Het strafrecht staat voortdurend in de belangstelling. Dat is ook wel logisch aangezien het hier vaak om leven en dood gaat. De publieke opinie gaat er daarbij van uit dat rechters geen fouten maken en dat politie en justitie misdaad dienen uit te bannen. Dit land dient vrij te zijn van misdadigers. En volgens Wilders ook nog van vreemdelingen. Als al die mensen hun zin krijgen, wordt het aardig stil in dit land. NRC Handelsblad besteedt vandaag maar weer eens een commentaar aan ‘De veiligheidsillusie’.
Andere rechtsgebieden dan het strafrecht krijgen veel minder aandacht. Er is ‘de rijdende rechter’ die een tipje van deze sluier oplicht. En verder: als Wakker Dier, Bont voor Dieren of de Faunabescherming procederen, dan krijgen zij buiten de eigen kring nauwelijks aandacht.
****
Vandaag een interessante uitspraak in de civiele strijd tussen David en Goliath, waarbij Goliath weer eens het loodje legt. Het gaat over de biografie over Nina Brink (‘Goliath’), die zij geprobeerd heeft tegen te houden omdat zij daarin beschuldigd wordt van fraude, diefstal en Luxemburgse bankrekeningen.
De kortgedingrechter wijst a l l e vorderingen van Nina af!
Een drietal passages uit het vonnis.
4. De beoordeling
4.1. Indien de vorderingen van eisers zouden worden toegewezen, zou dit een beperking inhouden van het in artikel 10 lid 1 Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM) neergelegde grondrecht van de auteur en de uitgever op vrijheid van meningsuiting.
Dit recht kan slechts worden beperkt indien dit bij wet is voorzien en noodzakelijk is in een democratische samenleving, bijvoorbeeld ter bescherming van de goede naam en de rechten van anderen, in dit geval van mevrouw Brink, haar ex-echtgenoot en haar dochter van (artikel 10 lid 2 EVRM).
Van een beperking die bij wet is voorzien, is sprake wanneer de uitlatingen van de auteur en uitgever Prometheus onrechtmatig worden geoordeeld.
Voor het antwoord op de vraag of aan de gestelde voorwaarden voor rechterlijk ingrijpen is voldaan, moeten tevens de wederzijdse belangen worden afgewogen.
Het belang van de auteur en Prometheus is dat zij zich in het openbaar kritisch, informerend, opiniërend en waarschuwend moeten kunnen uitlaten over zaken en/of misstanden die de samenleving raken. Het belang van eiseres, ex-echtgenoot en dochter is erin gelegen dat zij niet lichtvaardig worden blootgesteld aan negatieve publiciteit die hun goede naam aantast of die een inbreuk vormt op hun persoonlijke levenssfeer. Welk van deze belangen, die in beginsel gelijkwaardig zijn, de doorslag behoort te geven, hangt af van alle omstandigheden van het geval. Eén van die omstandigheden is erin gelegen in hoeverre de auteur de door eisers gewraakte passages uit het boek met feiten
4.14. De conclusie met betrekking tot de kwesties A-Line en Newtron is dat de beschuldigingen aan het adres van eiseres en ex-echtgenoot zoals vervat in de gewraakte onderdelen voorshands voldoende steun kunnen vinden in het bronnenmateriaal waarover de auteur beschikt. In de door eisers aangespannen bodemprocedure die zich – anders dan een kort geding – wèl leent voor een nader onderzoek naar de feiten, zal verder moeten worden uitgezocht of de auteur tegenover het tegenbewijs van eiseres en ex-echtgenoot daadwerkelijk over voldoende bewijsmateriaal beschikt om de beschuldigingen te kunnen staven.
Een belangenafweging, zoals hiervoor onder 4.1 bedoeld, valt thans dan ook in het voordeel uit van de auteur en Prometheus. Zij handelen voorshands niet onrechtmatig jegens eisers en een inperking op de vrijheid van meningsuiting van de auteur en Prometheus zou niet voldoen aan de eisen die artikel 10 lid 2 EVRM hieraan stelt.
De vorderingen die zien op de rectificatie en op het inlegvel zullen dan ook worden afgewezen.
4.15. De stelling van eisers dat de auteur in strijd heeft gehandeld met het beginsel van hoor en wederhoor, kan niet tot een andere conclusie leiden. Dit beginsel is niet absoluut. Afhankelijk van de omstandigheden van het geval moet worden geoordeeld of aan dit beginsel voldoende invulling is gegeven. Uitgangspunt in dit geding is dat de auteur eiseres op 18 januari 2010 de brief met de vragenlijst heeft toegezonden en dat eiseres hierop niet heeft geantwoord.
Prometheus heeft bij brief van 3 februari 2010, gericht aan de raadsman van eiseres, nogmaals verzocht de door de auteur gestelde vragen te beantwoorden. Prometheus heeft hierbij toegezegd dat de informatie over het privéleven van eiseres die haar en de auteur tot dat moment verdeeld hield, niet in het boek zou worden opgenomen. Prometheus heeft deze toezegging herhaald in haar brief van 15 februari 2010 en in die brief aangeboden een interview te arrangeren tussen de auteur en eiseres. Eiseres heeft hierop niet willen ingaan.
4.17. Eisers vorderen tot slot een verbod het portret van eiseres te gebruiken op de cover van het boek en ten behoeve van promotionele activiteiten rondom het boek. Ter zitting hebben zij hun vordering beperkt in die zin dat alleen de foto van eiseres die thans op de cover staat dient te worden verboden. Eisers hebben echter nagelaten te onderbouwen waarom nu juist deze foto dient te worden verboden, terwijl niet in debat is dat het gedaagden wel is toegestaan een ander portret van eiseres op de cover te plaatsen.
4.17. Eisers vorderen tot slot een verbod het portret van eiseres te gebruiken op de cover van het boek en ten behoeve van promotionele activiteiten rondom het boek. Ter zitting hebben zij hun vordering beperkt in die zin dat alleen de foto van eiseres die thans op de cover staat dient te worden verboden. Eisers hebben echter nagelaten te onderbouwen waarom nu juist deze foto dient te worden verboden, terwijl niet in debat is dat het gedaagden wel is toegestaan een ander portret van eiseres op de cover te plaatsen.
Dit staat reeds aan toewijzing van deze vordering in de weg.
Overigens kan niet worden gezegd dat eiseres een redelijk belang heeft om zich te verzetten tegen openbaarmaking van het desbetreffende portret. Eiseres kan als een ‘public figure’ worden aangemerkt. Op een biografie – ook wanneer die ongeautoriseerd is – is een portret van de hoofdpersoon gebruikelijk en functioneel. De desbetreffende foto heeft bovendien in het verleden op de voorpagina gestaan van De Volkskrant en niet weersproken is dat die krant in een oplage van 300.000 stuks is verspreid.
Tot slot kan niet worden gezegd dat eiseres in dit geval beschikt over “verzilverbare populariteit” op grond waarvan zij zich tegen gebruikmaking van haar portret op het boek zou kunnen verzetten. Met het portret op de cover van het boek wordt in eerste instantie beoogd onmiddellijk aan te geven over wie het boek gaat.
De vraag is hoe zinvol een bodemprocedure, die jaren kan duren, nog is.
BeantwoordenVerwijderen