Respect voor dieren

woensdag 15 juni 2011

Lingerie. Voor Louis Tobback


Marlies Dekkers ontwerpt onderkleding voor dames. Het is een duur merk.
Sapph, een goedkoop merk, maakt haar ontwerpen na. 
Dekkers brengt het geschil uiteindelijk voor de rechtbank. Enkele fragmenten uit dit mooie, uitvoerige vonnis  hieronder (alleen over de bh's). (LJN BQ5277)
***

Op grond van het bepaalde in de Auteurswet komen voor auteursrechtelijke bescherming die werken in aanmerking die
  • voldoende oorspronkelijk zijn en een eigen karakter hebben, en bovendien
  • het persoonlijk stempel van de maker dragen.
Dat het voortbrengsel een eigen, oorspronkelijk karakter moet bezitten, houdt in dat de vorm niet ontleend mag zijn aan het werk van een ander.

Om te voldoen aan de eis dat het werk het persoonlijk stempel van de maker moet dragen, zal sprake moeten zijn van een vorm die het resultaat is van scheppende menselijke arbeid en dus van creatieve keuzes, en die aldus voortbrengselen zijn van de menselijke geest.

Voorts is bepaald dat het auteursrecht slechts kan gelden met betrekking tot materiaal dat oorspronkelijk is, in die zin dat het gaat om een eigen intellectuele schepping van de auteur ervan Kortheidshalve zal in het navolgende aan deze eis worden gerefereerd als het vereiste van oorspronkelijkheid. 

De rechtbank stelt ten aanzien van de onderhavige producten (bh’s en slips) voorop dat deze in belangrijke mate mede worden bepaald door functionele elementen. 

Bij de bh’s: 
-  twee houders (cups) die de borsten omvatten en die met elkaar zijn verbonden 
-  bandjes die vanaf de cups naar de rug lopen en daar samenkomen 
-  bandjes die vanaf de cups naar de schouders of de nek lopen. 

Bij de slips: 
-  een onderdeel dat de schaamstreek bedekt 
-  bandjes die over de heupen en langs/tussen de billen lopen en boven de billen samenkomen.

Deze functioneel bepaalde elementen van bh’s en slips komen als zodanig (als niet-oorspronkelijke elementen) niet voor auteursrechtelijke bescherming in aanmerking. 

De omstandigheid dat deze producten daarmee in belangrijke mate bepaald worden door functionele elementen, brengt mee dat - indien daaraan elementen worden toegevoegd (zoals extra bandjes) - deze toevoegingen een gevolg kunnen zijn van creatieve keuzes van de maker, en daarmee wel voor bescherming onder het auteursrecht in aanmerking kunnen komen. 

Als meest verstrekkend verweer heeft Sapph aangevoerd dat de bandjes boven de cups niet auteursrechtelijk te beschermen zijn, omdat deze onderdeel uitmaken van een reeds lang bestaande stijl. Zij verwijst daartoe naar de pin-up stijl van de jaren ‘50. 

De rechtbank heeft hierboven de bh met bandjes uit de jaren ‘50 opgenomen waarop Sapph zich in het bijzonder beroept, alsmede hieronder de bh’s met bandjes waarvoor Marlies Dekkers bescherming inroept.
Als de bh uit de jaren ‘50 met bh’s van Marlies Dekkers wordt vergeleken valt op dat de bh uit de jaren ‘50 wordt gekenmerkt door een dichte cup waarboven twee bandjes aan weerszijden van de cup omhoog lopen naar één punt, waardoor een driehoekige opening ontstaat boven de cup. 
De bh van Marlies Dekkers kenmerkt zich door een dichte cup waarboven een bandje loopt dat min of meer de lijn volgt van de bovenkant van de cup, en dat vanaf het midden van de bh loopt naar het bandje dat over de schouder of om de hals gedragen wordt. Door dit bandje ontstaat een langwerpige opening boven de cups die niet overal gelijk in breedte is. 
De rechtbank constateert dat tussen beide bh's duidelijke verschillen zijn te ontwaren. De bandjes van de bh uit de jaren ‘50 komen samen in een scherpe hoek, en vormen daarmee min of meer een driehoek. De bandjes van de bh’s van Marlies Dekkers vormen een langwerpige opening, zonder dat daar halverwege een scherpe hoek wordt gemaakt. De driehoeksvorm, die kenmerkend is voor voormelde bh uit de jaren ‘50, ontbreekt bij deze bh’s van Marlies Dekkers. Door de wijze waarop Marlies Dekkers de bandjes gebruikt, ontstaat een duidelijke accentuering van de lijn van de borsten alsmede van de bovenste lijn van de cups, terwijl een dergelijke accentuering bij de bh uit de jaren ‘50 ontbreekt. Daarin is kennelijk meer de bedoeling gelegen om een deel van de borsten te ontbloten. Doordat het bandje van Marlies Dekkers alleen de bovenkant van de cup accentueert, wordt geen speciale aandacht getrokken naar het feit dat een deel van de borst ontbloot is, maar heeft het bandje met name de rol van accentuering van de vrouwelijke vorm. Daarmee heeft Marlies Dekkers bereikt dat de bh ook geschikt is om buiten de puur erotische sfeer gebruikt te worden, bijvoorbeeld als onderdeel van de bovenkleding door de bh daar deels boven uit te laten steken. 
Het voorgaande leidt tot het oordeel dat Marlies Dekkers met de wijze van vormgeving van de bandjes boven de cups een oorspronkelijke invulling heeft gegeven aan het idee of de stijl van het hanteren van bandjes boven de cups, zodat haar bh’s die bandjes bevatten die min of meer de bovenlijn van de cups volgen, het resultaat zijn van een intellectuele schepping en in zoverre auteursrechtelijk beschermd zijn. Deze auteursrechtelijke bescherming geldt in beginsel tevens voor zover het bandje van een bh van Marlies Dekkers bestaat uit een metalen ketting (“Calder” en “Chain Up”). Immers, de oorspronkelijkheid van het bandje van Marlies Dekkers is niet (uitsluitend) in het materiaal gelegen, maar met name in de vormgeving. 
In het onderhavige geval gaat het om relatief eenvoudige en overzichtelijke werken (kledingstukken), waarvoor een vergelijking aan de hand van de totaalindrukken zich goed leent. In dit licht is de rechtbank van oordeel dat de beantwoording van de inbreukvraag in het onderhavige geval dient plaats te vinden aan de hand van de beoordeling van de totaalindrukken van het auteursrechtelijk beschermde werk en het beweerdelijk inbreukmakende werk. 

Bestaande jurisprudentie leidt ertoe dat als de totaalindruk mede bepaald wordt door niet-auteursrechtelijk beschermde elementen (zoals functioneel of technisch bepaalde elementen, of niet-oorspronkelijke elementen), maar er toch in zodanige mate (kwalitatief of kwantitatief) auteursrechtelijk beschermde trekken zijn overgenomen dat het beweerdelijk inbreukmakende werk niet als een zelfstandig werk kan worden aangemerkt, dan moet - ondanks dat de totaalindrukken op punten verschillen - geconcludeerd worden dat sprake is van verveelvoudiging van het auteursrechtelijk beschermde werk. 

De rechtbank herhaalt dat de bh’s en slips van beide partijen in belangrijke mate mede worden bepaald door functionele elementen. Dit heeft tot gevolg dat toevoegingen aan de hiervoor beschreven basisvorm van bh’s en slips extra zullen opvallen en daarmee in belangrijke mate de totaalindruk zullen beïnvloeden
Indien de eerste bh (Sapph 3) wordt vergeleken met de bh's van Marlies Dekkers met een bandje boven de cups valt op dat ook bij de bh van Sapph sprake is van een bandje dat de bovenlijn van de cups volgt. Daarmee is het karakteristieke element, het auteursrechtelijke beschermd element van de bh’s van Marlies Dekkers, overgenomen. Nu de totaalindrukken van de bh’s van Marlies Dekkers en Sapph - gelet op het grote aantal functioneel bepaalde elementen - in belangrijke mate door de toevoeging van dit bandje boven de cups worden bepaald, en juist dit, auteursrechtelijk beschermd element is overgenomen, verschillen de totaalindrukken (waaronder het verschil in de kleur van het bandje) onvoldoende om de Sapph 3 als een zelfstandig werk te kunnen kwalificeren. 
De mate van overeenstemming tussen de bh’s van beide partijen is zodanig dat Sapph 3 als verveelvoudiging van de bh's van Marlies Dekkers moet worden aangemerkt. 

Conclusie
De rechtbank heeft tien bh's en drie slips van Sapph vergeleken met de door Marlies Dekkers ontworpen bh's en slips. Zij komt tot de conclusie dat Sapph met vier van de door haar ontworpen bh’s en één slip inbreuk maakt op de auteursrechten van Marlies Dekkers met betrekking tot de door haar ontworpen producten. 
De rechtbank veroordeelt Sapph om met onmiddellijke ingang te stoppen met het maken van inbreuk op de auteursrechten van Marlies Dekkers, op straffe van verbeurte van een dwangsom van maximaal 5 miljoen euro. 
Sapph moet ook inzicht geven in de door haar behaalde winst met deze 5 producten, eveneens op straffe van verbeurte van een dwangsom. 
Tenslotte dient Sapph de schade te vergoeden die Marlies Dekkers door de auteursrechtinbreuk heeft geleden. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten