In 2006/2007 heeft de landelijke Dierenbescherming (DB) geprocedeerd - in twee instanties – tegen Staatsbosbeheer (SBB), over het beleid m.b.t. de Oostvaardersplassen.
Beide procedures gingen voor de DB verloren.
Lachende derde was de Faunabescherming, hierover later meer.
De DB wil de dieren laten bijvoeren, indien de omstandigheden dit noodzakelijk maken.
SBB doet dat ook, maar te weinig, naar de zin van de DB.
Dat de rechters SBB gelijk gegeven hebben is niet erg verwonderlijk. In beginsel heeft SBB zijn zaakjes aardig voor elkaar. Zo is er bijv. een internationaal comité geweest die de situatie in de Oostvaardersplassen bekeken heeft. SBB baseert zijn beleid o.a. op de aanbevelingen van dat comité.
Verder hanteert de SBB een
* Leidraad Grote Grazers,
* Predatormodel (t.b.v. afschot) en
* Calamiteitenplan.
SBB gaat dus zeker niet over één nacht ijs.
Beleid Staatsbosbeheer
In de Oostvaardersplassen is bijvoeren in beginsel niet toegestaan.
Het heeft veel negatieve gevolgen voor het gebied en de grazers, is strijdig met de doelstelling van een zo natuurlijk mogelijk beheer en het is voor de edelherten bij wet verboden.
De volgende argumenten bracht SBB in de procedure ter adstructie naar voren::
a) De grootte van de populatie wordt door bijvoeren losgekoppeld van het voedselaanbod in het gebied.
b) De dieren die lijden zijn vaak niet in staat een sociale positie te verwerven in de kudde, waardoor voedsel voor hen in onvoldoende mate beschikbaar is. De sterkere dieren gaan vaak voor.
c) Natuurlijke selectie wordt door bijvoeren voor een deel uitgesloten.
d) Gebiedsvreemde stoffen en kruiden komen met bijvoeren in het terrein.
e) De dieren doen met bijvoeren niets meer in het terrein en wachten de hele dag op hooi; ze worden hulpafhankelijk.
f) Bijvoeren brengt dieren op een kunstmatige manier in een situatie die hun welzijn aantast en hun natuurlijk afweermechanisme tegen extreme voedselschaarste en kou doorbreekt (ze worden daarmee hulpafhankelijk; zie e)
g) Bijvoeren verstoort de bronstsynchronisatie, waardoor kalveren en veulens onnatuurlijk vroeg in het jaar (november/december) worden geboren. Hierdoor wordt de sterfte onder pasgeboren dieren groter dan onder natuurlijke omstandigheden.
h) Verstoring van de sociale verhouding binnen de populatie door bijvoeren.
i) Bijvoeren verhoogt het risico op lokaal uitsterven, wanneer dit wordt gestaakt of achterwege moet blijven vanwege uitzonderlijke externe omstandigheden (oorlogssituatie, politieke overwegingen etc.)
(wordt vervolgd)
De Partij voor de Dieren probeert de dialoog met SBB open te houden. Het streven is natuurgebieden zoals Oostvaardersplassen met corridors te vergroten, zodat een trek van dieren naar andere voedselgebieden mogelijk is. Over het weigeren van bijvoeren in strenge winters door SBB zijn door de PvdD al eerder kamervragen gesteld. Juist de Partij voor de Dieren heeft scherpe kritiek geuit op de discrepantie van bijvoeren en 'oogsten' van dieren op de Veluwe en het niet bijvoeren en laten kreperen op de Oostvaardersplassen!
BeantwoordenVerwijderenm.a.stolp
StaatsBosBeheer is gewoon een verlengstuk van de Overheid. Grote Grazers in natuurgebieden plaatsen is een experiment geweest, dat nu moet worden gestopt. Het is bewezen dat echte 'natuur' in Nederland niet bestaat. De dieren moeten bijgevoerd worden en er moet ingegrepen worden tegen ongebreidelde voortplanting! Begrijp svp dat de Partij voor de Dieren dit niet heeft kunnen voorzien. Hun standpunt is ten alle tijde: niet ingrijpen, niet jagen.
BeantwoordenVerwijderenEr staat niet bij waar die paarden (in Kent) vandaan komen: "Holland" is vaag.
BeantwoordenVerwijderen