beslist;

3.bepaalt dat de burgemeester aan verzoekster het door haar betaalde griffierecht ten bedrage van € 150,- vergoedt.

4.veroordeelt de burgemeester in de kosten van deze procedure tot een bedrag van € 644, te vergoeden aan verzoekster.

Aldus gedaan door F.L.G. Geisel, voorzieningenrechter, in tegenwoordigheid van A.G.P.M. Zweipfenning als griffier en in het openbaar uitgesproken op 21 augustus 2009.


w.g. A. Zweipfenning w.g. Geisel

maandag 11 januari 2010

Het probleem Kaas

Kaas als probleem is het eerst aangesneden door Willem Elsschot. In 1933 schreef hij er een grappig verhaal over. Dat ging echter meer over de manier om er geld mee te verdienen.

Kaas mag populair broodbeleg zijn, volksvoedsel, onproblematisch is het allesbehalve.

In de eerste plaats is het te vet.
In de tweede plaats is het te zout.
In de derde plaats is het een dierlijk product.


Als je nu nog trek hebt, lees dan verder.


Wil je je gezondheid niet al te veel benadelen, dan kies je voor kaas die minder vet en minder zout is. Voor zover je die keus al hebt natuurlijk.

En verder moet je geen bezwaar hebben tegen het feit dat het een dierlijk product is, gemaakt van melk.
En dat niet alleen:

1. het probleem zit ook nog eens in het stremsel, waarvoor chymosine (een verteringsenzym) uit kalvermagen gebruikt wordt! Stremsel is nodig om de melk te laten indikken.

2. Chymosine wordt ook via gemodificeerde bacteriën of gistcellen geproduceerd. Daartoe heeft men het kalver-DNA overgeplaatst in een bacterie of gistcel.

Gesteld wordt dat via deze manier aangemaakt enzym gebruikt wordt om vegetarische kaas te maken.
Is dat wel waar? Hiervoor is toch altijd nog een kalf nodig.

3. Meer vegetarisch is de vervaardiging van stremsel uit plantaardige extracten.
Bijzonderheden daarover kon ik niet vinden, dus of het waar is, of het gebeurt, weet ik niet.

Op de kaas die ik in huis heb staat alleen stremsel als ingrediënt vermeld. Dus zoek het maar uit. Het zal best wel niet deugen.


PS. Waarom chymosine speciaal uit kalvermagen moet komen, begrijp ik ook niet. Hebben koeien andere magen dan kalveren?

Wikipedia over k o e i e n

In wikipedia lees ik het volgende over koeien:

In principe moet een koe twee keer per dag worden gemolken, in ieder geval de eerste 10 maanden nadat een kalfje geboren is.

Vandaar dat het gewenst is dat een koe ieder jaar een kalf krijgt.

Een pasgeboren kalf wordt meestal meteen bij de moeder weggehaald.

Op sommige bedrijven mag het kalf de eerste weken bij de moeder drinken of bij zoogkoeien een veel langere periode.

De eerste drie dagen krijgt het, om het afweersysteem op te bouwen, de moedermelk (biest) met een nepspeen te drinken.


-------------------------------------------------------------------------------

Is het inderdaad gewenst???

Of is dit de wens van de veehouder?

Is er iemand die wikipedia kan corrigeren?

Een praalwagen voor de dieren

Dear Supporters,

Happy New Year to you. Let’s hope it’s a positive one for animals.

Mardi Gras is coming around quickly, early this year. Saturday 27th February.

This year’s theme will focus on the cruelty of the battery (cage) system of producing eggs.

Need to know as quickly as possible the names, email addresses and phone numbers of people wishing to participate. Mardi Gras closing date for application is in 2 weeks time.

Hoping we can start the new year and the new decade with a bright and beautiful and huge representation for chickens and all animals.

Also, need someone who can help me on the day of Mardi Gras and also drive the truck. You don’t need any special license for that. I need someone who isn’t afraid of lifting and carrying and being partly responsible for ensuring things go smoothly on the day and the night. You will also be in charge of sound and lighting on the night.

You will be critical to the success of the float.

Please contact Lynda on lynda@animal-lib.org.au

zondag 10 januari 2010

Gouden Rijst: de moraal

Een klein jaar geleden schreven 22 Britse en Amerikaanse onderzoekers een Open brief waarin ze het feit aan de kaak stelden dat kinderen tussen 6 en 10 jaar ‘gouden rijst’ te eten hadden gekregen, om te zien of ze er ziek van zouden worden. Teveel vitamine A is namelijk giftig.
Dit gebeurde in de VS en in China.

De 22 dames en heren waren ‘woedend’, ‘geshockeerd’, ‘het lijkt wel Nazi-Duitsland’, kortom: het schuim stond op de bekken.

Volgens de hoge moraal van professor X. en doctor Y. mag je geen experimenten met kinderen doen.

Wat was Syngenta, de producent, namelijk v e r g e t e n ?

Voordat het “de lippen van enig levend (menselijk) wezen mag passeren”, aldus deze 22 hogepriesters, DIENT HET EERST GEVOERD TE WORDEN AAN D I E R E N.

Kijk zo hoort het. Zo zijn onze manieren.

Gouden rijst

De chemicus, wijlen Philp van Lelyveld, publiceerde vorig jaar, vlak voor zijn dood, een klein boekje met interviews over biotechnologie, getiteld Veredeling en manipulatie. Tumult rond biotechnologie in industrie, wetenschap en politiek. (Voorwoord van Ronald Plasterk, terwijl het niet eens over dierproeven gaat!)

Het is een aardig overzicht over de ontvangst van deze techniek in ons land en daarbuiten. Biotechnologie wordt onderverdeeld in rood (medisch), groen (agrarisch) en wit (industrieel). Dertien deskundigen worden geïnterviewd, afgewisseld door eigen teksten van Van Lelyveld. Hoewel Lelyveld niets begrijpt van mensen die tegen genetische manipulatie (gm) zijn, heeft hij toch zijn best gedaan ook de tegenstem te laten horen. Zo komt bijv. Michiel Linskens aan het woord, de man die in de jaren negentig de landelijke Dierenbescherming eenmalig op de kaart zette, met een geweldige en succesvolle campagne tegen het misbruik van de stier Herman.
Wie ik mis is Lucas Reijnders, ook een felle en deskundige gm-criticus.

Om een indruk te geven, hieronder een fragment uit het gesprek mer de Duite Greenpeace-activist Benny Härlin. Over zgn. Gouden rijst zegt Härlin het volgende:

"Rijst versterkt met een beetje provitamine A door middel van ingewikkelde genetische manipulatie, bedoeld om slechts één effect van algemene ondervoeding te bestrijden: blindheid onder kinderen.
Drie wortels bevatten exact dezelfde hoeveelheid vitamine A.
Het is toch krankzinnig dat we rijst manipuleren om iets te produceren wat elders volop aanwezig is in de natuur? Waarom richten we ons niet op kleinschalige oplossingen die mensen zelf in de praktijk kunnen brengen? Een stukje grond voor het telen van bladgroenten is vaak al genoeg.

Gouden rijst is een klassiek voorbeeld van een onzinnige poging om een technologische slag te slaan, bekokstoofd door wetenschappers en bedrijven die goede sier willen maken met gm in plaats van werkbare oplossingen te bedenken.

Gouden rijst heeft niet één leven gered of de blindheid van één enkel kind voorkomen, maar wordt sinds precies tien jaar door de gentechindustrie aangeprezen als een voorbeeld van de voordelen van genetische manipulatie en de kwaadwilligheid van degenen die ertegen zijn.
De miljoenen die zijn gestoken in onderzoek en pr hadden waarschijnlijk echt effect gesorteerd in de strijd tegen ondervoeding als ze verstandig waren geïnvesteerd.

Nu wordt verteld dat genetische manipulatie nodig is om de almaar uitdijende wereldbevolking te voeden en dat ontwikkelingslanden zich de Europese koudwatervrees niet kunnen permitteren.

Weet je dat tachtig procent van alle landen waar mensen honger lijden netto voedselexporteurs zijn? Hoe komt het dat een graanschuur als Brazilië zoveel hongerige mensen telt die vlak naast het grootste exportproduct van het land leven: voedsel en veevoer?
Geloof je nou echt dat dit een technologisch probleem is?"

vrijdag 8 januari 2010

Apen wel slim (maar Charlotte...?)

De suggestie dat apen niet zo pienter zijn, is gebaseerd op een publicatie over gedragsstudies van (vooral) makaken in gevangenschap.
Data uit deze studies zijn door Charlotte Hemelrijk in een computer gestopt.

In werkelijkheid komt Lotje tot heel andere conclusies dan de media berichtten. Ik noem er twee.

1. Het computermodel geeft in het geheel geen afspiegeling van de complexiteit van gedrag en intelligentie van primaten.

2. Primaten zijn intelligent, alleen is het de vraag of ze hun hersens steeds, in alle mogelijke situaties gebruiken.

Apen zijn dus net mensen. Computermodellen kunnen dat laten zien.

Het kwalijke van dergelijke berichtgeving is dat het deze dieren – geheel ten onrechte – naar beneden haalt.

Alleen al het proefdiercentrum in Rijswijk (BPRC) houdt driemaal zoveel apen gevangen als de Apenheul.

In 2008 werden in dit land bijna 500 apen (vooral makaken) gedood in experimenten.

Apen niet slim (maar Charlotte wel…)

Apen zijn wel intelligent, maar lang niet zo slim als sommige mensen denken. Hun sociale gedrag wordt flink overschat, terwijl een computermodel aantoont dat er nauwelijks een rationele gedachtegang ten grondslag ligt aan de handelwijze van apen.
Dat stelt theoretisch biologe Charlotte Hemelrijk van de Rijksuniversiteit Groningen. Hemelrijk onderzocht het vlooigedrag van apen, wat door andere wetenschappers vaak wordt opgevat als een bewijs dat apen net als mensen kunnen 'denken' in termen van winst, verlies en sociale patronen. Apen zouden daarvoor hun intelligentie gebruiken en heel berekenend zijn. Volgens Hemelrijk vlooien apen echter vanzelf de dichtstbijzijnde soortgenoot, als ze bang zijn om in een gevecht te verliezen. Het gaat nauwelijks om bewust gedrag en van bedachte ruilhandel of verzoening hoeft al helemaal geen sprake te zijn, aldus de biologe. „Apen vlooien elkaar omdat ze nu eenmaal andere apen willen vlooien”, aldus Hemelrijk.

Commentaar:
Voordat ik de apen definitief verwijs naar het praktijkonderwijs van het vmbo, heb ik prof. Hemelrijk eerst om meer details gevraagd. (bronnen)
De Groningse universiteit heeft zelf geen proefapen in huis, dus ik ben wel benieuwd hoe en waar dit onderzoek gedaan is.

In de 'beste' traditie van Frans de Waal soms?!

Eerste indrukken
Mevrouw Hemelrijk heeft inderdaad geen aap gezien, en haar studie is inderdaad ‘in de beste traditie van Frans de Waal’. Het verschil is dat De Waal laboratoriumproeven met apen doet, en Hemelrijk zich uitsluitend baseert op publicaties over diergedrag. Dus nog virtueler.
Haar verdienste is dat zij op de gegevens uit die publicaties een computermodel loslaat.

Hemelrijk spreekt generaliserend over ‘apen’.
Geraadpleegd zijn publicaties over bavianen, chimpansees, bonobo’s en langoeren, zowel in gevangenschap als in het wild geobserveerd. Maar het meest betreffen de studies verschillende makaaksoorten, die veel in gevangenschap gehouden worden. Java-apen en rhesusapen behoren ertoe.

De literatuurlijst bevat 160 titels. Naast zichzelf citeert ze veel De Waal. Om Hemelrijks artikel te kunnen beoordelen moet je je dus wel ingelezen hebben! Daarnaast moet je het computermodel begrijpen.

De aap als proefdier

1. De Wet op de Dierproeven verbiedt – sinds 2003 - proeven met apen. Tenminste, dat zou je denken. Maar zo is het niet; de ene aap is namelijk de andere niet. Vandaar dat de wet zegt:

Het is verboden een dierproef te verrichten waarbij gebruik wordt gemaakt van de volgende diersoorten:
– chimpansee (pan troglodytes)
– bonobo (pan paniscus)
– gorilla (gorilla gorilla)
– orang-oetan (pongo pygmaeus)


De eerste drie soorten leven in Afrika, de laatste in Indonesië. Tezamen noemt men ze ‘oude wereldapen’.
Proeven met andere apensoorten uit de Oude wereld en met alle soorten uit de Nieuwe wereld (Zuid-Amerika) zijn o.k.

2. Vandaar dat die proeven dan ook gedaan worden. Eigenaardig onderscheid valt hier op te merken tussen proeven in het hoger onderwijs en daarbuiten. Met ‘daarbuiten’ doel ik op het BPRC in Rijswijk. Dit is een veronderstelling, ik geloof namelijk niet dat elders in ons land apen misbruikt worden.

Voor het BPRC maakt soort noch herkomst iets uit. Als het er maar als aap uitziet (geen staart). Dagelijks wordt in Rijswijk (meer dan) een aap gedood. In 2008 waren dat er in totaal 440 apen. Minder dan gevreesd: de voorraad schijnt omstreeks 1200 dieren te zijn.

Deze instelling heeft ontzettend geblunderd met chimpansees in het aidsonderzoek. Hoeveel mensapen in Rijswijk in de loop der jaren misbruikt en gedood zijn, weet ik niet, maar omstreeks de eeuwwisseling geloofde Ronald Bontrop er niet meer in en daarop volgde het wettelijke verbod. (Nog steeds houdt het BPRC chimpansees gevangen.)

Anders dan het BPRC misbruiken de universiteiten uitsluitend Oude wereldapen; geen idee waarom.

3. Vier universiteiten gebruikten in 2008 apen als proefdier. Dat waren in totaal 55 dieren.

• Utrecht deed het misschien voor het laatst: daar legden ze 1 solitaire aap om.
• De zeer christelijke Vrije Universiteit van Amsterdam doodde er drie.
• In Nijmegen nam mevrouw Ritskes – praktiserend Zen-boeddhiste – er zeven voor haar rekening.
• En dan heb je nog Martje Fentener van Vlissingen in Rotterdam (Erasmus MC), die had het er hartstikke druk mee: zij gaf 44 apen een spuitje. Bijna iedere week een.

4. Wat deze gegevens illustreren is - voor wie het nog niet wisten - dat in de dierproefwereld de schijnheiligheid regeert. Op alle gebieden. Overal hangen rookgordijnen, overal verbergen dan wel verdraaien de professor en de doctor de waarheid. Proeven met apen zijn - in beginsel - wettelijk verboden en toch werden er in 2008 in totaal bijna 500 apen misbruikt en gedood.

Wie ligt daar wakker van? Wie vraagt zich af wat de vier soorten in de wet anders maakt dan andere apensoorten? Of zelfs dan andere dieren?

Bron: ‘Zo doende’ 2008

donderdag 7 januari 2010

Vermiste proefdieren (vervolg)

In het stukje hieronder concludeerde Erica dat er (afgerond) 350.000 proefdieren ‘vermist’ waren. Dit blijkt uit het VWA-rapport dat de dierproeven jaarlijks inventariseert: ‘Zo doende’ 2008.

Zij bedoelde daarmee dat niet bekend is waar die 350.000 dierproeven gehouden zijn.

Een lijst met 122 farmaceutische bedrijven vind je hier.

Die bedrijven doen niet allemaal dierproeven. Er zijn namelijk 'maar' ongeveer 80 vergunninghouders. Welke dat zijn weet ik niet (misschien is dat wel ergens te vinden of op te vragen). De namen worden door VWA (Voedsel- en warenautoriteit = LNV) in ‘Zo doende’ in ieder geval niet bekendgemaakt, dit in tegenstelling tot de universiteiten die niet alleen met naam genoemd worden, maar waarvan ook gedetailleerd opgegeven wordt hoeveel dieren en welke soorten misbruikt zijn.

Overigens is uit het VWA-rapport wel af te leiden hoeveel dieren en welke soorten misbruikt zijn door andere dan wetenschappelijke (onderwijs)instellingen en ziekenhuizen.
Daarvoor moet je kijken in tabel 21.
Dan zie je bijv. dat het misbruik van muizen en vissen ongeveer gelijk is, maar dat proeven met ratten vooral buiten het wetensch. onderwijs gedaan worden: ca. 70%, ofwel 83.505 dieren!
Proeven met kippen worden voor zelfs 90% buiten het w.o. gedaan! (90% = 64.492 dieren).

In totaal is het zo dat (afgerond) 40% van alle dierproeven binnen instellingen van w.o. gedaan worden, maar de meerderheid, 60 % dus, in industriële laboratoria.

Dat maakt het allemaal nog vreemder. 80 Vergunninghouders nemen 350.000 proefdieren voor hun rekening, zonder dat daarover ook maar enige bijzonderheden bekendgemaakt worden.

Er wordt dus door de overheid over dierproeven maar een zeer geringe verantwoording afgelegd.

Zou het verschil erin gelegen kunnen zijn dat het belastinggeld een rol speelt, in de vorm van subsidies aan het hoger onderwijs?
En als dat al zo is, is dat dan voldoende reden om geheim te houden wat er precies met proefdieren gebeurt?

Vermist: 350.000 proefdieren (door Erica)

In "Zo doende" 2008, het Jaaroverzicht over dierproeven en proefdieren van de Voedsel en Waren Autoriteit (VWA), kunnen we lezen dat 455.884 dieren in voorraad dood zijn gegaan of zijn gedood.
Dit betekent dat deze dieren zijn gefokt om als (reserve)proefdier te worden misbruikt, maar om enigerlei reden niet bruikbaar waren en daarom werden vermoord als ze niet uit zichzelf waren gestorven.

Voorts staat in dit jaaroverzicht dat het aantal dieren dat werd misbruikt voor proeven bij instellingen van wetenschappelijk onderwijs 578.123 bedroeg.
Bij elkaar werden ’zo doende’ ruim 1 miljoen dieren gedood ter wille van het dierexperiment.

Men mag er gerust van uitgaan dat dit al vele jaren het geval is. Te vrezen valt dat dit nog vele jaren zo zal blijven, - bij het ontbreken van iedere serieuze oppositie.

De gegevens in ‘Zo doende’ zijn echter ook nog eens incompleet !
Als ik de dieren optel die zijn misbruikt voor proeven aan universiteiten en in academische ziekenhuizen, kom ik ‘slechts’ op een totaal van 225.370 dieren. Van de universiteiten en de universitaire medische centra (vroeger academische ziekenhuizen genoemd) worden nauwkeurige staatjes verstrekt van soorten en aantallen.

Over meer dan 350.000 proefdieren ontbreken dus alle gegevens!

Wat kan daarvan de reden zijn?

Ode aan de meisjes

M E I S J E S

De studie van de mensheid, die heeft mij nog nooit verveeld
Vandaar ook dat ik weet dat die in tweeen is verdeeld
De ene helft is vrouw, de andere is man
Het schijnt nu eenmaal zo te zijn dat dat niet anders kan
Toch is het mijn ervaring en het spreekt voor mij vanzelf
Dat de ene helft beter is dan de andere helft.

Want jongens zijn baldadig, jongens maken veel lawaai
Zij doen wel interessant maar ondertussen zijn ze saai
Jongens moeten flink zijn maar ze maken zich te druk
Jongens zoeken ruzie en ze maken dingen stuk
Misschien past hier begrip maar absoluut geen sympathie
Neem me dus niet kwalijk dat ik meer in meisjes zie

Want meisjes zijn leuk, meisjes zijn lief
Meisjes zijn gezellig en spontaan en creatief
Met meisjes kun je lachen, van meisjes word ik blij
Ik ken wel duizend meisjes en daar zijn geen slechte bij
Meisjes zijn attent en amusant en attractief
Meisjes zijn leuk, meisjes zijn lief


Jongens hebben praatjes maar ze kunnen bijna niets
Alleen maar scheuren op een opgevoerde motorfiets
Jongens zijn onhandig en ze drinken te veel bier
Ze pesten kleine beestjes gewoon voor hun plezier
Dat jongens jongens zijn dat is nu juist hun handicap
Ik hoop dat u begrijpt dat ik het meer op meisjes heb.

maandag 4 januari 2010

Frans de Waal: de kritiek

De populariteit van Frans de Waal kan ik niet goed volgen, al moet ik erbij zeggen dat ik zijn boeken niet goed ken. Hij bestudeert apen en publiceert daar veel over.

In de jaren zeventig van de vorige eeuw analyseerde hij het gedrag van de chimpansees van de dierentuin in Arnhem. Met 21 chimps is dat nu de op een na grootste groep in ons land. De grootste groep, maar liefst 48 chimpansees, bevindt zich in Hilvarenbeek.

(Bij elkaar zitten er meer dan 100 chimpansees opgesloten in Nederlandse dierentuinen. Voor elk wat wils, zullen we maar zeggen.)

Daarna vertrok De Waal naar Atlanta (VS), waar hij werkt in het beruchtste primatencentrum van het land, het Yerkes. Dat is te vergelijken met het BPRC in Rijswijk.
Het contrast met de vrouwelijke primatologen die de dieren jarenlang in het wild observeerden (Goodall, Fossey en Galdikas) kon niet groter zijn. Overbodig te zeggen hoe ethologen als De Waal over het werk van deze vrouwen dachten/denken. Bij Galdikas lezen we bijvoorbeeld dat de vrouwen werden weggezet als ‘sentimenteel’ en 'onwetenschappelijk’, omdat ze geen afstand tot hun studie-object, de dieren, hielden. (Zo gaven zij hun dieren voor het eerst namen, in plaats van, zoals gebruikelijk, nummers.)

Maar dat balletje wordt naar De Waal teruggekaatst.
Hugo Brandt Corstius noemt de naam niet maar voor de goede verstaander is het wel duidelijk op wie hij doelt als hij schrijft:

Terwijl alle apenbiologen apen bestuderen in totaal onaapse omgevingen en dan in hun dierentuinen onderzoeken of apen kunnen rekenen en tekenen en of ze iets snappen van moorden en woorden, ging Van Roosmalen naar Brazilië waar hij nieuwe apensoorten en totaal nieuwe apenbezigheden ontdekte en beschreef, zonder ze lastig te vallen met onze mensenactiviteiten. Wie apen wil begrijpen moet verhuizen en bij apen proberen te wonen. De meeste apenbiologen proberen ten onrechte apen tot mensen te maken.

(in: H. Brandt Corstius, ‘Charles Darwin was eigenlijk een alfa’. NRC Handelsblad 14-12-2009)

Een andere kritiek op De Waals werk komt van Midas Dekkers die de betekenis ervan relativeert door op te merken dat alle observaties van De Waal binnen de soort plaatsvinden. Zijn extrapolaties naar andere soorten, zoals mensen, vindt Dekkers daarom discutabel.

Image and video hosting by TinyPic

De vier temperamenten

Image and video hosting by TinyPic

Onlangs kondigde Wouter Pleijsier (foto onder), presentator van Radio 4 ('Viertakt') De Vier Temperamenten af, een orkestwerk van Paul Hindemith. Wij hadden ze niet alle vier gehoord, zei hij, maar alleen het cholerisch temperament. Hij sprak de woorden snel uit, zodat ik even tot me moest laten doordringen wat hij precies zei. Bij de uitspraak legde hij namelijk het accent op de eerste lettergreep, chò-lerisch, alsof het een lijder aan cholera betrof! (volksetymologie)

Maar met die ziekte heeft dit niets te maken. Het grondwoord is 'cholos', d.i. Grieks voor gal. Het zit ook in het woord melancholie, dat ook een van de vier temperamenten is. (melaina cholè).
De correcte uitspraak is cholè-risch: klemtoon op de tweede lettergreep.

Oorspronkelijk waren in de Griekse oudheid de temperamenten de naam voor vier persoonlijkheidstypen: het sanguïnische, flegmatische, cholerische en melancholische temperament.

Image and video hosting by TinyPic

PS. Een belangrijk museum op het gebied van industrieel erfgoed lokaliseert hij vandaag in....... Heemstede!
Is ook weer een moeilijk woord: C r u q u i u s...