De mening van Trouw, verwoord door leden van de hoofdredactie en senior redacteuren.
Het is een schokkende beschuldiging die hoogleraar proefdierkunde Merel Ritskes-Hoitinga vorige week deed in deze krant: tachtig procent van alle dierproeven is niet goed opgezet en de uitkomsten van het onderzoek deugen niet. Conclusie: de betrokken proefdieren zijn helemaal voor niets gestorven.
Het gaat niet om kleine aantallen. Alleen al in Nederland waren er in 2012 580.000 proefdieren. Tel daarbij op de net zo grote groep die al in het voorstadium van de proeven stierf of werd gedood, en dan zit ook Nederland op mogelijk honderdduizenden dieren die een zinloze dood zijn gestorven.
Ritskes-Hotinga baseert haar vaststelling op wereldwijd onderzoek, waarmee de cijfers alleen maar onvoorstelbaar veel groter worden. Een overtuigender aanzet voor een kritische analyse van de dierproevenpraktijk kan haast niet gegeven worden.
In wetenschappelijke kring zijn haar conclusies omstreden. De Vereniging van Nederlandse universiteiten wijst alle kritiek van de hand. Ze roemt het 'robuuste' beleid, gericht op vermindering van het aantal proefdieren en op alternatieven. Ook voert ze aan dat de toetsing vooraf van de experimenten zeer zorgvuldig is. Deze zelfgenoegzame houding is moeilijk te rijmen met het bericht dat Brussel Nederland voor de rechter sleept, omdat Den Haag de Europese richtlijnen niet verwerkt heeft in de nationale wetgeving. De Europese Commissie dreigt zelfs met een dwangsom van 50.000 euro per dag. Staatssecretaris Dijksma zal haar verontwaardiging over deze Brusselse waarschuwing om moeten zetten in een klinkend verhaal om die dwangsom af te wenden.
Brussel is erop uit het gebruik van proefdieren te verminderen. Uitgerekend het team van Ritskes-Hoitinga in Nijmegen is het gelukt met minder dieren te werken dan voorheen. Dat zou nieuwsgierig moeten maken, in plaats van dat deze hoogleraar nu wordt verweten, de nuance uit het oog te verliezen. Met die reactie van een collega valt elk debat bij voorbaat dood.
Maatschappelijke druk is nodig om een einde te maken aan het onnodig gebruik van proefdieren. Ruim 125.000 mensen tekenden een petitie tegen het met opzet laten sterven van 39 labradors, voor onderzoek naar pacemakers. Maar er zijn ook onderzoekers bedreigd, en er is brandstichting aangekondigd. Dat is onaanvaardbaar. Dit soort persoonsgerichte, gewelddadige acties ontnemen het zicht op het doel: alleen dierproeven waarvan nut en noodzaak onomstotelijk vaststaan.
***
Commentaar
Het redactionele artikel is
niet slecht. Je mag al blij zijn als ze met zoiets komen. Toch stelt het teleur. Juist
van het confessionele Trouw verwacht je meer: de kern van de zaak benoemen.
Aan
de immoraliteit van dierproeven an sich wordt geen woord gewijd. Durft
de redactie haar vingers er niet aan te branden? Dierproeven berusten immers
uitsluitend op machtsmisbruik. Bij zulk grof misbruik als waarvan hier sprake is, kan een relatie met de
moraal al helemaal niet achterwege blijven.
N.B. Het genoemde cijfer van 580.000 is
misleidend. Dat had moeten zijn: (ca.) 928.000 dieren per jaar, die een zinloze
dood sterven. (80% van 2x580.000)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten