Als direct gevolg van de rechtszaak van
Stichting Rookpreventie Jeugd tegen de Staat heeft het ministerie van
Volksgezondheid, na het parlement nu ook de lagere overheden – gemeenten en
provincies – aangeschreven. Kern van de brief: ook zij moeten zich houden aan
het internationale antirookverdrag FCTC en daarom zijn vrijwel alle contacten
met de tabaksindustrie taboe. Voor Stichting Rookpreventie Jeugd is dit een
belangrijke doorbraak in de strijd tegen de tabakslobby.
Door de webredactie
Door de webredactie
'Tabaksontmoediging is van evident
belang. Jaarlijks sterven in Nederland ongeveer 20.000 mensen door roken en
enkele duizenden door meeroken [...].' Dat schrijft staatssecretaris Van Rijn
(VWS) in een – niet eerder gepubliceerde – brief aan de
gemeenten ('Omgang gemeenten met de tabaksindustrie') en in een brief aan de Colleges
van Gedeputeerde Staten ('Omgang provincies met de tabaksindustrie').
Deze brieven waren al toegezegd in
de notitie 'Verduidelijking invulling
artikel 5.3 WHO-Kaderverdrag' (24 september) van Van Rijn aan de
Eerste en Tweede Kamer. De brieven zijn bedoeld 'ter verdere verduidelijking
van de invulling van artikel 5.3' van het internationale FCTC-verdrag dat roken
wil ontmoedigen en dat ruim tien jaar geleden door Nederland werd
geratificeerd. Artikel 5.3 schrijft voor dat de tabaksindustrie geen invloed
mag uitoefenen op de totstandkoming van gezondheidsbeleid. Van Rijn waarschuwt
de gemeenten en provincies dat samenwerking met de tabakslobby in strijd is met
dit artikel en verboden is 'wanneer het gaat over publiekscampagnes tegen het
roken, publieke evenementen of activiteiten die onder de noemer van
maatschappelijk verantwoord ondernemen worden ontplooid'.
Om gemeenten en provincies te helpen
bij het toepassen van dit verdrag, ontwikkelt het ministerie momenteel een
centraal punt op de website van de Rijksoverheid. Daarin komt meer informatie
over artikel 5.3, schrijft Van Rijn. Met zijn brieven informeert de
staatssecretaris ze alvast over de slinkse wegen die de tabaksindustrie
bewandelt om het overheidsbeleid te beïnvloeden.
Van Rijn in zijn brief: 'Zo kunnen
vertegenwoordigers van de tabaksindustrie ambtenaren benaderen via e-mail,
telefoon of tijdens bijeenkomsten. De lobbytechnieken zijn echter niet altijd
herkenbaar.' Ook schrijft Van Rijn alert te zijn op het op 'strategische
plekken creëren van rookzones die weliswaar overlast kunnen verminderen', maar
die 'bij aantrekkelijke duidingen ook juist het roken [kunnen] aanmoedigen'.
Ten slotte wijst hij erop dat contacten met de tabaksindustrie transparant
moeten zijn. Bij overleg is het uitgangspunt dat 'hiervan verslag wordt gemaakt
en dat dit verslag openbaar gemaakt wordt op de website van uw provincie [of
gemeente, red.]'. Ook andere schriftelijke documenten waaruit contact
blijkt met de industrie, moeten openbaar worden gemaakt.
Nederland is een van de eerste
landen ter wereld waar het de lagere overheid expliciet verboden wordt om met
de tabaksindustrie samen te werken. Eerder deed alleen de Engelse regering een oproep daartoe. Dat
maakt deze brieven uniek. Het FCTC-verdrag geldt niet alleen voor de centrale
overheid maar ook voor de lagere overheden, maar dat werd niet door elke
gemeente of provincie even goed toegepast. De brief maakt gemeenten en
provincies klip en klaar duidelijk dat contact met de tabaksindustrie alleen
mag plaatsvinden bij 'uitvoeringstechnische kwesties' (zoals belastingafdracht
en accijnszegels), maar dat is in feite alleen iets voor de centrale overheid.
Verboden zijn gezamenlijke
activiteiten 'die onder de noemer van maatschappelijk verantwoord ondernemen
worden ontplooid', aldus Van Rijn, precies waar TabakNee al enige tijd
tegen strijdt. Een aantal gemeenten bleek samen te werken met de
tabaksindustrie bij campagnes tegen de overlast van sigarettenpeuken. In
augustus 2014 constateerde TabakNee al dat vijf Nederlandse
kustgemeenten – Den Helder, Zandvoort, Noordwijk, Veere en
Vlissingen – het FCTC-verdrag hebben overtreden door samen te werken met de
tabaksfabrikanten Japan Tobacco International (JTI) en British
American Tobacco (BAT). Recent gingen Katwijk en de
gemeenten Rotterdam, Utrecht, Den Haag en
Breda in de fout. Dit is misschien nog maar het topje van de ijsberg
van de samenwerkingsverbanden tussen lokale overheden en tabaksbranche. Maar nu
moeten de gemeenten die artikel 5.3 overtreden hun samenwerking met de
tabaksindustrie toch heus per direct stop zetten. TabakNee zal dit
nauwlettend in het oog houden.
De overheid blijkt, kortom,
eindelijk in te zien hoe geraffineerd de tabaksindustrie te werk gaat bij het
beïnvloeden van haar beleid en doet nu een serieuze poging hier een eind aan te
maken. Maar dat ook de lokale overheid gewezen wordt op de streken van de
tabaksindustrie en expliciet wordt opgeroepen de tabaksbranche te weren, dat is
– voor zo ver wij weten – eerder alleen in Engeland gebeurd.
Helemaal mee eens. Hopelijk wordt alcohol ook zo aangepakt. Onlangs is ontdekt dat de alcohol die je drinkt enigszins je darm perforeert, zo in de bloedbaan terechtkomt en vervolgens overal in het lichaam ontstekingen kan veroorzaken.
BeantwoordenVerwijderen