Respect voor dieren

maandag 17 december 2012

Anesthesiologie: 'de verdovers'

De verdovers is een roman van Anna Enquist, die ze schreef nadat ze, op uitnodiging van het VU Medisch Centrum in Amsterdam, een tijdje heeft meegelopen met de anesthesisten, ‘de verdovers’. Ik vind het goed geschreven en niet zonder humor. De kracht van het verhaal zit ‘m in de beschrijvingen van het werk van de anesthesisten, tijdens verschillende soorten operaties.

Hoogtepunt is het voorlaatste hoofdstuk waarin een aorta moet worden vervangen, bij een vrouw van een jaar of vijftig. De beschrijving van de OK voor deze zware operatie is indrukwekkend. Er is een dubbele bezetting nodig. Hoofdpersoon is een vaatchirurge. Het voorwerk – het openmaken van het lichaam – wordt gedaan door een thoraxchirurg. Tenslotte zijn naast de anesthesisten ook perfusionisten erbij betrokken. Je vraagt je af of dit allemaal goed kan gaan, helaas komen we de afloop niet te weten.
Een tikje komisch te lezen dat de anesthesiste die de patiënte ophaalt, tegen haar zegt: “U moet niet schrikken van alle apparatuur in de operatiekamer.” Ik vraag me af of een patiënt bij de aanblik daarvan echt stilstaat

Een aardig detail in de roman is dat ook het helicopterdek van het ziekenhuis zinvol verwerkt is. Enquist heeft goed rondgekeken.

Staat tegenover dat de intrige naar mijn smaak een draak is van het zuiverste water. Ik probeer het samen te vatten. Een assistent-anesthesist wordt verliefd op zijn supervisor (Suzan) en zoent met haar. Zonder dat ze het van elkaar weten heeft deze jongeman ook een relatie met de dochter van Suzan. En tenslotte volgt hij psychotherapie bij de broer van Suzan. Het is net klaverjassen. De laatste kaart is - je raadt het - de (vermoedelijke) zelfmoord van de assistent.

Niettemin: er zijn slechtere romans. Hieronder een fragment waarin de beroepstrots wordt beschreven:

"Tijdens het werk als vakantiehulp in haar studietijd viel het haar op dat de anesthesist erbij werd gehaald als de zaken echt spannend werden. Een machteloos team op de Eerste Hulp dat opademde als de toegesnelde anesthe­sist een kindermaat tube tussen de gezwollen stembanden wist te wringen. Een scheldende verpleegkundige die geen vat kon vinden en zich uitputte in dankbetuigingen toen de anesthesist snel en pijnloos een infuus aanlegde.

Als het erop aankomt, als het ernstig is - dan neemt de anesthesist het voortouw en loodst het team naar een oplossing, hoe heftig de situatie ook is. 

Een buik wordt bruusk opengesneden om een beknelde baby te redden; een met kogels doorzeefde man ligt te gillen op de Eerste Hulp; een onder de tram verbrijzeld been wordt geamputeerd op straat. De anesthesist brengt verlossing.

Je bent als de keeper in een voetbalelftal *, denkt Suzan. Soms is het heel lang saai, je zit te wachten en de boel in de gaten te houden tijdens een operatie. Het spel vindt plaats aan de overkant, achter het doek **.
Maar dan ineens zet de dreiging in en komt de bal jouw kant op. Dan moet je er staan, ingrijpen, een adequate redding verrichten met al je aandacht.

Het gevecht met de pijn schenkt haar de meeste vol­doening. Het is aan haar om de patiënt voor pijn te be­hoeden. Iedereen heeft angst voor lichamelijke vermin­king en de pijn die dat met zich meebrengt. Zij kan het slachtoffer van die pijn verlossen. Ze stelt zich de pijn voor als een vlammend rode, verzengende vuurbal die op de liggende, hulpeloze patiënt afkomt en alles dreigt te vernietigen. Hoe zij dan opstaat, een greep doet in de opiumkoffer, de verlossende medicatie inspuit. De pati­ënt ontspant, de rust daalt neer, de vuurbal lost op.

Dan glimlacht ze even en voelt ze een diepe tevredenheid."

 ***

* Enquist en haar zoon zijn dol op voetbal: ze schreef er een boekje over.

** De anesthesist staat niet aan de operatietafel (maar erachter). 


Anna Enquist, De Verdovers (Arbeiderspers  2011)

2 opmerkingen: