In het rijtje drogredenen
hoort natuurlijk ook deze. Als WIJ stoppen met dierproeven, “dan gaan ze naar het buitenland.”
Als dat – dreigend! - tegen
je gezegd wordt, dan voel je je niet serieus genomen. Niettemin: het ligt bestorven
in de mond van iedereen die z’n brood verdient met mishandelen en uitbuiten van
dieren. WIJ kunnen het veel beter dan anderen!
De weerlegging kost geen moeite.
Het aantal dierproeven in de wereld hangt echt niet af van wat er hier gebeurt.
Daarnaast zijn wij primair
verantwoordelijk voor het eigen erf. Hoe schoner dat is, dus hoe minder dierproeven,
des te meer recht hebben wij om anderen hierop aan te spreken.
Last not least: het verzet
tegen dierproeven is wereldwijd. Vorig jaar was er een Italiaans burgerinitiatief
dat in Europa 1,1 miljoen handtekeningen bij elkaar bracht. Met de bedoeling dat de EU het
voortouw zou nemen in het afbouwen van deze proeven. De Europese Commissie
veegde er z’n achterwerk mee af.
In haast alle landen ter
wereld zijn organisaties actief ter bestrijding van dierproeven. Zo krachtig
dat er van de weeromstuit ook tegenbewegingen ontstaan zijn, die dierproeven
verdedigen. Wat dat accentueert is dat dierproeven spanningen oproepen. Mogelijke
gevolgen daarvan zijn genoegzaam bekend.
(Zie ook, hieronder: 'Het gebruik van geweld'.
(Zie ook, hieronder: 'Het gebruik van geweld'.
"Dan gaan ze naar het buitenland' werd ook veel gezegd toen Nederland een verbod instelde op wilde dieren in circussen. Inmiddels zijn er wereldwijd al 62 landen waar wilde dieren in circussen zijn of worden verboden. Die ballon gaat dus niet meer op.
BeantwoordenVerwijderen