Respect voor dieren

donderdag 30 mei 2013

Iedereen dyslectisch

Middelbare scholen misbruiken dyslexieverklaringen om scholieren gemakkelijker door hun schoolloopbaan te leiden. Dat vermoedt een aantal dyslexiedeskundigen.

Ze baseren zich mede op onderzoek van het Dagblad van het Noorden waaruit blijkt dat voor de zomer 16.369 jongeren (8 procent van de 205.250 examenkandidaten) examen deed met een dyslexieverklaring. Ze kregen een half uur extra tijd voor de eindexamenopgaven en voorgaande schoolonderzoeken en toetsen.

Op sommige scholen loopt het percentage leerlingen met een dyslexieverklaring op tot tegen de 30 procent.

Op basis van gegevens over het voorkomen van woordblindheid zou dat percentage rond de 4 procent moeten liggen.

'Basisschool maakt kinderen dyslectisch'
Pas als kinderen 6,5 jaar oud zijn, kunnen ze leren lezen zonder de kans te lopen dyslectisch te worden. Omdat basisscholen eerder beginnen met leren lezen, zijn zij een veroorzaker van de leesstoornis. Dat zegt ontwikkelingspsycholoog Ewald Vervaet in zijn boek Naar school, Psychologie van 3 tot 8.

Vervaet ontrafelt nauwkeurig hoe kinderen dyslectisch worden gemaakt door allerlei onnozele versnellingsdriften van de onderwijsinspectie. “Uit mijn onderzoek blijkt overduidelijk dat kinderen pas kunnen leren lezen en schrijven als ze zich in hun 14e fase bevinden, dus ongeveer zeseneenhalf jaar oud zijn. Wat is nu het geval: veel kinderen worden al voor die leeftijd met het geschreven woord in contact gebracht. En in die fase daarvoor kunnen ze alleen nog maar letters en woorden spiegelen. Dat zie je ook vaak terug bij dyslexiekinderen: ze spiegelen de woorden. Mijn theorie is dus dat je kinderen dyslectisch maakt als je ze te vroeg leert lezen- en schrijven.”

Dyslexie, de alom bekende stoornis die zorgt voor leesproblemen, is in Nederland een groeiend probleem. Uit het jaarverslag van de Onderwijsinspectie over het jaar 2006 blijkt dat een kwart van de leerlingen na hun basisschoolperiode het lees- en schrijfniveau van een kind uit groep 6 hebben. Daarmee zit Nederland bij de top van Europa als het gaat om het aantal kinderen met dyslexieproblemen.

Geen wonder dus, dat de overheid poogt om de taalstoornis tot het minimum te beperken. Het boek dat daar voor moet zorgen heet Protocol Leesproblemen en Dyslexie, een standaardwerk dat leerkrachten adviseert hoe ze kinderen met dreigende leesproblemen het best kunnen begeleiden. Het boek stelt dat kinderen, waarbij een achterstand geconstateerd wordt nog voordat ze in groep 3 terecht komen, meer met het geschreven woord in contact gebracht moeten worden. Zo zou de taaluitval beperkt kunnen worden. 

“Flauwekul”, zegt ontwikkelingspsycholoog Ewald Vervaet op de website IkVader. Vervaet betoont zich een aanhanger van de leer van Piaget, de Zwitserse ontwikkelingspsycholoog die de ontwikkeling van een kind in verschillende leeftijdfasen onderverdeelde. In elke fase ontwikkelt een kind nieuwe dingen, zoals bijvoorbeeld zindelijk worden, praten of lezen. Vervaet legt in zijn boek ondubbelzinnig uit dat dyslexie een zelfgecreëerd fenomeen is. De schuldigen? “Dat is de hoofdstroming in de ontwikkelingspsychologie en onderwijskunde. Zij hebben het fasedenken jarenlang verwaarloosd.”
Ewald Vervaet

2 opmerkingen:

  1. Hoe het nu is, weet ik niet, maar in Frankrijk gingen kinderen tot voor kort pas op hun zevende jaar naar de lagere school en leerden ze dus toen pas lezen.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Misschien willen we kleine kinderen te snel groot en intellectueel hebben.
    Het kind mag geen kind meer zijn.
    Ik ken ook iemand, waarvan hun dochter met 5 jaar al kan lezen.
    Te vroeg denk ik.
    Ze gaat een klas overslaan,maar krijgt ongetwijfeld een terugval.

    BeantwoordenVerwijderen