Respect voor dieren

woensdag 31 maart 2010

Geneeskunde is muiskunde

Er is iets grondig mis in het onderzoek naar type 1 diabetes (jeugddiabetes): er wordt vooral naar muizen gekeken en veel te weinig naar mensen. Aldus onderzoeker dr. Bart Roep, die het al eerder aan de stok had met ‘muizenonderzoekers’.
Een muis is geen mens, dat weet iedereen. Onderzoekers die proefdieren gebruiken houden natuurlijk ook rekening met de verschillen die tientallen miljoenen jaren van gescheiden evolutie hebben opgeleverd. Maar vaak toch niet genoeg, vindt Bart Roep. “Als je ernaar vraagt zeggen ze wel dat je natuurlijk heel terughoudend moet zijn met het trekken van conclusies over de mens, maar er zijn er veel die daarna toch iedere keer doodleuk opschrijven dat hun bevindingen in muizen geweldige perspectieven betekenen voor therapieën bij de mens. Wat meestal een illusie blijkt.”

Ze weten dat ze overdrijven, wil hij maar zeggen, maar ze blijven dat toch doen. “Om veel geciteerd te worden of nieuw geld voor onderzoek te krijgen is klinische relevantie heel belangrijk. Dus is de verleiding voor onderzoekers groot om zo min mogelijk nadruk te leggen op de mitsen en de maren.”

In twee publicaties uit 2004 richtten Bart Roep en verschillende co-auteurs hun kritiek op een muis met diabetes. “Ik heb voor het Nature-artikel samengewerkt met twee godfathers van het muizenonderzoek, dus reken maar dat onze kritiek serieus wordt genomen.”

Deze zogenaamde nod-muis wordt wereldwijd veel gebruikt in onderzoek naar diabetes 1, de vorm van suikerziekte waarbij de patiënt geen insuline maakt. In patiënten komt dat zo: de cellen die dat hadden moeten doen, in de eilandjes van Langerhans in de alvleesklier, zijn door het immuunsysteem uitgeschakeld. Bij deze muis is zo’n reactie ook op te wekken.

Wat deugt er niet aan de muis? De kern van de kritiek van Roep is zijn stelling dat zo’n muizenstam hooguit overeenkomt met een enkele patiënt met de ziekte. Roep: “Alle nod-muizen zijn genetisch identiek. Patiënten zijn allemaal verschillend. Als deze muis al hetzelfde ziektebeeld zou hebben als een diabetespatiënt – wat niet zo is; dit type muis is bijvoorbeeld aangeboren doof, en zo zijn er nog veel meer verschillen – dan leggen al die muizen samen nog steeds niet méér gewicht in de schaal dan een enkele patiënt. Een aanpak die bij de één werkt, kan bij de ander falen.”

De non-obese diabetic (nod) muis is een muisje dat diabetes heeft maar niet te dik is. Onderzoeker Bart Roep betwijfelt echter of onderzoek naar dit knaagdier wel toepasbaar is op patiënten met dezelfde aandoening. Het muisje is namelijk op andere vlakken niet altijd vergelijkbaar: zo wordt hij bijvoorbeeld doof geboren.

Wat bij de nod-muis werkt, faalt tot nu toe zelfs altíjd in de mens, zegt de diabetesonderzoeker. “Er zijn inmiddels al meer dan tweehonderd manieren beschreven om diabetes in deze muis te voorkomen of te genezen. Veel daarvan zijn ook getest bij mensen. En hoeveel werken er? Niet één!”

Roep wijst erop dat het aantal publicaties over de nod-muis inmiddels de literatuur over type 1 diabetes bij mensen ruimschoots overtreft.

"Men staart zich blind op deze muis. Dat gaat zelfs zo ver, dat tijdschriften artikelen over muizenonderzoek veel gemakkelijker accepteren dan echt klinisch werk. Onlangs kreeg ik een artikel over een bijzondere diabetespatiënt aanvankelijk teruggestuurd met het commentaar dat ik hetzelfde mechanisme eerst maar eens in een muis moest aantonen.

Dat is de omgekeerde wereld, maar helaas niet ongewoon. De nod-muis is de norm geworden, in plaats van de mens." Het ging overigens om een patiënt die door een erfelijke afwijking geen b-cellen had, maar toch diabetes ontwikkelde, terwijl onderzoekers ervan uitgaan dat deze cellen een rol spelen bij het ontstaan van de ziekte op grond van de bewijzen in muizen.

De nod-muis, de afkorting staat voor non-obese diabetic, wordt al twintig jaar gebruikt in het diabetesonderzoek. In die tijd is er veel waardevols ontdekt, betoogt Roep, maar nu is het tijd om verder te kijken.

“Dat is het eigenlijk al lang, er is al veel geld en tijd verspild aan nutteloos of vrijwel nutteloos onderzoek. Begrijp me goed, ik ben niet tegen het gebruik van muizen als proefdier. Sommige dingen kun je nu eenmaal niet bij mensen onderzoeken. Ik vind juist dat er veel meer verschillende muismodellen voor diabetes moeten worden ontwikkeld. Met name omdat je therapieën voor mensen altijd eerst op dieren moet testen. Als je geen goed model hebt, is dat een groot struikelblok.”

Om proefdieren op een zinvolle manier te kunnen gebruiken als model voor menselijke patiënten zou je meer verschillende muizen moeten gebruiken. Nu zijn de muizen in een type onderzoek genetisch identiek. Maar dat zijn mensen natuurlijk niet.

Suikerziekte (algemeen)

Suikerziekte of diabetes is een ongeneeslijke, dodelijke ziekte.

Er zijn twee soorten, aangeduid met type 1 en type 2. Type 2 komt voor in 90% van alle volwassen patiënten; het is een ouderdomsziekte. De (totale) prevalentie in ons land is 740.000 lijders.
Bij kinderen en jeugdigen tot 18 jaar komt type 1 voor. Prevalentie 13.000.

Type 1 dat dus voorkomt bij kinderen en een kleine groep volwassenen, is een auto-immuunziekte. De witte bloedcellen vernietigen de 'eilandjes van (Paul) Langerhans' in de alvleesklier (pancreas).
Deze 'eilandjes´ (ronde cellen) produceren insuline. Insuline regelt de opname van glucose.

Anders dan het toedienen van insuline is er tegen Type 1 niet veel te doen, ook niet met transplantaties. Want die afweercellen blijven die alvleesklier resp. die ‘eilandjes’ maar aanvallen. Onderdrukking van het hele immuunsysteem is uiteraard ook niet echt de bedoeling.
De fout in het immuunsysteem corrigeren is de grote uitdaging.

Auto-immuunziekten kunnen ontstaan door infecties en door virussen. Wellicht is het ooit mogelijk door vaccinatie deze vorm van diabetes te voorkomen.

Type 2 heeft verschillende oorzaken: het is geen auto-immuun- , maar een stofwisselingsziekte. Eén oorzaak is veroudering: de alvleesklier houdt er gewoon mee op, produceert geen insuline meer. Hier zijn dus in beginsel wel mogelijkheden van transplantatie.
(N.B. Ook zwangerschapsdiabetes betreft type 2.)

Op dit moment behelpen patiënten zich hoofdzakelijk met inspuiting van insuline. Het belangrijkste is dat het in het bloed terecht komt en daar zijn functie kan vervullen; daar heb je zelfs geen alvleesklier voor nodig. Bij transplantatie van de eilandjes van Langerhans zou je die cellen dus bijv. ook in de lever kunnen plaatsen.
Als je insuline inspuit, regelt het de bloedsuikerspiegel wel minder precies dan het lichaam het normaal zelf doet. Je moet dus blijven meten.

De volgende vraag is: waar haal je insuline vandaan?

Vanaf 1922 uit alvleesklieren van (vooral) varkens. De insuline die geproduceerd wordt door de pancreas van deze dieren is vrijwel identiek aan menselijke insuline, en heeft dezelfde werking in het menselijk lichaam, hoewel soms allergische reacties ontstonden. Tegenwoordig wordt dierlijke insuline gelukkig niet meer gebruikt. Dat zou ook niet meer kunnen gezien de aantallen: er zouden vijfhonderd miljoen varkens per jaar voor nodig zijn.

Het hormoon wordt nu synthetisch gemaakt. In 1982 bracht Eli Lilly de eerste synthetische humane insuline op de markt.

Synthetische humane insuline wordt geproduceerd met behulp van Recombinant DNA technologie, ofwel: genetische manipulatie. Hierbij wordt menselijk DNA ingebracht in een E coli bacterie. Wanneer deze bacteriën zich vervolgens voortplanten en groeien, produceren ze een synthetische versie van menselijke insuline.
Ook deze synthetische insuline is niet exact gelijk aan natuurlijke menselijke insuline! Inmiddels is de werking ervan echter alweer verbeterd. Niettemin is de levensverwachting (aanmerkelijk) lager dan van gezonde mensen.

dinsdag 30 maart 2010

Dierenpolitie en Dierenpartij (PvdD) (door Cheetah)

Van een partij die zegt er voor de dieren te zijn, was toch te verwachten dat zij de politieke mogelijkheid zou aangrijpen om een start te maken met het oprichten van de zo broodnodige dierenpolitie.

Een dierenpolitie met echte bevoegdheden ter bestrijding van het dierenleed in Nederland: groot EN klein !! .
Ondanks herhaalde oproepen van mijn kant aan de pvdd om hier werk van te maken, mocht er echter tot op heden NIETS van terecht komen....
Sterker nog, je krijgt gewoon totaal geen reactie van hun kant. 'Negeren' is tactiek nummer 1 gebleken.
Ook al tekenend voor de wijze waarop deze partij met haar mensen omgaat.

Een 'duveltje' in mijn hart zegt dan ook: als je al zo slordig met mensen omgaat, hoe behandel je de dieren dan.....?
(Nou ja, de OVP zegt al genoeg, lijkt mij zo....maar dat even terzijde)
De heer Graus van de PVV pleit voor een dierenpolitie al sinds 2005/2006.
Maar nergens heb ik kunnen constateren dat de pvdd hem hierin heeft gesteund !...integendeel, zou ik bijna zeggen.
Et voilà, in 2010 start de heer Eerdmans in Capelle a/d IJssel met dit project 'dierenpolitie'.
En vandaag, 30 maart 2010, verneem ik dat dit initiatief zich uitbreidt naar Antwerpen, Zwolle, Deventer, Amsterdam en Spijkenisse.
NO THANKS TO THE pvdd, echter !!
Die heeft haar glans verloren, maar vooral haar NUT !

Nog niet af van Esmé Wiegman (CU)

Esmé Wiegman behoort tot het beste wat de ChristenUnie in huis heeft: na de grote jongens Rouvoet en Slob staat zij op plaats 3 van de kandidatenlijst voor de komende Kamerverkiezingen.

Barend heeft haar hier dus volkomen verkeerd beoordeeld, lees zelf maar:

"3. Esmé Wiegman (34) debuteerde drie jaar geleden als Kamerlid nadat zij als lid van de gemeenteraad in Zwolle actief was.

Zij heeft zich op integere, evenwichtige en zorgvuldige wijze bewezen als een degelijke woordvoerder op het complexe en gevoelige medisch-ethische terrein, Europese Zaken en VROM. Ze heeft op onderscheidende wijze het ChristenUnie geluid laten klinken. Haar effectiviteit en parlementaire waarde blijken onder meer uit het feit dat ze veel amendementen indiende die door de Kamer werden aangenomen.

Ze weet verbindingen te leggen en weet goed te onderscheiden waar de grens ligt tussen het principieel onaanvaardbare en het haalbare.

Esmé Wiegman-Van Meppelen Scheppink werd lid van de Tweede Kamer na de kabinetsformatie in maart 2007. Voorheen was ze onder meer raadslid Zwolle en lid van het Landelijk Bestuur ChristenUnie. Ze studeerde Nederlandse taal- en letterkunde en werkte als freelance bureauredacteur voor verschillende uitgevers en tijdschriften. Esmé woont in Zwolle en is lid van de Protestantse Kerk in Nederland."

Esmé Wiegman-Van Meppelen Scheppink (CU)

Image and video hosting by Ti-nyPic

In de reeks Ontmoetingen met Kamerleden passeerden hier de revue de Tweedekamerleden Femke Halsema (GL), Madeleine van Toorenburg (CDA), Chantal Gill’ard (PvdA) en M.Westerveld (PvdA, 1ste Kamer). In deze damesreeks past ook het Tweedekamerlid van de ChristenUnie, Esmé Wiegman-Van Meppelen Scheppink. (foto) Een lange naam voor een hol vat.

Esmé wil abortus weer eens verbieden. Ze heeft twee opties.

* De eerste is: echografie pas toestaan vanaf 24 weken; abortus is op dat moment in strijd met de wet.
* Indien dat politiek ‘niet haalbaar’ is, kiest zij voor optie twee: echografie toestaan maar abortus verbieden vanaf 20 weken.

De ChristenUnie verzet zich echter niet tegen dierproeven. Noch tegen proeven op levende dieren noch tegen die op ongeboren leven van dieren.
Daarom Esmé de volgende punten voorgelegd:

1) hoe is het onderscheid te verklaren tussen de ene vorm van leven - menselijk - en de andere - niet-menselijk?
Het ontstaan van dierlijk leven is immers net zo’n groot wonder als dat van menselijk leven. Met andere woorden: niet valt in te zien waarom het één meer bijzonder zou zijn dan het ander. In feite is niet-menselijk (dierlijk) leven nog beschermwaardiger dan menselijk leven, gezien de macht van de mens over het dier.

2) hoe is te verklaren het principieel aanvaarden van het ontstaan van gehandicapt - menselijk - leven, en tegelijk het instemmen met dierexperimenten die gericht zijn op de preventie en/of genezing van afwijkingen?

3) wat betekent het dat de ChristenUnie ‘kritisch’ staat t.o.v. dierproeven? Wie zijn hiermee gebaat:  de proefdieren? de volksgezondheid?

Welnu, Esmé is er gauw mee klaar, appeltje-eitje. Zij schrijft:

Graag zet ik even een beeld recht: de ChristenUnie is ook bijzonder kritisch over dierproeven en genetische manipulatie.
Het respect voor leven is voor ons heel breed. Dat respect komt voort uit een christelijke overtuiging dat de mens verantwoordelijk is gesteld voor de zorg van de schepping.

Het leven van de mens verbijzonderen we dus wel tov het leven van een dier.

Hungry Herds

Naast Hungry Eyes hebben we nu ook Hungry Herds (als woordspeling met 'Hurts').

Haast als licht en schaduw tegenover elkaar. Ode aan de vitaliteit enerzijds, ode aan dierlijk lijden en sterven (door een bepaald soort 'natuurliefhebbers') anderzijds.

Hierover een fraai artikel vandaag in Trouw, dat zo begint:

"De discussie over de begrazing van de Oostvaardersplassen was voor herten-deskundige Robert van Baarle al in 2000 reden om ontslag te nemen bij Staatsbosbeheer. „Het stuitte me tegen de borst. Ik werd er onpasselijk van.”

Oostv.plassen en Lenie 't Hart

"Babyzeehondjes die aangespoeld op een strand liggen te huilen en hun zogende moeder op de zandbank zijn kwijtgeraakt, die vallen in de hoogste smeltcategorie. Die moeten geholpen.

Al zijn er die vinden van niet.
Dit sterven hoort bij de natuur, zeggen ze, want die is wreed en de zee is geen dierentuin.

Maar Lenie 't Hart is het daar helemaal niet mee eens. De natuur is niet wreed, de natuur is door ons verstoord en vervuild."
----------------------------------------------------------------------------

Commentaar:

Ik ben het met Lenie eens: dieren laat je niet kreperen als je dat kunt voorkomen. Ben dan ook al jaren donateur van haar stichting. Een bezoek aan haar centrum in Pieterburen kan ik iedereen aanbevelen, al is het niet naast de deur en kom je er niet met het vliegtuig.

Het is professioneel opgezet en de economie van het dorp profiteert volop van de bezoekers.

Wees wel voorzichtig en kom niet te dichtbij: een zeehond die zich bedreigd voelt kan flink bijten.

Image and video hosting by TinyPic

Madeleine van Toorenburg

In de reeks portretten van Kamerleden heden de focus op Madeleine van Toorenburg (CDA).

Image and video hosting by TinyPic

Eerst even over haar levensbeschouwing:

“Het geloof is voor mij van belang. Ik ben door mijn ouders dan wel niet direct in een religie opgevoed, zij hadden daar minder goede ervaringen mee, maar zelf heb ik de katholieke draad in mijn familie weer opgepakt. Met name mijn oma, die mij bijzonder dierbaar was, was zeer overtuigd en betrokken katholiek. Het geloof stelt belangrijke vragen centraal: ‘Hoe zorg je voor elkaar?’, ‘Hoe ga je met elkaar om?’. Het is voor mij een wezenlijke inspiratiebron.

Zo ging mijn afstudeerscriptie bijvoorbeeld over de al dan niet verplichte hulpverlening aan mensen in acute doodsnood (afgeleid van de ‘barmhartige Samaritaan’). Daar wordt heel verschillend over gedacht. “

Inderdaad is dit laatste Madeleine ten voeten uit. Ziet zij iemand in doodsnood, dan zal zij zich afvragen wat zij moet doen en waarschijnlijk spontaan haar mobieltje pakken om erover te twitteren.
Dezelfde houding spreekt namelijk uit haar kameroptreden bij de behandeling van het voorstel tot het aanscherpen van straffen voor dierenmishandeling op 4 februari jl. Marianne Thieme vroeg haar toen of zij het onverdoofd castreren van honden en katten als dierenmishandeling zou aanmerken.  

Het antwoord kwam erop neer dat zij de vraag ontweek door zich te verschuilen achter wazige opmerkingen als
dat het maar net was hoe je naar dierenmishandeling kijkt’ en ‘er kan ook anders naar gekeken worden’ dan wel ‘het zijn uw woorden’ en meer van dat soort warrigheden.

Het Friese Schrijverscollectief heeft haar erop aangesproken
Ik heb er ook maar een mailtje achteraan gestuurd: m.vtoorenburg@tweedekamer.nl

Ook Marianne Thieme houdt van Holland

Image and video hosting by TinyPic 
Verschillende blogvolgers maakten spottende opmerkingen over Marianne Thieme die vorige week te zien zou zijn geweest in het spelletjesprogramma van Linda de Mol, genaamd ‘Ik hou van Holland’.

Ikzelf vind deelname aan dergelijke veelbekeken programma ’s politiek gezien volkomen verantwoord. Thieme is het smoel van de Partij voor de Dieren en dan vind ik het niet meer dan logisch dat je dat dan ook zoveel mogelijk laat zien. Politiek is mensenwerk en kiezers hebben graag een goed beeld van de persoon op wie ze stemmen. Dus een politicus eens een keer in een andere rol te zien, daar is m.i. in het geheel niets op tegen.

maandag 29 maart 2010

Geen Afrika'tje spelen in de Oostvaardersplassen

De Oostvaardersplassen zijn geen Serengeti. Het is natuur achter een hek. Natuur, waar de tuintjes van Almere en Lelystad aan grenzen. Daar kun je geen Afrika'tje spelen. Het is tijd om de grootste dierproef in Nederland in normale banen te leiden

Door Simon Rozendaal

In de Oostvaardersplassen kun je geen Afrika'tje spelen

Een kwartier van Amsterdam vallen grote kuddes wilde paarden, oerossen en edelherten te bewonderen. Het wemelt er van de bijzondere vogels, inclusief de zeearend (bijgenaamd de vliegende deur).

En dat op een gebied dat voorbestemd was industrieterrein te worden. Chapeau dus voor bioloog Frans Vera en zijn collega's van Staatsbosbeheer. Maar ze moeten niet overdrijven. De Oostvaardersplassen zijn niet zo uniek als de Waddenzee, het biedt niet de ogentroost van de Camargue en het is zeker geen Serengeti.

Creperen
En dus past er ook geen beleid zoals op de Serengeti. De afgelopen jaren is geprobeerd om op de Oostvaardersplassen de natuur haar gang te laten gaan. Om de grote grazers niet bij te voederen en in strenge winters te laten creperen.

Het liefst had Vera er wolven bij gehaald, maar bij ontstentenis daarvan geeft Staatsbosbeheer de laatste tijd, onder invloed van de kritiek, een deel van de verhongerende grazers het genadeschot. Maar de gedachte blijft dat het goed is als zwakke dieren 's winters massaal sterven zodat de kudde als geheel sterker wordt.

Afrika'tje spelen
Inderdaad, zo werkt de natuur. Maar let wel, we hebben het hier over natuur achter een hek. Natuur, waar de tuintjes van Almere en Lelystad aan grenzen. Daar kun je geen Afrika'tje spelen.

Vandaag stemt de Tweede Kamer over het beleid in de Oostvaardersplassen. Een goed moment om het experiment met grote grazers (misschien wel de grootste dierproef die Nederland ooit heeft gedaan) in normale banen te leiden.

vrijdag 26 maart 2010

Met Dales (DB) in de dalles

1. Op 1-10-2004 neemt directeur Wijnand van de Giessen ontslag als directeur van de Dierenbescherming. Hij kan zich niet langer vinden in het beleid van zijn organisatie. Dat heeft een woordvoerder donderdag laten weten. Volgens voorzitter Ruud Buddenberg gaat de Dierenbescherming in de toekomst daadkrachtiger optreden. 'We moeten hard tegen dit kabinet ingaan. Van de Giessen heeft aangegeven dat hij dat zichzelf niet ziet doen.' In een verklaring spreekt de Dierenbescherming van een 'fundamenteel onoverbrugbaar verschil van inzicht' tussen Van de Giessen en het bestuur.

2. Per 7 maart 2005 heeft de Dierenbescherming een nieuwe algemeen directeur aangesteld: Thomas Posthumus Meyjes. Onder zijn leiding procedeert de Dierenbescherming tegen de Staat en Staatsbosbeheer:
[...] De Dierenbescherming vordert ... de Staat en Staatsbosbeheer ... op straffe van een dwangsom, te gebieden de vereiste maatregelen te treffen om de dieren die zich bevinden in het natuurgebied Oostvaardersplassen middels het uitwerpen van voldoende hooi laten bijvoeren binnen 24 uur wanneer ... wordt voldaan aan bepaalde omstandigheden [...]

Op 7 april 2006 stelt Posthumus Meyes hoger beroep in van het vonnis van 13 maart 2006.

Meyes zegt de club gedag op 1-11-2006.

3. Per 1-6-2007 wordt Frank Dales algemeen directeur. Van hem - een gewezen dorpsburgemeester - hebben de dieren niets te verwachten. Met Dales zijn we terug bij het beleid van Wijnand van der Giessen (2001-2004): pappen en nathouden. Met Dales in de dalles.
Dit wordt duidelijk uit de opstelling ten aanzien van de Oostvaardersplassen, waarbij de Dierenbescherming heerlijk aanschurkt tegen Staatsbosbeheer:

De Tweede Kamer nam gisteren de motie aan waarin minister Verburg van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit wordt opgeroepen om de grote grazers in de Oostvaardersplassen alsnog bij te voeren. De Dierenbescherming is verbaasd over dit besluit, omdat volgens hen de natuurlijke gang van zaken in het natuurgebied onnodig dreigt te worden verstoord.

***
De grootste verdienste van de Dierenbescherming is denk ik wel, dat ze nog niet failliet gegaan is. Als vereniging bestaat ze bij de gratie van de contributies en nalatenschappen van leden (en beleggingsresultaten).
Er werken tientallen mensen.

De vereniging lijkt beter voor zijn mensen te zorgen dan voor zijn doelgoep: de dieren.

donderdag 25 maart 2010

Nieuw Nederlands: 'checken'

Het Engelse werkwoord 'check' hebben wij overgenomen en aangepast aan ons taaleigen, evenwel voorlopig onder behoud van de Engelse schrijfwijze. Voor tsjekken is het nog te vroeg. (Tsjakka! is o.k.)
De Brit of Amerikaan die Nederlands leert, zal dus ook onze vervoeging (en bijbehorende spelling) moeten leren: checken – checkte – heeft gecheckt.
Er was kennelijk behoefte aan dit woord, hoewel mijn woordenboek maar liefst drie synoniemen geeft: controleren – verifiëren – natrekken.
Dubbel checken is dubbel controleren.

------------------------------------------------------------

Het Engels heeft ook: check in en check out. Wij maken daarvan inchecken en uitchecken.
Dat is weer heel iets anders. Mijn woordenboek geeft voor inchecken: zich melden (bij aankomst).
Uitchecken geeft het woordenboek nog niet, maar het ligt voor de hand dat het betekent: zich melden bij vertrek, afmelden.

Wie met het openbaar vervoer reist, wordt dezer dagen met uitchecken om de oren geslagen.
Verzuim kost meen ik 4 euro.

woensdag 24 maart 2010

MEN vraagt en WIJ draaien.... Het woord is aan de Faunabescherming

Geachte mevrouw Verburg en leden van de Tweede Kamer en anderen,

Betreft: “Strooi hooi!” Écht genadiger dan de natuur zelf?

Binnen onze geciviliseerde samenleving, waar onze vooral individuele gemechaniseerde mobiliteit ‘ijzeren rolgordijnen’ vormt, zullen natuurgebieden waar grote zoogdieren als gemeenschappen kunnen functioneren altijd door rasters en wildroosters omgeven moeten zijn. Tegen deze achtergrond roept het aanvaarden van onderstaande motie over bijvoederen hongerende dieren de volgende vragen op.

1. Zowel in de Oostvaardersplassen als de Veluwezoom hebben de populaties al een aantal jaren bewezen zich op natuurlijke wijze te ontwikkelen tot populaties die overeenstemmen met de mogelijkheden van het gebied en waarbij de sterfte onder het geprognosticeerde gemiddelde niveau bleven. Dit tegenstelling tot de Veluwe als geheel waaruit de zorgelijk toenemende vruchtbaarheid van vooral de wilde zwijnen met inmiddels een gemiddelde van meer van zes biggen per zeug (t.o.v. 2,2 in de jaren '90), maar ook als regel tweelingen onder herten en reeën blijkt dat daar “het aantal dieren” juist niet “in evenwicht wordt gehouden met het ecologisch draagvlak van het gebied”. Wordt juist hiermee niet aangetoond dat de motie een draagkrachtige motivering mist?

2. Het bijvoederen van dieren in een gebied met van daarbuiten afkomstig voedsel vormt een verstoring van een in de voorbije jaren ontstaan evenwicht en zal de tot populaties met een grotere omvang leiden dan overeenstemmen met de draagkracht van het gebied. Wordt juist hiermee niet aangetoond dat de motie een draagkrachtige motivering tot het bijvoederen mist?

3. Overeenkomstig de bepalingen van de Flora- en faunawet en de instructies inzake het beheer van de beide gebieden dient te worden voorkomen dat de dieren de uiteindelijke hongerdood sterven. Tijdens het debat werd er op gewezen dat dit in de voorbije maanden in de Oostvaardersplassen in mindere mate mogelijk was dan gewenst in verband met de openstelling voor schaatsers en liet dit ruimte voor meer lijden onder de dieren. Kan dit gegeven niet hebben bijgedragen tot het waargenomen extra lijden dat in de voorbije maanden is gesignaleerd?

4. Inzake de voorgestane preventieve aantalregulatie blijkt de forse deuken in het gaas van de – vooral bij de oudere – rasters op de Veluwe af te leiden dat bij het regulerend beheer van zeer ernstig dierenleed in de vorm van paniekvluchten van al het wild sprake is, zoals ook uit het meer dan verdubbelen van de wildaanrijdingen blijkt sinds daar aangescherpte streef- of doelstanden werden nagestreefd. In welke mate valt de preventieve aantalregulatie (afschot) die aantoonbaar paniekvluchten en het huidig vlucht- en schuilgedrag veroorzaakt diervriendelijker aan te merken dan een natuurlijke sterfte die intensief en met zorg wordt begeleid?

5. Zal preventieve aantalregulatie (afschot) in de omrasterde Oostvaarderplassen niet op eenzelfde wijze als op de Veluwe tot forse deuken in het gaas van de rasters leiden en eenzelfde vlucht- en schuilgedrag?

6. Zijn het vlucht- en schuilgedrag niet even zeer dezelfde redenen waarom van de inzet van de wolf - als 'laatste hulp bij ongelukken' - in de Oostvaardersplassen wordt afgezien?

7. Hoe valt het bijvoederen en doorkruisen van het bestaand beleid te rijmen met de toegezegde evaluatie van het beleid in de Oostvaardersplassen dit jaar?

8. Welke toegevoegde waarde heeft schraal hooi in de Oostvaardersplassen en de Veluwezoom voor de dierpopulaties die in de voorbije maanden over een slechts vezelrijk menu van boombast en verdroogde grassen en kruidenvegetaties beschikten?

9. Welke hoeveelheden schraal hooi zijn toereikend om ook voor de zwakste dieren als voedsel te dienen, aangezien de sterksten zich dit het eerst zullen toe-eigenen?”

10. Hoe denkt men het schraal hooi voldoende verspreid aan te bieden om een extreme onrust en verstoring in de vorm van gevechten te voorkomen?

11. Hoe denkt men te voorkomen dat bij een voldoende verspreiding met een noodzakelijk overdadige hoeveelheid de restanten de groei van het gras en overige vegetatie ernstig belemmeren?

12. Valt in het licht van voorstaande vragen en zeker met het perspectief van de toegezegde evaluatie van het beleid in de Oostvaardersplassen dit jaar niet te concluderen dat men zich met het besluit tot bijvoederen en preventieve aantalregulatie (afschot) te sterk heeft laten leiden door de eenzijdige en tendentieuze informatie en op grond daarvan ontstane publieke opinie?

13. Toont deze aantoonbaar lichtzinnige doorkruising van het bestaand beleid op verschillende punten door de Tweede Kamer niet aan dat de Eerste Kamer in ons staatsbestel nog niet gemist kan worden?

Met vriendelijke groet,

Marcel Vossestein

gewijzigde en aangenomen motie over bijvoedering hongerende dieren,

TWEEDE KAMER DER STATEN-GENERAAL

Vergaderjaar 2009-2010


Deze motie is 23 maart 2010 aangenomen met steun van CDA, PVV, VVD, CU en lijst Verdonk

32 123 XIV Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) voor het jaar 2010

GEWIJZIGDE* MOTIE VAN HET LID ORMEL C.S.

Ter vervanging van die gedrukt onder nr. 181

Voorgesteld

De Kamer,
gehoord de beraadslaging,

van mening dat het welzijn van grote grazers in begrensde natuurgebieden ernstig wordt bedreigd als het aantal dieren groter wordt dan het gebied onder natuurlijke omstandigheden aankan,

constaterend dat overal in Nederland, behalve in de spoor A gebieden, het aantal dieren in evenwicht wordt gehouden met het ecologisch draagvlak van het gebied,

van mening dat grote grazers in de Oostvaardersplassen en Veluwezoom ernstig ondervoed zijn en bijgevoederd dienen te worden, waardoor minder dieren de hongerdood hoeven te sterven en dus overgegaan moet worden op preventieve aantalregulatie,

van mening dat de evaluatie van het beleid in de Oostvaardersplassen dit jaar al dient plaats te vinden en dat bij deze evaluatie alternatieve mogelijkheden voor preventieve aantalregulatie zoals immunocontraceptie als mogelijk alternatief meegewogen dienen te worden,

verzoekt de regering per direct schraal hooi in voldoende hoeveelheden ter beschikking te stellen aan de hongerende dierpopulaties in de Oostvaardersplassen en de Veluwezoom

en gaat over tot de orde van de dag

Ormel
Graus
Snijder-Hazelhoff
Cramer

* i.v.m. wijziging in constatering, dictum en ondertekening

dinsdag 23 maart 2010

OVP: bijvoeren!

DEN HAAG - Een meerderheid in de Tweede Kamer heeft zich dinsdag uitgesproken voor het bijvoeren van heckrunderen, konikpaarden en edelherten in de Oostvaardersplassen.

Volgens het CDA-Kamerlid Henk Jan Ormel kan met bijvoeren dierenleed worden voorkomen na de zware winter. Ormel kreeg steun van de VVD, de PVV, Rita Verdonk en de ChristenUnie.  

Ernst Cramer van de ChristenUnie vroeg zich vorige week tijdens het Kamerdebat nog af of bijvoeren niet het einde betekende van de proef met natuurlijk beheer in de Oostvaardersplassen, die nog dit jaar vervroegd wordt geëvalueerd. Maar gisteren stelde Cramer dat ‘voorzichtig bijvoeren’ die evaluatie niet hoeft te verstoren.

Minister Verburg wees erop dat bijvoeren niet past in het experiment. Het sterftepercentage in de Oostvaardersplassen blijft ook dit jaar, ondanks de strenge en lange winter, onder de 30 procent. Volgens een advies van een internationale commissie is er dan geen noodzaak voor ingrijpen. De minister beraadt zich op de motie.

De aanpak van Staatsbosbeheer in de Oostvaardersplassen ligt bijna iedere winter onder vuur, onder meer door beelden van verzwakte en dode dieren. Eerder dit jaar pleitte de PVV in de Kamer al voor bijvoeren. Andere partijen wijzen erop dat bijvoeren averechts werkt omdat het leidt tot grotere populaties en meer sterfte in de toekomst. Bovendien zorgt bijvoeren voor stress en verstoring van de kuddes, vinden onder meer de Dierenbescherming en de Partij voor de Dieren.

De Kamer riep dinsdag ook Natuurmonumenten op om de kudde Schotse hooglanders op Veluwezoom bij te voeren.

maandag 22 maart 2010

Actie boerinnen tegen dierenleed

Zo'n 25 boerinnen uit Zuidelijk Flevoland hielden vanmorgen een stil protest tegen het beheer dat in Oostvaardersplassen wordt gevoerd. De strenge winter heeft een hoge diersterfte tot gevolg gehad in dit natuurgebied.

De boerinnen vinden dat het probleem van de hongerdood, waaraan veel dieren zijn doodgegaan, door de politiek wordt weggeschoven. 'Het lijkt wel of ze dit probleem niet kunnen handelen', zegt Martine Kruider, één van de initiatiefneemsters van de actie.

Een boswachter van Staatsbosbeheer, beheerder van Oostvaardersplassen, ging met de boerinnen in gesprek. Volgens hem worden dieren, voordat ze een lijdensweg in gaan, afgeschoten. De boerinnen waren het daar niet mee eens.

'Door te weinig voedsel gaat het dier langzaam achteruit', zegt Jolanda van Beusichem. 'De dieren lijden veel pijn voordat ze doodgaan.' Melkveehoudster mevrouw Van Overbeek merkte op: 'Wij verzorgen onze beesten beter dan u hier in de natuur.'

"Natuurlijke processen" (door Paul van Deursen)

Brief aan Faunabescherming n.a.v Oostvaardersplassen. Ook hier was ik donateur voor het leven.

"Langzamerhand begin ik mij in deze kwestie toch wel erg ongemakkelijk te voelen.
De antwoorden van de pvvd, viervoeters en de dierenbescherming komen soms letterlijk met elkaar overeen. Is dit de Koffeman-signatuur?
Ook gaat U met geen woord in op het artikel van Louwe Kooijmans**, dat ik heb meegestuurd.

Nog even over de inhoud.
U gebruikt het woord "natuurlijke processen" Het enige natuurlijke proces, dat ik hier kan ontwaren is de menselijke hoogmoed, die denkt op een stukje drooggevallen Zuiderzee de evolutie terug te draaien en er een uit de hand gelopen hobby van te maken. Is het ontstaan van hekken, wildroosters, veewagens het door U genoemde "natuurlijke proces"?
Ik ben het volledig eens met Louwe Kooijmans. In de jaren tachtig en negentig van de vorige eeuw leek het een enig plan om runderen etc. te gebruiken als goedkope arbeidskrachten. (afgezien van de geheime wensen voor zeearenden en gieren).
Maar het is doorgeschoten en mislukt. Ja, het baardmannetje b.v. is een succes, maar die heeft zelf zijn weg gevonden.

Maar mijn grootste zorg is de verstrengeling en coterievorming rond Koffeman en de zijnen. De stijl van de pvdd begint sektarisch te worden. Zo herkende ik Esther niet meer, die ik als een leuke spontane jongen vrouw het leren kennen. Maar ook Uw antwoord begint een beetje die kant op te gaan.
Zo voel ik mij afgeserveerd als iemand, die niets van natuur begrijpt. Dat zeggen alle gelovigen tegen de ongelovigen, of ze nu Christen, Moslim of van de elfendertigste dag Adventisten zijn. (hè bah, dat laatste floepte er zomaar uit), dat je er niets van begrijpt. Compassie komt er niet aan te pas, het dogma staat centraal.

Naarmate deze email vordert begin ik steeds nijdiger te worden. Zo krijg ik fantasieën over edelherten met blauwe ogen en blonde haren, die voortkomen uit uw "natuurlijke" proces.
Zoals onze sociale en nuts-voorzienigen de laatste decennia gekaapt zijn, zo zie ik nu ook de dierenbeschermingsorganisaties gekaapt worden o.a. door de Koffeman-clan.
Kortom: schrijf mij zo snel mogelijk uit als donateur voor het leven - deze keer graag bevestigd - .(de dierenbescherming en de pvdd zijn al voorgegaan en met Veerman aan het roer is inmiddels ook mijn jarenlange lidmaatschap van natuurmonumenten ter ziele gegaan.) Gelukkig zijn er nieuwe en verjongende initiatieven in dierenbeschermingsland - weliswaar zonder glossy's - , waar ik mijn luttele duiten, nu ik van Drees trek, kan deponeren. U heeft Uw portie al gehad."

** Het artikel van Louwe Kooijmans staat in het lemma hieronder.(BW)

Is het onthouden van zorg ecologisch te verdedigen? (OVP)

Iedere strenge winter laait de commotie op over de wijze waarop natuurorganisaties omgaan met de grote grazers. Het gaat dan vooral over de Oostvaardersplassen, beheerd door Staatsbosbeheer, en het Nationale Park De Veluwezoom van Natuurmonumenten, twee gebieden waar het beleid gericht is op een ‘nagenoeg natuurlijk landschap’. Ook deze winter waren er weer veel protesten tegen het uithongeren van konikpaarden, edelherten en Heckrunderen, niet alleen van het publiek maar ook in de Tweede Kamer.

Frans Vera, de bedenker van de Oostvaardersplassen, stelt in een reactie namens Staatsbosbeheer dat dit nu eenmaal bij de natuur hoort en dat die protesten laten zien hoever wij van de natuur af zijn komen te staan. Maar ik ken weinig mensen die zich niet storen aan de kommervolle wijze waarop beheerders vele dieren in deze gebieden ’s winters aan hun eind laten komen, omdat het beleid nu eenmaal hands off is.

Hier staan twee dierbenaderingen tegenover elkaar. De één is ecologisch, gericht op het dier als soort: wat met het dier gebeurt, is ‘natuur’ en dat hebben we maar te accepteren. De andere is een bio-ethische, gericht op het individuele dier en de verantwoordelijkheid van de mens daarvoor. Dat houdt in dat de zelfstandigheid van het wilde dier dient te worden gerespecteerd, maar dat wij een zorgplicht hebben als dieren door ons toedoen in nood komen. Het ministerie van Landbouw en Natuur, Staatsbosbeheer en Natuurmonumenten hebben gedetailleerde richtlijnen opgesteld om het gekozen beleid na te leven.

Maar kloppen de uitgangspunten van het beleid wel? Is het overleveren van de dieren aan de elementen en het onthouden van zorg ecologisch te verdedigen?

Het uitzetten van grote grazers vloeit voort uit de vooronderstelling dat deze vroeger een belangrijke factor vormden in het natuurlijke ecosysteem. Als wij het oorspronkelijke natuurlijk landschap weer terug willen hebben, was de gedachte, moesten daar dus ook die grazers in. De prehistorie dus als referentiekader voor natuurontwikkeling bij het streven om de ‘oernatuur’ terug te krijgen. Maar wat zijn daarbij de problemen?

Ten eerste moet duidelijk zijn welk verleden wij bedoelen. Dat is in elk geval het landschap van ná de laatste ijstijd en dan niet de eerste fasen van begroeiing met open berkenbossen en de daaropvolgende dennenbossen (het Preboreaal en Boreaal), maar die van de Atlantische loofbossen, ná 7000 v.Chr. Er kan ook een bovengrens worden gegeven, namelijk de periode waarin boeren de bossen ontginnen en met hun akkers en vee de natuur verdringen. Daarvoor kunnen we 3500 v. Chr. nemen, het begin van de Trechterbekercultuur, bekend als de bouwers van de Drentse hunebedden.

Dit landschap kennen we vrij goed door stuifmeel- of pollendiagrammen. Traditioneel werd het bos van de hoge gronden daarmee gereconstrueerd als een min of meer gesloten oerwoud met vooral eik, linde en iep. De landschappelijke diversiteit bestond vooral uit het grote verschil met de moerasbossen in de brede, natte beekdalen, het mozaïek aan wetlands in ‘het lage westen’ en de grote hoogvenen.

Vera postuleerde daartegenover in 1997 in zijn proefschrift dat er geen sprake was van een gesloten bos, maar van een gevarieerd parklandschap, dat vooral in stand werd gehouden door de activiteiten van grote grazers. Nu is de gedetailleerde interpretatie van een pollendiagram geen eenvoudige zaak, maar Vera’s alternatief werd toch al spoedig weerlegd. Dat herhaalde zich internationaal na het verschijnen van een Engelse vertaling. Maar inmiddels was zijn theorie al wijd verbreid en in de praktijk gebracht. Er werden alom koeien en paarden ingezet als goedkope maaimachines bij het beheer van natuurterreinen. Dat gaat vaak goed, maar soms dus niet.

Ook het onderzoek van dierenbotten uit archeologische opgravingen geeft geen steun aan het idee van de belangrijke rol van paard en oerrund in het landschap. Paarden waren hier al kort na de laatste ijstijd praktisch verdwenen. Alleen op de vindplaats Hüde I aan de Dümmer bij Osnabrück komen paardenbotten in flinke aantallen voor, maar dat is Europees gezien een uitzondering. In het omvangrijke faunamateriaal van de meso- en neolithische woonplaatsen in Nederland zijn slechts incidenteel paardenbotten gevonden.

Het oerrund en de eland waren in de tijd van de berken- en dennenbossen van groot belang. Uit Nederland zelf hebben we nog geen gegevens, maar vindplaatsen in Denmarken, Star Carr in Yorkshire en Bedburg in het Duitse Rijnland tonen dat aan. In de tijd daarna domineren evenwel edelhert en wild zwijn en zijn oerrund en eland slechts met kleine aantallen vertegenwoordigd. Interessant is de constatering dat in het winterkamp van Hardinxveld, omstreeks 5500 v.Chr., wél werktuigen uit botten van het oerrund werden gebruikt, maar dat de beesten niet ter plaatse waren geschoten. Kennelijk kwam oerrunderen niet in de wetlands voor, maar werden die ’s zomers op de zandgronden bejaagd. Dat laten ook even oude vondsten in een beekdal bij Jardinga (Friesland) zien. De wisent, die nu ook wordt ‘geherïntroduceerd’, is tot op heden in het prehistorische materiaal niet aangetoond.

In de latere prehistorie neemt alle jacht snel in belang af. Incidenteel komt het oerrund nog voor tot in de Romeinse tijd en de eland tot in de Middeleeuwen. Al met al zijn aan de prehistorie dus geen argumenten te ontlenen voor de ‘herintroductie’ van paard en rund op enige schaal. Dat dit af en toe misgaat, heeft niet te maken met de wreedheid van de natuur, maar berust op onze inschattingsfouten: het zijn geen ‘natuurlijke ecosystemen’.

Met de paarden blijkt het nog wonderwel goed te gaan, maar de edelherten in de wetlands van de Oostvaardersplassen redden het duidelijk niet en hetzelfde geldt voor de Hooglanders in de Veluwezoom. De herten zitten gevangen in een overbevolkt nat gebied, waaruit geen ontsnappen mogelijk is en Schotse Hooglanders zijn nu eenmaal geen oerrunderen. Het zijn en blijven van de mens afhankelijke huisdieren, die niet meer zo maar even verwilderen en niet zijn opgewassen tegen de schrale winterse condities van de Veluwezoom. Zonder voer en beschutting redden ze het niet. Het is een verkeerde combinatie van landschap en dier. Het oerrund zou nooit voor de Imbosch hebben gekozen.

In Schotland werden de Hooglanders in historische tijd ’s winters van de hooglanden naar de dalen gehaald, waar stallen beschutting boden. In de herfst vond de slacht plaats. Omdat de boeren alle tijd en energie nodig hadden gehad voor hun eigen voedselvoorziening, was er weinig of geen wintervoer en moesten de beesten grotendeels voor zichzelf zorgen, maar ze haalden, hoewel verzwakt, wel het voorjaar.

Hoe ‘natuurlijk’ zijn de populatiedichtheden in de Oostvaardersplassen? Het is nogal tricky om uitspraken te doen over populatiedichtheden in de prehistorische tijd, maar ik waag het er toch op. Een educated guess voor de bevolking in het Mesolithicum bedraagt circa 2.000 mensen in geheel Nederland. Aannemende dat die een belangrijke predatorrol vervulden (er waren ook wolven!), kun je denken aan een populatie van 10 à 20.000 grote herkauwers op zo’n 20.000 km2. Dat is een factor vijf lager dan nu in de Veluwezoom en de Hoge Veluwe, terwijl toen alle optimale landschapzones nog vrij waren en niet door mensen in beslag genomen.

Mensen in de natuur – het is haast vloeken in de kerk van het natuurbeheer. In de ‘echte natuur’ van onze tijd is namelijk elke invloed van mensen taboe, maar er leven al meer dan 500.000 jaar mensen in Europa. Zonder die mensen geen ‘oernatuur’, geen stabiel ecosysteem en geen prehistorie als referentiekader, tenminste wat het grote wild betreft.

Wat wij weten van de natuur in het verleden legitimeert niet de schepping van ecosystemen met zelfstandig levende paarden en runderen. Dat is allemaal niet erg zolang die systemen goed functioneren en de bezoekers er genoegen aan beleven. Maar dat is duidelijk niet het geval. In plaats van genoegen is er nu maatschappij-brede verontwaardiging. Omdat de natuurorganisaties hun beleid niet weten te legitimeren, brengen zij zichzelf in diskrediet.

LEENDERT P. LOUWE KOOIJMANS (in NRC Handelblad; 20/3) 

Actie-Oostvaardersplassen

Actieverslag (door Yvonne)
Op 16 januari j.l. ben ik om 9 uur naar het gebied gegaan om de route te bekijken die wij om 13.00 uur zouden gaan rijden, om de dieren bij te voeren. Het hek bij het bezoekerscentrum (waar wij doorheen zouden moeten om in het echte gebied te komen) stond wijd open. Dat moet ook wel de hele dag voor de bezoekers.

Wij hadden een verzamelplaats uitgezocht bij MacDonald, tegenover de A6 bij Lelystad, omdat de mensen uit het hele land kwamen. Wij waren met 15 personen, onder wie vier stevige boeren. Ik had 20 balen hooi aangekocht. Een boer had ze geladen op zijn terreinwagen met aanhanger, keurig afgedekt, zodat je niet kon zien wat er op de aanhanger geladen was. Wij zijn om 13.00 uur gaan rijden, met nog 3 personenauto’s.
In de terreinwagen zat ook de fotografe van de Telegraaf.

Toen wij bij het bezoekerscentrum aankwamen, was het hek gesloten en stond er dwars geparkeerd een auto voor. Dus ze waren weer getipt.
Dit hield ons niet tegen om onze actie uit te voeren. De boeren kennen daar elk weggetje dat openbare weg is, dus toen zijn wij naar een omheind gebied gereden waar de paarden stonden.
Het was alleen moeilijk te berijden door de gladheid.
Wij hebben uitgeladen en de vier boeren met een jongedame uit onze groep zijn over de omheining geklommen en hebben de balen die wij er overheen gooiden, verder het veld in getrokken en uit elkaar gehaald, zodat Staatsbosbeheer ze niet meer kon verwijderen. Alles is vastgelegd op beeld door de fotografe.
Terwijl wij daar bezig waren kwam de heer Van Breeveld (Staatsbosbeheer) aangereden.
Hij parkeerde en bleef staan, maar kwam de auto niet uit. Wij waren natuurlijk te sterk vertegenwoordigd.

Ik ben naar hem toegegaan en heb hem de vraag gesteld of hij ons als dierenvriend kwam helpen om de noodlijdende paarden te helpen bijvoeren. Dat was hij niet van plan en als wij weg waren zou het hooi er weer uit gehaald worden.

Toen heb ik hem gezegd dat ik dan aangifte zou doen van diefstal, omdat dat hooi mijn eigendom was en dat ik bepaalde aan wie ik dat hooi gaf. En dat het omheinde gebied openbaar terrein is, geen eigendom van Staatsbosbeheer: zij mogen het alleen beheren.

Ten tweede: de hekken staan er niet om mensen tegen te houden, maar om de dieren binnen te houden als in een concentratiekamp.

Nu dat is het ook voor de dieren, het is vreselijk. Toen ik heb vertelde dat in de Tweede Kamer de eis is gesteld dat er bijgevoerd moet worden, wist hij daar niets van af en de Telegraaf waar het in is gemeld, las hij nooit. Ook vertelde hij mij dat 85 % van de dieren afgeschoten wordt. Dus ze laten de dieren eerst wekenlang uithongeren en dan worden de stumpers alsnog doodgeschoten.

Wat een schandalig, barbaars beleid en dan wanen wij ons in een beschaafd land te wonen. Zelfs in Rusland worden de paarden bijgevoerd. Nu daar wist hij ook niets van.

Mij is opgevallen tijdens dit gesprek met hem, dat er bij Staatsbosbeheer een arrogantie heerst, niet normaal. Maar ze worden natuurlijk beschermd door het Ministerie van Landbouw.

Wij zijn ook nog verder gereden naar een hogere uitkijkpost, aan de andere kant van de spoorlijn, richting Almere.
Wat je daar aan dierenleed ziet vreselijk. Het is een oppervlakte van sneeuw en ijs (lijkt de Noordpool wel) waar edelherten probeerden nog iets van onder de sneeuw en het ijs aan voeding te vinden. De dieren hebben geen stukje beschutting, het is schandalig.

zondag 21 maart 2010

Hoofdzaken uit advies-Oostv. plassen (door Yvonne)


       ' RECONCILING NATURE  and  HUMAN  INTERESTS '                           
Een rapport met advies van het International  Committee on the Management of large herbivores in the Oostvaardersplassen ( ICMO )

2.2 Alternatives  examined

B)
Preventieve selectie met doel verhongering en sterfte in de winter zoveel  mogelijk te beperken.
Deze jaarlijkse selectie zou over het hele jaar verspreid kunnen worden, of in bepaalde periode  ( b.v. in de herfst ) geconcentreerd kunnen plaats vinden.

De volgende selecties zouden kunnen bijdragen aan het nabootsen van natuurlijke processen.  

1--- Door de invloed van natuurlijke predatie te simuleren binnen het systeem, of door een patroon van episodische sterfte te simuleren. Gelijk aan het patroon dat waargenomen is, in andere grasetende populaties.

2--- Door grasetende populaties op een vastgesteld niveau te houden, door de jaarlijkse aanwas te verwijderen.
Binnen een dergelijk systeem zou de hoeveelheid van de dieren vastgesteld kunnen worden, op een reeks van niveaus met betrekking tot wisselende ecologische voedsel beschikbaarheid en de doelstellingen van het beleid.

3--- door een wisselend aantal dieren ieder jaar te verwijderen, afhankelijk van de geschatte lichamelijke conditie en het voedselaanbod ( of beide ) aan het begin van de winter.                            

3. Recommendations
2.1--- ICMO geeft toe dat een beleid waarbij niet wordt ingegrepen sommige van de boven omschreven bezwaren zou kunnen tegenkomen, maar is van mening dat bepaalde interventie methoden noodzakelijk zijn, om het dierenwelzijn in stand te houden.

2.3--- Het ICMO neemt een aanmerking dat een selectie strategie achteraf
( inhoudende de selectie gebaseerd op dagelijks onderzoek van alle dieren waarvan de lichamelijke gesteldheid achteruit gegaan is tot een bepaald niveau,
dat vastgesteld is volgens overeen gekomen welzijncriteria ) een bruikbare methode is, om beleid te voeren over graseters in de OVP.
Een beleid dat een aanvaardbare welzijnsnorm voor dieren garandeert, zou de selectie of verwijdering van dieren moeten inhouden die nog lopen te fourageren.
Het ICMO is van mening dat deze aanpak het voordeel heeft dat natuurlijke processen mogelijk maakt om het aantal dieren vast te stellen dat geselecteerd of verwijderd moet worden en het weghalen van gezonde dieren zoveel mogelijk te beperken. Dieren die in aantal over de drempel van het voedsel aanbod komen zouden geselecteerd kunnen worden om een predatie te simuleren, indien gewenst.

2.4--- Volgens aanbeveling van het ICMO is een beleid achteraf aanvaard. Dit beleid komt het meest overeen met de noodzaak om overbodig dierenleed zo veel mogelijk te voorkomen. Namelijk: verwonding, ziekte of een gezondheidstoestand waardoor ze waarschijnlijk niet zullen overleven.
Daar deze toestanden na alle waarschijnlijheid voorkomen gedurende de wintermaanden ( februari - half april ) beveelt het ICMO aan, om de hele populatie dagelijks na te kijken gedurende bovenstaande periode en adviseert SBB om er naar te streven om 90 % van de dieren uitte selecteren die daarvoor in aanmerking komen, zolang ze nog in staat zijn voedsel te zoeken. ]hiervoor is een selectie vereist die vroeger plaats vindt dan nu de gewoonte is.

5.1--- Het ICMO adviseert om het gevoerde beleid t.a.v. de graseters jaarlijks te beoordelen. Gedetailleerde verslagen van de timing van de lichamelijke toestand van alle dieren die uit geselecteerd zijn, of een natuurlijke dood sterven, moeten over deze periode plaats vinden, om het succes van dit beleid te kunnen taxeren en moeten aan het publiek ter beschikking worden gesteld, voor een kritisch  onderzoek.

5.2--- 2de alinea.
Rapporten van 2003.     BIGGS  en  ROGERS  2003.
Zie ook aanbeveling 7.

Ten einde dit te bereiken is het wellicht noodzakelijk om aanvullende steun uit de wetenschap te verkrijgen, of een contract op te stellen met betreffende instellingen alsook de fondsen die hiervoor nodig zijn te verwerven.

De verzamelde gegevens moeten ter beschikking staan van geïnteresseerde groeperingen. Het ICMO is van mening dat de organisatie van een bekwaam controle systeem niet op haar terrein ligt, en oppert de mogelijkheid om een groep deskundigen samen te stellen om advies uit te brengen over de doelstellingen, de structuur en de uitvoering.

8.--- Het ICMO adviseert de Minister om de directeur van SBB met persoonlijke verantwoordelijkheid te belasten om de bovenvermelde aanbevelingen in praktijk te brengen.

Dit zal inhouden:
Het verwoorden van de strategische doelen,
Het voorzien van financiële middelen,
De ontwikkeling van een formeel beleidsplan en de publicatie van verslagen van wat er jaarlijks bereikt is, in vergelijking tot de omschreven doelstellingen.   

Stop dierenleed in natuurpark Oostv.plassen !


De actie heeft in enkele dagen al 5.000 handtekeningen opgeleverd.


PvdD : tel uit je winst! :(

Oostvaardersplassen (door Marianne H.)

Tergende beelden van kreperende dieren als je die op YouTube bekijkt. De tranen sprongen me in de ogen. Zeker als je die dieren bij de hekken ziet dralen. Ik zou gewoon balen hooi over die hekken gooien. Dat is prima voer voor alle grazers. Die dieren zitten gevangen, kunnen geen kant op.

Ik vind het voorstel van de PvdD goed, dus dat er uitlopen naar andere voedselrijke gebieden moeten komen. Zo kunnen de dieren verder trekken. En ze vinden er beschutting. Dat is natuurlijker, dat doen dieren in het wild ook. Overigens kom je dan in gebieden waar gejaagd zal worden.  

Ook vind ik dat bij zeer barre winters dieren WEL moeten worden bijgevoederd. Dit is een uitzonderlijke koude winter. Dat adviseren bv vogelverenigingen toch ook om bij barre winters goed vogelvoer bij te voeren aan de wilde vogels...

MT merkte op dat ze niet gaan voor een nieuwe vorm van extensieve veeteelt, of hertenkamp idee. 
Het Belgische Natuurpunt doet dat dus wel. (waar ik als dierenrechtenmens geen voorstander van ben) Die brengen jaarlijks dieren in de handel, of laten ze zelf slachten. Op die manier komen er nooit te veel dieren. Het is maar waar men voor kiest dus. 

Dat er iets in de OVP moet veranderen, lijkt mij duidelijk. Ze kunnen het niet zo laten. 

Ik vind overigens dat de PvdD wel gelijk heeft als ze de hypocriete houding van het CDA, VVD etc aankaarten. En ik steun euthanasie voor de heel zieke en totaal verzwakte (niet meer te redden) dieren.

De PvdD is een politieke partij die pleit voor extensieve veeteelt: biologische veeteelt. 
Dit als antwoord op de bio-industrie.

Maar voor de biologische veehouderij worden eveneens dieren verhandeld en geslacht. Vlees verkregen uit de jacht is hét stukje ultieme biologische vlees. (ik speel nu even advocaat van de duivel)

Maar ja, als  MT en Koffeman jarenlang pleiten tegen de jacht, dan gaan die niet ineens pro-jacht pleiten. 
De jacht maakt meer emoties los dan het doodmaken van biologisch gehouden dieren voor hun vlees. Biologische bedrijven vallen in de prijzen, en worden doodgeknuffeld door dierenwelzijnsbedrijven, en jagers zijn de boemannen, dé dierenbeulen. 
Biologisch gehouden dieren voor hun vlees, melk en eieren worden net zo goed opgeofferd en geslacht. Ook al zijn die zo biologische als iets, bio-boeren verhandelen hun dieren eveneens, en er zijn banden met de bio-industrie. Wat het doden van dieren voor hun vlees betreft vind ik jagers minder hypocriet.

Het hele project moet dringend opnieuw onder de loep worden genomen. M.i. zou 't het beste zijn om dieren te castreren, en op den duur het hele project te beëindigen, dit zal vanzelf gaan omdat er geen nieuwe dieren meer geboren worden.

Laat ze daar opvangdieren (paarden, koeien, schapen etc) in plaatsen en mensen in dienst nemen die de dieren dagelijks verzorgen. Zo wordt het groen op een natuurlijke manier onderhouden, en de geredde dieren hebben hun vrijheid. Dieren kunnen ‘s winters best buiten rondwandelen, zeker als ze ergens 'een droge voet' en een warme stal hebben, en ze uit de meest natte gebieden worden weggehouden.

zaterdag 20 maart 2010

Advies Oostv. plassen door Int. Commissie

Het advies over de Oostvaardersplassen is uitgebracht in juni 2006 door:

International Committee on the Management of large herbivores in the Oostvaardersplassen (ICMO)

De namen van de leden van ddeze cie. vind je hieronder.

Je vindt de link naar het rapport op de bladzij die een inleiding in het Nederlands geeft: 
Het advies zelf is in het Engels; het zijn amper 20 blz. 

Composition ICMO & secretariat
Consultation of several stakeholders involved in the discussion resulted in the following
composition of ICMO.

Drs. Dzsingisz Gabor - Chairman - The Netherlands
Prof. Tim Clutton-Brock - United Kingdom
Dr. Michael Coughenour - United States of America
Dr. David Cumming - Zimbabwe
Dr. Patrick Duncan - France
Prof. Rory Putman - United Kingdom
Dr. Debby Reynolds/ Mr. John Montague - United Kingdom
Dr. Ramón Soriguer – Spain

The Committee was supported by an independent secretariat

Dr.ir. Henk Smit WING Proces Consultancy (Wageningen UR)
Drs. Rob Messelink Seconded to ICMO from the Ministry of LNV.

Bestel nu: baby bij Barend, beertje bij Gerda

Image and video hosting by TinyPic 

Nederland heeft tijdens de CITES-conferentie tegen een voorstel gestemd om de commerciële handel in de ijsbeer te verbieden. Minister Verburg brengt hiermee niet alleen de ijsbeer verder in gevaar, maar lapt tevens de wil van de Tweede Kamer aan haar laars.

De Partij voor de Dieren had met steun van de meerderheid van de Tweede Kamer minister Verburg de opdracht meegegeven zich in EU-verband sterk te maken voor een verbod op de commerciële handel in ijsberen. De Partij voor de Dieren diende de motie in om het voortbestaan van de ijsbeer, dat sterk bedreigd wordt door het smelten van de ijskappen, niet nog verder onder druk te zetten. De minister gaf toen aan weinig mogelijkheden hiertoe te zien, omdat reeds duidelijk was dat de EU als blok tegen dit voorstel zou stemmen.
Het voorstel om de commerciële handel in ijsberen te verbieden werd deze week behandeld tijdens de CITES- conferentie, waar 175 landen afspraken zullen maken over het inperken van de handel in bedreigde diersoorten. Vandaag is duidelijk geworden dat het voorstel voor de hoogste staat van bescherming voor de ijsbeer (het plaatsen op Appendix I) het niet gehaald heeft. Er is echter een nieuw voorstel gedaan, waarmee hetzelfde resultaat bewerkstelligd kon worden. Door de ijsbeer een lager niveau van bescherming te geven (Appendix II) maar hier een nulquotum voor de handel aan toe te voegen, wordt de commerciële handel (en dus jacht) op de ijsbeer alsnog verboden.

Minister Verburg heeft echter tegen dit nieuwe voorstel gestemd. De Partij voor de Dieren vindt dit onbegrijpelijk. Thieme: 'Minister Verburg is aan de Kamer verplicht zich uit te spreken tegen de commerciële jacht op ijsberen. Ze schoffeert de Kamer en laat zien geen greintje mededogen te hebben met een diersoort wiens voortbestaan bedreigd wordt.'

Nina maakt kennis met de vrijheid van meningsuiting

Het strafrecht staat voortdurend in de belangstelling. Dat is ook wel logisch aangezien het hier vaak om leven en dood gaat. De publieke opinie gaat er daarbij van uit dat rechters geen fouten maken en dat politie en justitie misdaad dienen uit te bannen. Dit land dient vrij te zijn van misdadigers. En volgens Wilders ook nog van vreemdelingen. Als al die mensen hun zin  krijgen, wordt het aardig stil in dit land. NRC Handelsblad besteedt vandaag maar weer eens een commentaar aan ‘De veiligheidsillusie’.
Andere rechtsgebieden dan het strafrecht krijgen veel minder aandacht. Er is ‘de rijdende rechter’ die een tipje van deze sluier oplicht. En verder: als Wakker Dier, Bont voor Dieren of de Faunabescherming procederen, dan krijgen zij buiten de eigen kring nauwelijks aandacht.  
  
****

Vandaag een interessante uitspraak in de civiele strijd tussen David en Goliath, waarbij Goliath weer eens het loodje legt. Het gaat over de biografie over Nina Brink (‘Goliath’), die zij geprobeerd heeft tegen te houden omdat zij daarin beschuldigd wordt van fraude, diefstal en Luxemburgse bankrekeningen. 

De kortgedingrechter wijst a l l e vorderingen van Nina af!

Een drietal passages uit het vonnis.

4.  De beoordeling
4.1.  Indien de vorderingen van eisers zouden worden toegewezen, zou dit een beperking inhouden van het in artikel 10 lid 1 Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM) neergelegde grondrecht van de auteur en de uitgever op vrijheid van meningsuiting.
Dit recht kan slechts worden beperkt indien dit bij wet is voorzien en noodzakelijk is in een democratische samenleving, bijvoorbeeld ter bescherming van de goede naam en de rechten van anderen, in dit geval van mevrouw Brink, haar ex-echtgenoot en haar dochter van (artikel 10 lid 2 EVRM).

Van een beperking die bij wet is voorzien, is sprake wanneer de uitlatingen van de auteur en uitgever Prometheus onrechtmatig worden geoordeeld. 

Voor het antwoord op de vraag of aan de gestelde voorwaarden voor rechterlijk ingrijpen is voldaan, moeten tevens de wederzijdse belangen worden afgewogen.

Het belang van de auteur en Prometheus is dat zij zich in het openbaar kritisch, informerend, opiniërend en waarschuwend moeten kunnen uitlaten over zaken en/of misstanden die de samenleving raken. Het belang van eiseres, ex-echtgenoot en dochter is erin gelegen dat zij niet lichtvaardig worden blootgesteld aan negatieve publiciteit die hun goede naam aantast of die een inbreuk vormt op hun persoonlijke levenssfeer. Welk van deze belangen, die in beginsel gelijkwaardig zijn, de doorslag behoort te geven, hangt af van alle omstandigheden van het geval. Eén van die omstandigheden is erin gelegen in hoeverre de auteur de door eisers gewraakte passages uit het boek met feiten

4.14.        De conclusie met betrekking tot de kwesties A-Line en Newtron is dat de beschuldigingen aan het adres van eiseres en ex-echtgenoot zoals vervat in de gewraakte onderdelen voorshands voldoende steun kunnen vinden in het bronnenmateriaal waarover de auteur beschikt. In de door eisers aangespannen bodemprocedure die zich – anders dan een kort geding – wèl leent voor een nader onderzoek naar de feiten, zal verder moeten worden uitgezocht of de auteur tegenover het tegenbewijs van eiseres en ex-echtgenoot daadwerkelijk over voldoende bewijsmateriaal beschikt om de beschuldigingen te kunnen staven.
Een belangenafweging, zoals hiervoor onder 4.1 bedoeld, valt thans dan ook in het voordeel uit van de auteur en Prometheus. Zij handelen voorshands niet onrechtmatig jegens eisers en een inperking op de vrijheid van meningsuiting van de auteur en Prometheus zou niet voldoen aan de eisen die artikel 10 lid 2 EVRM hieraan stelt.

De vorderingen die zien op de rectificatie en op het inlegvel zullen dan ook worden afgewezen.

4.15.  De stelling van eisers dat de auteur in strijd heeft gehandeld met het beginsel van hoor en wederhoor, kan niet tot een andere conclusie leiden. Dit beginsel is niet absoluut. Afhankelijk van de omstandigheden van het geval moet worden geoordeeld of aan dit beginsel voldoende invulling is gegeven. Uitgangspunt in dit geding is dat de auteur eiseres op 18 januari 2010 de brief met de vragenlijst heeft toegezonden en dat eiseres hierop niet heeft geantwoord.
Prometheus heeft bij brief van 3 februari 2010, gericht aan de raadsman van eiseres, nogmaals verzocht de door de auteur gestelde vragen te beantwoorden. Prometheus heeft hierbij toegezegd dat de informatie over het privéleven van eiseres die haar en de auteur tot dat moment verdeeld hield, niet in het boek zou worden opgenomen. Prometheus heeft deze toezegging herhaald in haar brief van 15 februari 2010 en in die brief aangeboden een interview te arrangeren tussen de auteur en eiseres. Eiseres heeft hierop niet willen ingaan.

4.17.    Eisers vorderen tot slot een verbod het portret van eiseres te gebruiken op de cover van het boek en ten behoeve van promotionele activiteiten rondom het boek. Ter zitting hebben zij hun vordering beperkt in die zin dat alleen de foto van eiseres die thans op de cover staat dient te worden verboden. Eisers hebben echter nagelaten te onderbouwen waarom nu juist deze foto dient te worden verboden, terwijl niet in debat is dat het gedaagden wel is toegestaan een ander portret van eiseres op de cover te plaatsen.

Dit staat reeds aan toewijzing van deze vordering in de weg. 

Overigens kan niet worden gezegd dat eiseres een redelijk belang heeft om zich te verzetten tegen openbaarmaking van het desbetreffende portret. Eiseres kan als een ‘public figure’ worden aangemerkt. Op een biografie – ook wanneer die ongeautoriseerd is – is een portret van de hoofdpersoon gebruikelijk en functioneel. De desbetreffende foto heeft bovendien in het verleden op de voorpagina gestaan van De Volkskrant en niet weersproken is dat die krant in een oplage van 300.000 stuks is verspreid.
Tot slot kan niet worden gezegd dat eiseres in dit geval beschikt over “verzilverbare populariteit” op grond waarvan zij zich tegen gebruikmaking van haar portret op het boek zou kunnen verzetten. Met het portret op de cover van het boek wordt in eerste instantie beoogd onmiddellijk aan te geven over wie het boek gaat.

Image and video hosting by TinyPic

vrijdag 19 maart 2010

Lekker beesten tussen de dieren

In Europese dierentuinen bevinden zich in totaal ca. 100 ijsberen.
Zoals haast altijd: in verhouding de meeste in Nederland.

Je kunt de Nederlandse ijsberen in een middagje zien, want de dierentuinen liggen op 100 km van elkaar. 
In Rotterdam (2 dieren), Rhenen (4 dieren) en Mierlo, bij Eindhoven (4 dieren). De laatste, kleine dierentuin heeft ook nog twee bruine beren.

In 2004 stichtte Libéma dierenrijk Europa. Het motto is: Lekker beesten tussen de dieren. 

Dat vinden ze leuker dan: 'Bescherm de dieren tegen de beesten'.

Ook Beekse Bergen wordt door Libéma geëxploiteerd.  

donderdag 18 maart 2010

Bestel je baby bij Barend


Image and video hosting by TinyPic 

Het verhaal onder de titel ‘Alles onder controle, van de wieg tot het graf’ in de krant van vorige week had ik overgeslagen, maar door een ingezonden brief van Piet Borst heb ik dat alsnog gelezen. Het is verbijsterende koffieleut van ene Henk ten Have, die zich niet geneert te vermelden dat hij niet van de straat is maar:

  • arts en filosoof,
  • directeur van de Afdeling Ethiek van Wetenschap en Technologie bij UNESCO, Parijs en
  • hoogleraar Internationale Bio-ethiek aan de Radboud Universiteit in Nijmegen.
Snedig merkt Borst daarbij op dat hij het belangrijkste nog weglaat, nl. gewezen hoogleraar katholieke re­ligie in Maastricht. Iemand die “de dogma's van zijn geloof in de krant uitdraagt. Dat geloof verbiedt immers euthanasie, abortus en condooms.”  En Borst vervolgt met:

‘De kwa­liteit van de argumenten die Ten Ha­ve aanvoert, wordt geïllustreerd door zijn zin: ,,Binnenkort kunnen bij embryo’s eigenschappen worden veranderd zodat we een kind krijgen naar onze eigen wensen."
Waarom dit bio­logische onzin is, heb ik tien jaar ge­leden al beschreven.
We zijn niet in staat om gericht genen te vervangen in een embryo en wij hebben nog geen flauw idee welke genen we dan zou­den moeten modificeren om gewens­te eigenschappen als muzikaliteit, intellect of hard schaatsen te verkrij­gen.’

Tot zover het commentaar van Borst. Ik ben geen vriend van deze gewetenloze dierproefnemer maar dit moet ik toegeven: zijn tekst over 'Eugenetische oprispingen' uit 2000 is fraai. In tegenstelling tot de loze kreten van Ten Have gaat dit ergens over.
Een paar citaten:
Ieder goed genetisch leerboek bevat simpele berekeningen die laten zien dat de menselijke genenpoel niet zo makkelijk vertroebeld wordt. Zolang de diabeten en bijzienden niet veel méér kinderen krijgen dan andere mensen, stijgt het aandeel van hun minder geslaagde genen in de menselijke populatie maar heel langzaam. Bovendien staan er tegenover deze dysgenetische effecten van geneeskunde (meer `slechte' genen), ook eugenetische effecten.

Bij het veranderen van onze geslachtscellen zijn er twee grote principiële problemen (naast allerlei technische hindernissen): het gericht veranderen van een aantal genen in dezelfde eicel/zaadcel is onmogelijk en er is zelfs geen theoretische oplossing voor dit probleem in zicht; het gericht veranderen van complexe eigenschappen als intellect vereist een kennis van genen en geninteracties die nog buiten ons voorstellingsvermogen ligt.

Hoe komt het dan dat sommige onderzoekers spreken over `kinderen op bestelling'? Waarschijnlijk gaat het hierbij om een kritiekloze extrapolatie van een paar recente successen bij DNA-modificatie.

Let wel, dit zijn ingrepen in lichaamscellen, niet geslachtscellen (de kiembaan). De aangebrachte DNA-veranderingen worden niet doorgegeven aan het nageslacht en hebben niets te maken met eugenetica.

Daarbij is vervanging van een defect gen is heel iets anders dan de verandering van een complexe eigenschap als muzikaliteit.

Schaerweijde

Vroeger heb ik wel eens een hockeywedstrijd gespeeld tegen Schaerweijde, een grote sportvereniging in Zeist. Ik herinner me niet de velden ervan ooit gezien te hebben, daarvoor was het te ver weg. Zo’n club ontmoette je alleen bij grote toernooien, bijv. in Amstelveen.
De bijzondere naam van deze vereniging is me nooit opgevallen. Dat dat nu ineens wel zo is, komt door de discussie over de Oostvaardersplassen. Dat het woord met het weiden van vee te maken heeft, is duidelijk. Maar wat is schaer, modern: schaar?

Inscharen is vee in de gemeenschappelijke weide brengen. In het geval van Staatsbosbeheer is die grond rijkseigendom. Vermoedelijk wordt ze verpacht.

Een schaarweide is een middeleeuws begrip. Betekenis: gemeenschappelijke weide. Oudtijds bezat men niet meer dan enkele stuks vee. De dieren werden deels geweid, of gehoed, op de terreinen die het dorp omgaven.
In het midden van het dorp was de marktplaats, of brink.

Lexicologisch is dat simpel.
Etymologisch al veel minder. Dit Germaanse woord schaar hangt samen met schare (= menigte), en met heerschaar. De grondbetekenis is: het afgescheidene; het woord behoort tot het werkwoord scheren.
In de middeleeuwen betekende het: grondstuk, voldoende voor de voeding van een dier.

Juridisch is dit nog veel complexer. Overal waar mensen samenleven, dient het recht van de sterkste beteugeld te worden. Familierelaties dienen duidelijk te zijn, zeker in een tijd waarin ziekte en dood steeds aanwezig waren. Wie zorgt voor wie; op wie gaat de eigendom over na overlijden? Wie legt een dijk aan, wie onderhoudt wegen en vaarten? Waar heeft de boerenknecht recht op? Wat gebeurt er als mensen zich niet aan de regels houden?

Een boerenbedrijf bestond in de middeleeuwen uit een boerderij met enig aangrenzend land voor fruit- en moestuin, uit het bijbehorende bouwland en uit een aandeel in de gemene gronden.

De boer is gerechtigd een bepaald aantal stuks vee in te scharen in de gemene weiden, alsmede om een bepaald deel van het hooi van de gemene hooilanden te winnen, en om gebruik te maken van de overige gemene gronden, ook volgens een bepaalde maatstaf. 
Bijvoorbeeld om daar plaggen te steken, turf te steken, hout te halen, te vissen in de wateren.

In de latere middeleeuwen treft men ook private weiden en hooilanden aan, maar deze ontbraken in de oudste tijd.

Terug naar de Oostvaardersplassen. Dieren aldaar wenst de overheid te beschouwen  als ‘niet-ingeschaard’, d.w.z. als wild.

Op andere plaatsen zijn dieren door Staatsbosbeheer wel geschaard, of ingeschaard. Dit wordt beschouwd als extensieve veehouderij. Het is gewone veehouderij, alleen minder commercieel dan de vee-industrie. De dieren voorzien namelijk ook in een deel van het onderhoud van het terrein, door begrazing. Schapen worden hiervoor veel gebruikt maar ook andere dieren.(foto)

Image and video hosting by TinyPic 

woensdag 17 maart 2010

Kristina Bach en de Dierenpartij

Vanavond gekeken naar EenVandaag dat een reportage had over het spoeddebat over de OVP. Veel wijzer werd ik er niet van. Ik zag dat Esther Ouwehand het vuile werk mocht opknappen. En dan te bedenken dat Thieme (met Koffeman) vorig jaar nog bestuurslid was van de Faunabescherming! En de materie dus veel beter beheerst.
Maar in het kader van bescherming van het imago van de lijsttrekker was dit uiteraard verantwoord. De kijker die niet beter wist, kon gevoeglijk denken: “Daar wil Marianne Thieme gelukkig niks mee te maken hebben!” Toevallig ging er ook nog een propagandafilmpje van de PvdD aan de uitzending vooraf.

Ormel is een goed spreker dus hem was wel toevertrouwd om te communiceren dat hier niet alleen de grote grazers maar ook de Partij voor de Dieren ‘door de hoeven’ zakt. 

Aan het eind kregen we nog een korte reactie van Gerda Verburg. Ik schrok van haar verschijning: in mijn herinnering was ze een gewone boerenmeid, maar inmiddels is ze volledig van gedaante verwisseld. Ze was opgemaakt als een wat oudere filmster. Inclusief glorixkuif. Nu ik dit gezien heb begrijp ik haar verlangen naar een glossy. Met haar sterallures heeft die nog een grote toekomst voor zich.

Inhoudelijk was ze het helemaal eens met de Partij voor de Dieren, maar ‘als de Kamer het wil’, dan maken we een eind aan het OVP-concept. Ze zou het jammer vinden.
Verder kregen we nog een oud-inspecteur van de Dierenbescherming te zien die de Partij hard afviel. In de vorige uitzending was het de gewezen hoogleraar Dier en Recht, mr Dirk Boon, ooit lijstduwer, die de Partij onderuit de zak gaf. 
Verdedigers van het partijstandpunt kon EenVandaag blijkbaar niet vinden. Alex zal wel niet in de buurt geweest zijn.

En zo kom ik bij Kristina Bach (1962), nog altijd een van de grote populaire Duitse zangeressen. Enkele jaren geleden had ze nog een hit met ‘Fliegst Du mit mir zu den Sternen?’ Als ik de zielige vertoning van de Partij gadesla, dan komt mij daaruit de regel boven: ‘Bleibst Du wenn keiner mehr bleibt?'

Image and video hosting by TinyPic

Dierennoodhulp (door Sandra)

Image and video hosting by TinyPic

Toen ik 's avonds thuiskwam zat er een kokmeeuw op de stoep die niet wegvloog toen ik hem naderde. Ik concludeerde dat hij niet goed was, en haalde een vangnet van thuis dat ik over hem heenwierp om hem te kunnen oppakken en mee naar huis nemen.

De volgende dag ging ik 's morgens vis voor hem halen dat hij echter niet wilde eten. Daarna heb ik de meeuw in een kattenmand gedaan en naar de dierenarts gebracht om hem te laten nakijken. De dierenarts concludeerde dat er niets gebroken was. Omdat de meeuw duidelijk niet gelukkig bij mij was in een opvangkooi in de keuken, ging ik met hem in de kattenmand met de trein naar vogelopvang De Strandloper.
Lucia, de beheerster van de Strandloper keek de vleugels van de meeuw na en constateerde een gebroken vleugel. Omdat hij niet fel pikte en reageerde dacht ze dat hij wellicht blind was. De visjes die hij in zijn keel gestopt kreeg gooide hij er meteen weer uit. Hij werd in een hokje gestopt met een bakje visjes.

Vanmiddag belde ik naar de Strandloper en hoorde dat hij in het hokje niet gegeten had, maar zodra hij die ochtend in de buitenvolière was gezet, gelijk was gaan rondscharrelen en eten en dus gelukkig niet blind was.
Dus er gloort hoop... al is hij nog wel in een soort shock zo rustig als ie is.

Comité Dierennoodhulp