Genetisch
gemodificeerd voedsel, ook bekend als GMO of gentech, kent vóór- en
tegenstanders.
De voorstanders zeggen dat er zonder gentechgewassen hongersnood komt.
De tegenstanders zeggen dat gentechvoedsel ons ziek maakt, het milieu ruïneert en de macht over ons eten uitlevert aan multinationals. Wie heeft gelijk?
De tegenstanders zeggen dat gentechvoedsel ons ziek maakt, het milieu ruïneert en de macht over ons eten uitlevert aan multinationals. Wie heeft gelijk?
Veel mensen
vinden gentechvoedsel onnatuurlijk, maar gewoon eten is net zo onnatuurlijk. De
natuur is niet eetbaar; de meeste bladeren, stengels en wortels uit de jungle
zijn niet te kauwen, leveren weinig voeding en zitten vol vergif.
Daarom probeert
de mens al tienduizend jaar lang om planten van hun gif te ontdoen en ze
kauwbaar, voedzaam en lekker te maken. Oorspronkelijk ging dat met selectie en
kruisen. Het ging sneller sinds in het midden van de vorige eeuw werd ontdekt
dat het DNA van planten kon worden veranderd met behulp van radioactieve
straling. DNA was
destijds nog een zwarte doos en veredelaars schoten daar blindelings op om
erfelijke eigenschappen te veranderen. Vergelijk het met het door elkaar husselen van de letters van een gedicht: dat
levert 999.999 keer onzin op en één keer een mooie variant. Evenzo leverde
bestraling 999.999 zieke of dode planten en één bruikbare mutant die lekkerder
of houdbaarder was dan de oorspronkelijke plant. U eet
dagelijks de nakomelingen van die mutanten: grapefruits, pasta, rijst, peren,
erwtjes, bananen en de hop in uw bier.
Tegenwoordig
kunnen onderzoekers DNA-codes lezen en erfelijke eigenschappen van voedsel
ingrijpend veranderen. Dat heet genetische modificatie. Is dat gevaarlijk? Het
meest genoemde risico is dat er een eiwit ontstaat waar mensen allergisch voor
zijn. In theorie kan dat, maar als de fabrikant zo’n eiwit niet onderkent doet
de EU dat wel en die laat zo’n product niet toe. Andere gezondheidsproblemen
zijn nogal gezocht. Gezondheidsschade door gentech is geen serieus probleem.
De directe
effecten op het milieu lijken na twintig jaar ervaring ook wel los te lopen. Steeds meer oerwouden worden gerooid voor de
landbouw, maar dat ligt aan de groeiende vraag naar vlees, melk en
biobrandstof. Gentech of gangbaar maakt daarbij niet uit.
DNA-technieken
vergroten wel de macht van multinationals zoals Monsanto. Monsanto creëert en
patenteert krachtige nieuwe zaden die iedere boer moet hebben om de
concurrentie vol te houden. Streven Monsanto en consorten naar een monopolie op
zaden en dus op ons eten? Ongetwijfeld, want monopolies betekenen winst. Dat is
een gevaar en daar moeten we iets tegen doen. Een verbod op genetische
gemodificeerde planten helpt echter weinig. We hebben andere wetten nodig,
bijvoorbeeld een verbod op het patenteren van zaden.
Het toestaan van
gentechvoedsel heeft dus geen belangrijke effecten op gezondheid, milieu of de
macht van multinationals.
Heeft gentech ook voordelen? Volgens voorstanders
dreigt zonder gentechnologie hongersnood.
Gentechnologie zou zorgen voor een hogere opbrengst en landbouw mogelijk maken
op uitgedroogde steppes. Na twintig jaar gentech is daar
echter nog weinig van te bespeuren. Alleen gentechgewassen die besproeiing met
onkruidbestrijders overleven of die hun eigen insecticiden produceren worden op
grote schaal verbouwd. Het gaat voor een groot deel om soja voor veevoer en
maïs voor biobenzine.
Waar blijven de
gentechgewassen die bestand zijn tegen droogte en die de honger de wereld
uithelpen? De Engelse expert David Lawlor heeft dat uitgezocht.
Afgelopen dinsdag vertelde hij zijn bevindingen op een symposium van de
Koninklijke Nederlandse Akademie voor Wetenschappen KNAW. Het resultaat viel
tegen. Genetische modificatie heeft zandraketjes opgeleverd die in het
laboratorium minder snel uitdrogen. Zandraketjes zijn onkruidjes en hun DNA is
ideaal voor experimenten. Maar wat werkt bij zandraketjes in een laboratorium
hoeft niet te werken bij tarwe of rijst in het veld, net als wat werkt bij
muizen niet hoeft te werken bij mensen. Er zijn geen voedselproducerende
gentechgewassen die tegen droogte kunnen, en ook
geen gentechgewassen met verhoogde opbrengst.
Dat was voor mij
heel herkenbaar. In de geneeskunde hebben we hetzelfde. Toen het menselijk DNA
in kaart werd gebracht waren de verwachtingen enorm: we zouden Alzheimer,
Parkinson en andere ziekten kunnen begrijpen en genezen. Vijftien jaar later
likken de onderzoekers en de farmaceutische industrie hun wonden: ondanks
miljarden aan DNA-onderzoek glipt de genezing van grote ziekten hen nog steeds
door de vingers.
Dat blijft niet
zo; als we stug doorzetten geeft de natuur uiteindelijk haar geheimen prijs.
Artsen gebruiken nu al met succes DNA-technieken voor het genezen van kanker. Ook de
opsporing van zeldzame ziekten gaat vooruit, maar genezing gaat nog lang duren.
Voor gentechvoedsel geldt hetzelfde. Over vijftig jaar bestaan er ongetwijfeld
fantastische gentechgewassen, maar op dit moment worden de voordelen zwaar
overdreven. De gevaren trouwens ook.
Bron: http://www.mkatan.nl/columns-en-kranten/nrc-columns/508-19-april-2014-gentech-is-voer-voor-illusies.html
Bron: http://www.mkatan.nl/columns-en-kranten/nrc-columns/508-19-april-2014-gentech-is-voer-voor-illusies.html
Volgens de internist dokter Houtsmuller, die het Moermandieet tegen kanker heeft gemoderniseerd, zijn de bezwaren tegen genetisch gemanipuleerd plantaardig voedsel emotioneel van aard en dus niet rationeel.
BeantwoordenVerwijderen