I. Lethale dosis van blauwzuur (Zyklon B)
LD50 is de hoeveelheid van een stof die bij 50% van een populatie tot de
dood leidt. De stof wordt in een keer toegediend en hierdoor is de LD50 een
maat voor de acute giftigheid en zegt niets over de langetermijntoxiciteit van
de stof. De LD50 wordt meestal opgegeven in mg per
kg levend weefsel.
Metingen van de LD50 werden voor het eerst in 1927 door J.
W. Tervan gebruikt om de potentiƫle toxiciteit van medicijnen en chemische
stoffen te kunnen schatten.
De keuze van 50% mortaliteit als referentiepunt voorkomt het
testen van individuen onder extreme omstandigheden en verkleint het aantal
tests dat nodig is. Niet ieder individu is namelijk even gevoelig voor de stof.
De giftigheid van een stof kan daarom ook worden gemeten bij een LD1 of een LD99,
de hoeveelheid vergif die nodig is om respectievelijk 1% en 99% van de
populatie te doden.
Het is van belang te vermelden voor welke soort en voor welke toedieningsweg dit getal geldt omdat er tussen soorten grote verschillen in gevoeligheid kunnen bestaan: een bij ratten gemeten waarde hoeft niet automatisch ook voor mensen op te gaan.
Het is van belang te vermelden voor welke soort en voor welke toedieningsweg dit getal geldt omdat er tussen soorten grote verschillen in gevoeligheid kunnen bestaan: een bij ratten gemeten waarde hoeft niet automatisch ook voor mensen op te gaan.
Ook kan het een groot verschil maken of
de stof wordt ingeademd, ingespoten, door de huid wordt opgenomen of opgegeten.
De meest gebruikte toedieningswegen om de LD50 te bepalen zijn dermaal (via
huid) en oraal (via mond). De reden hiervoor is dat deze lichaamsoppervlakken
het meest frequent in contact komen met stoffen.
Voor het bepalen van
een LD50 wordt een aantal dieren vergiftigd, dat is de reden waarom veel mensen
deze experimenten afwijzen.
Bron: wikipedia
-------------------------------
II. Artikel 10 Wet op Dierproeven
1. Het
is verboden een dierproef te verrichten voor een doel
o
a. dat, naar de algemeen
kenbare, onder deskundigen heersende opvatting, ook kan worden bereikt anders
dan door middel van een dierproef, of door middel van een dierproef waarbij
minder dieren kunnen worden gebruikt of minder ongerief wordt berokkend dan bij
de in het geding zijnde proef het geval is;
o
b. waarvan het belang niet
opweegt tegen het ongerief dat aan het proefdier wordt berokkend.
2. Het is verboden een dierproef te verrichten
door middel van LD50/LC50 test-methoden.
3. Van het in het tweede lid bedoelde verbod kan door Onze
Minister vrijstelling worden verleend indien wordt aangetoond dat voor de in
dat lid genoemde methoden geen alternatief aanwezig is.
-------
III. Commentaar
De LD50 wordt in elk toepasselijk lemma van wikipedia
opgegeven. Daaruit mag je afleiden dat het verbod in de wet een fopspeen is, de
zoveelste.
Voor blauwzuur (Zyklon B) wordt de LD50 voor ratten, muizen en
apen opgegeven, afhankelijk van het gewicht. Voor muizen van 40 g komt dat neer
op 0,04 mg.
Voor ratten is de schrijver nog preciezer:
LC50(ppm)
|
tijd tot dood
|
160
|
30 min.
|
275
|
15 min.
|
323
|
5 min.
|
Geen opmerkingen:
Een reactie posten