Respect voor dieren

vrijdag 29 april 2016

Dierproef: vergunningaanvraag



Doen wetenschappers er echt alles aan om het ongemak voor de proefdieren minimaal te houden?

Uit een nieuwe UGent-studie over het gebruik van honden en katten voor dierproeven in ons land blijkt dat het antwoord op die vraag helemaal niet zo positief uitvalt als de verenigde universiteiten, farmabedrijven en onderzoeksinstellingen willen doen geloven." Dat schrijft GAIA-voorzitter Michel Vandenbosch in een opiniestuk in de krant 'De Standaard'.


"De zogeheten Niet-Technische Samenvattingen (NTS-fiches) van experimenten die voor het grote publiek bedoeld zijn, worden vaak niet naar behoren ingevuld. De verwachte negatieve effecten voor dieren, de ernst van de effecten, het uiteindelijke lot van de dieren en de drie V’s (Vervanging, Vermindering, Verfijning) van de experimenten worden vaak niet gespecificeerd."

"Een grondige analyse van de NTS-fiches leert dat het ongerief, minder eufemistisch de pijn of het lijden van de dieren, onmogelijk correct ingeschat kan worden. De omschrijving van het ongerief van de proefdieren, aan de hand van de termen als ‘terminaal’, ‘licht’, ‘matig’ of ‘ernstig’, is onduidelijk en kan op verschillende manieren geïnterpreteerd worden."

"Bovendien worden de doelgroep van de proeven, de duur van het volledige verblijf van de dieren in de laboratoria, de exacte effecten van het experiment op de dieren, de bestemming van de dieren en hun uiteindelijke lijden op basis van gedragsinschattingen niet opgenomen in de afweging."

"Vraag is of de onderzoekers die de proeven uitvoeren wel de nodige kennis bezitten om signalen van pijn en lijden bij de proefdieren correct in te schatten. Het is niet uitgesloten dat sommige onderzoekers geneigd zijn het proefdierenleed te onderschatten als ze onderzoeksvoorstellen met proefdieren indienen. Kunnen de ethische commissies op grond van die gegevens wel een goede afweging maken tussen het belang van de proef en het mogelijke ongerief van de dieren?"

"Zolang de zelfverklaarde openheid waarmee de verenigde dierproevenlobby’s uitpakken in werkelijkheid een kaas vol gaten blijft, klinkt de cultuur van openheid als een handige PR-operatie met een niet eens verborgen agenda: de promotie van het proefdierengebruik, om met het oog op de herziening van de Europese richtlijn ter bescherming van proefdieren, in 2017 strengere regelgeving tegen te houden."
 ***
Commentaar
Michel Vandenbosch snijdt hier een belangrijk punt aan, zonder helaas te linken naar de vindplaats van de ‘Niet-technische samenvattingen’.(NTS)
Deze zijn nieuw, en mogen we zeggen: een flinke stap vooruit. Uit ervaring weet ik dat onderzoekers hier flink de pest aan hebben. Als er niks mee gedaan wordt kun je erop rekenen dat ze mettertijd korter worden en tenslotte geheel verdwijnen. Deze tragische ontwikkeling hebben we meegemaakt bij de Cie Biotechnologie bij Dieren. Noch Proefdiervrij noch Dierenbescherming hadden – en vermoedelijk ook  hebben - hiervoor belangstelling: die halen alleen geld op.
Je vindt ze op de website van de Centrale Cie. Dierproeven (CCD). Maak je keus! http://www.centralecommissiedierproeven.nl/documenten
Bedoeling is uiteraard ze kritisch te analyseren, maar kom daar maar eens aan toe. Daar zijn meer mensen voor nodig, een team, al hoeft natuurlijk ook niet iedere vergunningaanvraag gedetailleerd bekeken te worden.
Michel Vandenbosch heeft in ieder geval hierboven vast een voorzet gegeven, van wat er allemaal niet aan deugt. Het zou de moeite waard zijn dit verder uit te diepen aan de hand van de concrete aanvragen op de website-CCD.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten