Respect voor dieren

vrijdag 15 juni 2012

Roken en dierproeven

In een universiteitsblad las ik onlangs de volgende aankondiging:

Jonge rokers

Op jonge leeftijd roken leidt tot een blijvend slechter concentratievermogen. Daardoor word je op termijn ook ‘dommer’. De meeste rokers beginnen tijdens de puberteit, als de hersenen zich nog ontwikkelen.

Neurofysioloog Natalia Goriounova ontdekte dat nicotine in jonge hersenen van ratten zorgt dat de prefrontale schors – die aandacht en controle regelt – minder receptoreiwit mGglur2 aanmaakt. Dat eiwit voorkomt overstimulatie van zenuwcellen. Te weinig mGglur2 belemmert deze hersenschors te onderscheiden wat belangrijk is. Je kunt daardoor je aandacht niet goed focussen. Stoppen met roken helpt niet; verhelpen kan alleen door plaatselijk de werking van mGlur2 te stimuleren. Met een pil kan dat niet: die zou op de hersenen in z’n geheel werken.

Goriounova promoveerde op 9 mei j.l.

***

Commentaar

Wie dit leest, ruikt niet alleen meteen de stank van sigaretten, maar wordt ook geprikkeld door de stank van ondeugdelijk onderzoek.
Om zeker van mijn zaak te zijn heb ik de dissertatie gelezen. Hij heeft een heel lange naam* waarvoor geldt: hoe langer de naam, des te groter de pretentie. Die niet wordt waargemaakt.

In ieder geval deugt de aankondiging ‘Jonge rokers’ niet. Dit is een vorm van wensdenken. Passender zou geweest zijn ‘Jonge ratten’. De promovenda heeft namelijk geen jonge roker (onder de 18) gezien, laat staan onderzoek aan hen gedaan!

Wel aan een ongenoemd aantal ratten. Een deel van deze dieren werd geïnjecteerd met nicotine, driemaal per dag, tien dagen achter elkaar. Aan het eind van het experiment werd hun kop eraf gesneden, - zonder verdoving.

Om nu toch enige betekenis te hebben voor de menselijke soort – zelfs helemaal los van de vraag naar de invloed van nicotine! – is ook hersenweefsel bestudeerd van twaalf volwassen patiënten: 11 epileptici en 1 kankerpatiënt.(hst.5)

Wat betreft het al of niet permanente karakter van de schade wordt gemeld: “verhelpen kan alleen door plaatselijk de werking van mGlur2 te stimuleren. Met een pil kan dat niet: die zou op de hersenen in z’n geheel werken.”

Echter: in de dissertatie is van een pil geen sprake, wèl van een injectie in de prefrontale cortex. Goriounova werkt dat echter niet uit. Zij houdt het bij de volgende aanbeveling: “De beste manier om nicotineschade te ontlopen is om het roken helemaal te vermijden.”

Voor dit soort onderzoek geeft een Dierexperimentencommissie toestemming.

***

* Lit.: Goriounova, N.A., Long term consequences of nicotine exposure during adolescence: synaptic plasticity in rodent and human cortical neuronal networks 

1 opmerking:

  1. “De beste manier om nicotineschade te ontlopen is om het roken helemaal te vermijden.”

    Wil je geloven dat ik dat zelf al wist!!! Daarvoor moet ik geen studies doen met verwerpelijke dierproeven!

    BeantwoordenVerwijderen