Vanmiddag was ik in het centrum van Amsterdam, met de auto.
Dat wens je normaal gesproken je ergste vijand niet toe, maar het openbaar vervoer is voor mij taboe doordat ik nog steeds geen ov-chipkaart heb.
Zo komt Boontje om zijn loontje.
Ik zag daar - als goedmakertje - twee innovaties.
1. Een voetgangerslicht dat direct onder het licht, in een apart venster, aangeeft hoeveel seconden je nog op groen moet wachten. Dat vond ik een heel positieve bijdrage aan de disciplinering van de voetganger.
2. Het parkeertarief voor een uur was 4 euro. Ik was na 20 minuten weer terug bij de auto, dus dan loont het dat bonnetje aan een ander cadeau te doen, voor de rest van de tijd. Maar dat kan niet! Je moet nl. vooraf het nummer van je kenteken intoetsen, en dat komt op het kaartje te staan. Daarmee personaliseer je dus dat parkeerkaartje.
Wakker geschud door zoveel innovatie zag ik er onderweg nog een.
De automobilist die voor rechtsaf moet voorsorteren, moet vaak wachten tot die rijstrook vrij is. Vooral als het een korte rijstrook is.
Maar wachten, dat doet de Nederlander niet als het niet hoeft. Hij pakt dus geregeld een stuk van de berm (groenstrook) mee, om sneller te kunnen aansluiten bij de rij voor rechtsaf.
Hier heeft de disciplinering toegeslagen door in die groenstrook verhoogde stenen te plaatsen, om de zoveel meter. Uiteraard haaks op de rijrichting. En dat is afdoende.
De meest afdoende maatregelen zijn altijd fysieke barrières. (bussluizen bijv.)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten